Les 2 donderdag 5 september

Les 2 donderdag 5 september
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Les 2 donderdag 5 september

Slide 1 - Tekstslide

Programma
- Lezen
10 min
- Formatieve check "van letters tot kennis"
10 min
- Zelfstandig + bijvoeglijk naamwoord en lidwoord
20 min
-Oefenen
35 min
-Afsluiting
5 min

Slide 2 - Tekstslide

Lezen
Je pakt je sprookjesbundel voor je, we beginnen met klassikaal lezen!





Slide 3 - Tekstslide

Formatieve check
Klik op de onderstaande link om de check te maken:


Als je klaar bent kan je de check inleveren. We bespreken de check als iedereen klaar is! 

Slide 4 - Tekstslide

Hoeveel punten heb je behaald bij deze check?
07

Slide 5 - Poll

Ik kan mijzelf verbeteren door het volgende te doen:
1. Ik leer/oefen nog een keer met de woordenschat. 
2. Ik leer/oefen nog een keer met de betekenis van geletterd. 
3. Ik leer/oefen nog een keer welke vormen van geletterdheid er zijn in onze maatschappij. 

Slide 6 - Sleepvraag

Bespreken opdrachten paragraaf 1
Hoofdstuk 1 Paragraaf 1; Van letters tot kennis

Opdracht 1 t/m 6
Bladzijde 8 en 9

Slide 7 - Tekstslide

Leerdoelen
Wat behandelen we vandaag?

  • Je weet wat zelfstandige naamwoorden en lidwoorden zijn.
  • Je kunt zelfstandige naamwoorden en lidwoorden in een zin herkennen.
  • Je kunt uitleggen waarom een bepaald woord een zelfstandig naamwoord is en het juiste lidwoord erbij bedenken.
  • Je kunt zelf nieuwe voorbeelden bedenken van zelfstandige naamwoorden en de juiste lidwoorden gebruiken.
  • Je weet wat bijvoeglijke naamwoorden zijn en hoe je ze schrijft. 
  • Je kunt bijvoeglijke naamwoorden herkennen en de juiste vorm van een bijvoeglijk naamwoord maken. 
  • Je kunt zelf goede zinnen maken met bijvoeglijke naamwoorden.

Slide 8 - Tekstslide

Wat weten jullie nog over het zelfstandig naamwoord?
zelfstandig naamwoord?

Slide 9 - Woordweb

Wat zijn zelfstandige naamwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken

Slide 10 - Quizvraag

Lidwoorden

Slide 11 - Woordweb

Zelfstandig naamwoord
Geen zelfstandig naamwoord
Glas
Prachtig
Honden
Vriendschap
voor
Hengelo
die
alweer

Slide 12 - Sleepvraag

Lidwoorden
Er zijn drie lidwoorden: 
de, het, een.

De en het -> bepaald lidwoord.
een -> onbepaald lidwoord.




Slide 13 - Tekstslide

Zelfstandige naamwoorden
= Mensen, dieren dingen.

Voor een zelfstandig naamwoord kan je een lidwoord zetten. 

Namen zijn ook zelfstandige naamwoorden. Suzanne en Zwolle zijn dus zelfstandige naamwoorden.

Slide 14 - Tekstslide

Wat is een bijvoeglijk  naamwoord?

Slide 15 - Woordweb

Bijvoeglijk naamwoord
Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

  gele

mooie

metalen

 glazen

  ijzeren

rechte

Slide 16 - Sleepvraag

Bijvoeglijk naamwoord
Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets van een zelfstandig naamwoord.

voorbeeld: De groene appel. "Groene" zegt iets over "de appel" en is dus een bijvoeglijk naamwoord.

Een bijvoeglijk naamwoord schrijf je zo kort mogelijk!
Een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord schrijf je met -en

Slide 17 - Tekstslide

Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
Een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord vertelt je van welk materiaal iets gemaakt is.

Slide 18 - Tekstslide

Oefeningen
Ga aan de slag met de volgende oefeningen:

Spelling en Grammatica >
Paragraaf 1 Zelfstandig naamwoord en lidwoord
Opdracht 1 t/m 11

Paragraaf 2 Bijvoeglijk naamwoord
Opdracht 1 t/m 9



Slide 19 - Tekstslide

Welke leerdoelen beheers je nu?
Deze leerdoelen beheers ik nu al
Deze leerdoelen beheers ik nog niet. Dus ga ik hier nog mee verder oefenen/lezen. Anders vraag ik hulp aan de docent.
Je weet wat zelfstandige naamwoorden en lidwoorden zijn.
Je weet wat bijvoeglijke naamwoorden zijn en hoe je ze schrijft. 
Je kunt zelfstandige naamwoorden en lidwoorden in een zin herkennen.
Je kunt zelf goede zinnen maken met bijvoeglijke naamwoorden.
Je kunt zelf nieuwe voorbeelden bedenken van zelfstandige naamwoorden en de juiste lidwoorden gebruiken.

Slide 20 - Sleepvraag

Huiswerk dinsdag 10 september
Ga aan de slag met de volgende oefeningen:

Spelling en Grammatica >
Paragraaf 1 Zelfstandig naamwoord en lidwoord
Opdracht 1 t/m 11

Paragraaf 2 Bijvoeglijk naamwoord
Opdracht 1 t/m 4



Slide 21 - Tekstslide