Nederlands Strux H13 Woorden met -ch, -sch en -cht aan het einde

Nederlands taalverzorging H13 
 Woorden met  -ch, -sch en - cht aan het einde van een woord.
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Nederlands taalverzorging H13 
 Woorden met  -ch, -sch en - cht aan het einde van een woord.

Slide 1 - Tekstslide

Gedragsverwachtingen
We zitten op onze eigen plek.
We luisteren naar elkaar en laten elkaar uitpraten.
Wil je iets zeggen of vragen? Stille vinger en wachten tot je de beurt krijgt.
Werken in het werkboek doen we fluisterend.

Slide 2 - Tekstslide

Doel:
Ik leer woorden schrijven met -ch, -sch en -cht aan het einde.

Slide 3 - Tekstslide

Woorden met -ch aan het eind
lach
toch
noch
pech
Maak er een zin mee:        Ik lach om jouw grappen.

Slide 4 - Tekstslide

Woorden met -sch aan het eind
elektrisch
logisch
technisch

Slide 5 - Tekstslide

Woorden met -cht aan het eind
acht
nacht 
echt
slecht

Slide 6 - Tekstslide

Vul het goede woord in met -ch, -cht of -sch aan het einde.
Mijn broer is handig, hij is erg ........

Slide 7 - Open vraag

Vul het goede woord in:
Hij had.....met zijn auto, de auto deed het niet meer.

Slide 8 - Open vraag

Vul het goede woord in:
Midden in de ....... lag ik wakker.

Slide 9 - Open vraag

Dit is een:...........

Slide 10 - Open vraag

Dit is het cijfer:.....

Slide 11 - Open vraag

Maken H12
Opdracht 1 t/m6 (blz. 55 t/m 57)

Klaar?: dan mag je verder met je weektaak


Slide 12 - Tekstslide

Typ een woord met -ch, -sch, of -cht aan het einde.

Slide 13 - Woordweb