Frans werkwoorden uit klas 1
1 / 10
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
jouer
=
spelen
Sleep de juiste vorm van aller naar het bijbehorende persoonlijk voornaamwoord
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
tu
je/j'
joue
jouons
joue
jouez
jouent
joues
Slide 3 - Sleepvraag
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
etre
=
zijn
Sleep de juiste vorm van aller naar het bijbehorende persoonlijk voornaamwoord
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
tu
je/j'
es
sont
est
etes
sommes
suis
Slide 7 - Sleepvraag
aller
=
gaan
Sleep de juiste vorm van aller naar het bijbehorende persoonlijk voornaamwoord
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
tu
je/j'
va
vais
vas
allons
allez
vont
Slide 8 - Sleepvraag
welke vervoeging van avoir is goed?
A
j'ai
B
t'ais
C
je suis
D
je avoe
Slide 9 - Quizvraag
welke vervoeging van avoir is goed?
A
nous sommes
B
vous avez
C
il as
D
nous ont
