AFP les 6 hormoonstelsel (diabetes)

Les 6 ziekten van hormoonstelsel (diabetes)
Learnbeat: ziekteleer: 29.8 ziekten van het hormoonstelsel  
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Les 6 ziekten van hormoonstelsel (diabetes)
Learnbeat: ziekteleer: 29.8 ziekten van het hormoonstelsel  

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je benoemt de symptomen van diabetes mellitus, hyperglykemie en hypoglykemie
  • Je legt uit hoe je moet handelen bij een hypo- hyperglykemie 

Slide 2 - Tekstslide

Diabetes mellitus

Slide 3 - Woordweb

Wat is een hormoon?

Slide 4 - Woordweb

Wat betekent ''Diabetes Mellitus''?
A
Stroperige doorstroming
B
Mierzoete doorstroming
C
Honingzoete stroperigheid
D
Honingzoete doorstroming

Slide 5 - Quizvraag

Hoeveel mensen in NL hebben diabetes?
A
500.000
B
1,2 miljoen
C
3 miljoen
D
7 miljoen

Slide 6 - Quizvraag

De alvleesklier (pancreas)

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Diabetes veroorzaak je zelf
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Hoe krijg je diabetes?

Slide 10 - Woordweb

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Hoeveel % heeft type 1 en hoeveel % heeft type 2?

Slide 13 - Woordweb

Wat is de streefwaarde voor de bloedsuiker?

Slide 14 - Woordweb

Waarden
Nuchter prikken (8 uur geen eten)
Onder de 6,1 mmol/l - geen diabetes
Tussen de 6,1 en 6,9 mmol/l - voorstadium van diabetes
Boven de 6,9 mmol/l - diabetes

Niet nuchter
Onder de 7,8 mmol/l - geen diabetes
Tussen de 7,8 en 11 mmol/l - geen oordeel mogelijk
Boven de 11 mmol/l - diabetes
2 keer 7 mmol/l
1 keer 11 mmol/l

Slide 15 - Tekstslide

Welke verschijnselen zie je bij diabetes?

Slide 16 - Woordweb

Slide 17 - Video

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Hoeveelheid suiker in het bloed
Hormoon dat ervoor zorgt dat glucose wordt omgezet in glycogeen
Ziekte door problemen bij de productie van en/of reactie op insuline
Belangrijkste suiker in het bloed
Hormoon dat glycogeen wordt omgezet in glucose
Glucosegehalte
Insuline
Diabetes
Glucose
Glucagon

Slide 20 - Sleepvraag

Je kunt genezen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quizvraag

Behandeling
  • Aanpassen leefstijl
  • Behandeling met medicatie
  • Behandeling met insuline

Insuline valt onder te verdelen in: kortwerkend, middellangwerkend, langwerkend en combinaties hiervan. Ook de plaats van de injectie bepaalt hoe lang het duurt voor insuline zal werken.

Slide 22 - Tekstslide

Welke spuitplaatsen zijn er om insuline te injecteren?

Slide 23 - Open vraag

Slide 24 - Tekstslide

Welk orgaan maakt insuline aan?
A
Lever
B
Galblaas
C
Nieren
D
Alvleesklier

Slide 25 - Quizvraag

Welke vorm van diabetes krijg je op oudere leeftijd
A
Diabetes Type 1
B
Diabetes Type 2

Slide 26 - Quizvraag

Bij diabetes type 2
wordt er ...
A
... geen insuline meer aangemaakt door de alvleesklier
B
...te weinig insuline aangemaakt en/of reageert het lichaam er niet meer goed op.
C
... wel insuline aangemaakt, maar dat wordt weer afgebroken.

Slide 27 - Quizvraag

Welk type diabetes is insuline afhankelijk
A
Diabetes Type 1
B
Diabetes Type 2

Slide 28 - Quizvraag

We spreken van een hypo(glykemie) bij een glucosewaarde
A
onder de 4 mmol/l
B
onder de 6 mmol/l
C
boven de 8 mmol/l
D
boven de 10 mmol/l

Slide 29 - Quizvraag

Patiënt X heeft een bloedsuiker van 3,3 mmol. Wat doe je?
A
Patiënt X heeft een hyperglycemie. Je dient extra insuline toe.
B
Patiënt X heeft een hypoglycemie. Je dient extra insuline toe.
C
Patiënt X heeft een hyperglycemie. Je geeft je patiënt snelle koolhydraten, bijvoorbeeld een Dextro-pil
D
Patiënt X heeft een hyperglycemie. Je geeft je patiënt snelle koolhydraten, bijvoorbeeld een Dextro-pil

Slide 30 - Quizvraag

Waar wordt glucose opgeslagen als je lichaam het niet direct nodig heeft?
A
Alvleesklier
B
Lever
C
Maag
D
Galblaas

Slide 31 - Quizvraag

Wanneer geeft de pancreas insuline af? En wanneer glucagon?

Slide 32 - Open vraag

Gaan de volgende krantenkoppen over diabetes type 1 of type 2?

Diabetes type 1

Diabetes type 2

Nieuwe uitvinding voor kinderen met diabetes: bloedsuiker meten zonder prikken.
Kwartier bewegen per dag verlaagt risico op diabetes.
Meer mensen met diabetes door stijging van de gemiddelde leeftijd. 
Paar kilo afvallen zorgt al voor lager risico op diabetes.

Slide 33 - Sleepvraag

Denk jij nu voldoende kennis te hebben om een zorgvrager met diabetes goede zorg te kunnen bieden?
(0= zeker niet 10= zeker wel)
0100

Slide 34 - Poll

Zelf aan de slag
1. Hoe handel je bij een cliënt met een hypo
2. Hoe handel je bij een cliënt met een hyper
3. Hoe komt het dat er al kinderen zijn met type 2 diabetes?
4. Noem de meest (min 5) voorkomende complicaties bij mensen met diabetes en leg uit waar jij als VZ-IG op moet letten

Inleveren in Magister

Slide 35 - Tekstslide