§1.6 Landbouw juiste (versie 2)

§1.6: Landbouw
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 4

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

§1.6: Landbouw

Slide 1 - Tekstslide

Planning
- Leerdoelen
Herhaling 
- Uitleg 1.6
- opdrachten maken

Slide 2 - Tekstslide

Moet lucht stijgen of dalen om neerslag te krijgen?
A
lucht moet dalen
B
lucht moet stijgen

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Tekstslide

welke vorm van neerslag zie je op de afbeelding
A
stijgingsregen
B
stuwingsregen
C
frontale neerslag

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Tekstslide

Welke vorm van neerslag zie je op de afbeelding?
A
frontale neerslag
B
stijgingsregen
C
stuwingsregen

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

welke vorm van neerslag zie je op de afbeelding?
A
stuwingsregen
B
stijgingsregen
C
frontale neerslag

Slide 9 - Quizvraag

de korte kringloop van het water is alleen boven land
A
goed
B
fout

Slide 10 - Quizvraag

Loef en lijzijde: Waarom valt er aan de ene kant zoveel neerslag en aan de andere kant niet?

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Hoogteligging is in Spanje een belangrijke factor voor de verdeling van klimaten
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quizvraag

In Spanje zijn er de volgende klimaten: gematigd zeeklimaat, Middellandse Zeeklimaat, landklimaat, toendraklimaat, steppeklimaat en woestijnklimaat.
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Herhaling: Wat kan je ook alweer zeggen over het klimaat van Spanje?
A
Natte koele zomers en strenge winters
B
Droge warme zomers en zachte winters
C
Natte koele zomers en zachte winters
D
Droge warme zomers en strenge winters

Slide 16 - Quizvraag

Welke temperatuurfactor bepaalt het klimaat in het midden van Spanje?





A
Breedteligging
B
Gesteldheid van aardoppervlak
C
Hoogteligging
D
Aanlandige/aflandige zeewind

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

Welk klimaat in Spanje zie je hier
A
Gematigd zeeklimaat
B
hooggebergteklimaat
C
steppeklimaat
D
Landklimaat

Slide 19 - Quizvraag

Welk klimaat heeft Spanje niet?
A
Gematigd zeeklimaat
B
Middellands zeeklimaat
C
Steppeklimaat
D
Tropisch regenwoudklimaat

Slide 20 - Quizvraag

Noord Spanje: zeeklimaat
Nederland: zeeklimaat
Toch is er een belangrijk verschil. Welk?
A
In Nederland ligt de gemiddelde temperatuur hoger
B
In Spanje ligt de gemiddelde temperatuur hoger
C
Er is geen verschil, want hetzelfde klimaat

Slide 21 - Quizvraag

Wat voor klimaat heeft Nederland?
A
Zeeklimaat
B
Steppeklimaat
C
Landklimaat
D
Toendraklimaat

Slide 22 - Quizvraag

Welke klimaatfactor zorgt ervoor dat het gemiddeld warmer is in Spanje dan in Nederland
A
Breedteligging
B
Hoogteligging
C
Afstand tot de zee
D
Gesteldheid van het aardoppervlak

Slide 23 - Quizvraag

Bekijk de bron. Van welke klimaatfactor is in Nederland weinig sprake?
A
Breedteligging
B
Afstand tot de zee
C
Hoogteligging

Slide 24 - Quizvraag

Dat er in Nederland meestal sprake is van zachte winters komt door de klimaatfactor ...?
A
breedteligging
B
hoogteligging
C
invloed van de zee
D
Gesteldheid van het aardoppervlak

Slide 25 - Quizvraag

Bij welk klimaat horen deze kenmerken? Hete zomers, koude winters
A
steppeklimaat
B
landklimaat
C
gematigd zeeklimaat
D
Middellandse zeeklimaat

Slide 26 - Quizvraag

Bij welk klimaat horen deze kenmerken? warme zomers, zachte winters
A
steppeklimaat
B
landklimaat
C
gematigd zeeklimaat
D
Middellandse zeeklimaat

Slide 27 - Quizvraag

Slide 28 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kent de kenmerken van landbouw in Nederland en Spanje.
Je begrijpt dat er een verband is tussen klimaat en het agrarisch bodemgebruik.
Je kunt met behulp van een kaart van Spanje de ligging van landbouwgebieden beschrijven en verklaren.

Slide 29 - Tekstslide

Paragraaf 1.6
Samen lezen + uitleg

Slide 30 - Tekstslide

Samen lezen leerboek
Blz. 18

Slide 31 - Tekstslide

Nederland als landbouwland
Wat maakt NL een ideaal landbouwland?
Ons klimaat! Het gematigde zeeklimaat zorgt voor milde winters en gematigde zomers. In ons land is het nooit te warm of te koud!


Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Nederland als landbouwland

We hebben in NL ook een positieve waterbalans: er valt immers het hele jaar door voldoende regen, een super droge periode hebben wij niet vaak.

Slide 34 - Tekstslide

Landbouw en water
Neerslag die valt zakt in de bodem= infiltratie
Irrigeren is het kunstmatig bevloeien van land 
Drainage: het afvoeren van overtollig water


Slide 35 - Tekstslide

infiltratie

Slide 36 - Tekstslide

irrigeren: het geven water aan voedselgewassen

Slide 37 - Tekstslide

draineren: afvoeren van overtollig water

Slide 38 - Tekstslide

Handelsgewas (om te verkopen)
Voedselgewas (voor eigen gebruik)
Wat is het verschil?

Slide 39 - Tekstslide

intensief

extensief
Wat is het verschil?

Slide 40 - Tekstslide

Binnenland is droog en bergachtig > ongeschikt voor landbouw.

De landbouw vind je in de dalen van rivieren en langs de kust.

Slide 41 - Tekstslide

Landbouw in Spanje
Voedselteelt verschilt per gebied:
  • Intensieve landbouw in het noorden (neerslag --> stuwingsregens).
  • Extensieve landbouw in het binnenland (kleine opbrengsten, verwoestijning). Door afstroming spoelt vruchtbare grond na zware regen weg.

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Video

Begrippen
  • Waterbalans
  • Infiltratie
  • Drainage, draineren
  • Verdroging, verwoestijning 
  • Irrigatie
  • Intensieve landbouw en extensieve landbouw
  • Voedselgewas en handelsgewas

Slide 44 - Tekstslide

Maken
Paragraaf 1.6 
Opdracht 1, 2, 3, 4 en 5

Klaar?
Maak opdracht 1 t/m 9 op bladzijde 24Maak opdracht 1 t/m 9 op bladzijde 24

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide

Waterbalans = Een overzicht van de hoeveelheid water die een gebied binnengaat en verlaat.
  • Positieve waterbalans: de mensen hebben voldoende water. 
  • Negatieve waterbalans: de mensen hebben te weinig water. 

Slide 47 - Tekstslide

Welke begrippen hebben we nu besproken?

Slide 48 - Woordweb