Formuleren

Formuleren
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Formuleren

Slide 1 - Tekstslide

timer
1:00

Slide 2 - Tekstslide

timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide

Je schrijft een hoofdletter bij namen van windstreken.
A
waar
B
niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Je gebruikt een komma tussen twee persoonsvormen.
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Woorden die eindigen op twee of drie klinkers die samen één klank vormen, schrijf je met 's.
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Woorden die eindigen op een i, krijgen bij het verkleinen een e erbij (i --> ie).
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quizvraag

timer
1:00

Slide 8 - Tekstslide

timer
10:00

Slide 9 - Tekstslide

Wie ga jij interviewen en waarover?

Slide 10 - Open vraag

Eindopdracht
Neem het interview af.
Je mag vraag en antwoord uitschrijven. Let erop dat je spreektaal omzet naar schrijftaal
Denk aan titel, tussenkopjes, witregels.
Schrijf zelf een inleiding en slot bij je interview.

Slide 11 - Tekstslide

Welk leesteken hoort er bij de woorden 'want' en 'omdat'?

Slide 12 - Open vraag

Welke voegwoorden ken je nog meer?

Slide 13 - Woordweb

Welke voegwoorden krijgen (meestal) géén komma?

Slide 14 - Open vraag

Aan de slag!
Maak opdracht 1, 2 en 3 van blz. 230.
Overleg nodig? Alleen toegestaan met degene naast je.
Eerder klaar? Werk aan je interview. Al af? Lees je boek.

Slide 15 - Tekstslide

timer
10:00

Slide 16 - Tekstslide

Signaalwoorden uit het voorgelezen tekstje + bijbehorende tekstverbanden.
Bijv Verder - opsomming

Slide 17 - Open vraag

De leerling ... zich uitrekte, gaf aan dat het leeskwartier afgelopen is.
A
die
B
dat

Slide 18 - Quizvraag

Het bedrijf ... frisdrank op de markt bracht, heeft miljoenen verdiend.
A
die
B
dat

Slide 19 - Quizvraag

Ik heb net een blikje leeggedronken. ... gooi ik nu even weg.
A
Die
B
Dat

Slide 20 - Quizvraag

Wanneer dit/dat/deze/die?
dE-woorden --> diE / dezE
heT-woorden --> diT / daT
een boek = het boek; dat boek / het boek dat ik lees
Naar een zin of deel van een zin verwijs je met dit/dat.
Morgen gaan we zwemmen. Dat vind ik leuk.

Slide 21 - Tekstslide

De vriendin ... ik ga shoppen, heeft helaas afgezegd.
A
met wie
B
met wat
C
waarmee

Slide 22 - Quizvraag

Dit boek is niet zo leuk,
maar ... dan dat boek.

Slide 23 - Open vraag

Trappen van vergelijking
Stellende trap = gewone bijv nw - leuk
Vergrotende trap = bijv nw + er / der - leuker
Overtreffende trap = bijv nw + st. - leukst
Let op: 'meest' gebruik je alleen als het bijv nw
al eindigt op st/sch

Slide 24 - Tekstslide

Ik ben beter in wiskunde ...
A
als jij
B
als jou
C
dan jij
D
dan jou

Slide 25 - Quizvraag

Als/dan ik/mij
Gebruik bij de stellende trap 'als' en bij de vergrotende trap 'dan'.
Probeer het werkwoord erachter te herhalen om te zien welk pers vnw je erachter in moet vullen.
Ik ben beter (vergrotend) in wiskunde DAN jij (bent).

Slide 26 - Tekstslide

timer
1:00

Slide 27 - Tekstslide

timer
10:00

Slide 28 - Tekstslide

Ik heb niet goed geleerd. ... heb ik een goed cijfer gehaald.

Slide 29 - Open vraag

Ik ben te laat op school ... mijn wekker niet af ging.

Slide 30 - Open vraag

Onze docent heeft leuke cadeaus gehad voor haar verjaardag, ... nieuwe kleding en doucheschuim van Rituals.

Slide 31 - Open vraag

Voor sommigen is het spannend wat ze volgend jaar gaan doen. ... ze toch over zijn, krijgen ze taart.

Slide 32 - Open vraag

Lees het artikel van jouw keuze.
timer
1:00

Slide 33 - Tekstslide

Verboden woord XXL
1 Werk samen in een groepje van vier.
2 Vertel elkaar om en om waarover de tekst gaat die je net hebt gelezen. Daarbij zijn de volgende woorden verboden: en, of, maar, want, dus, daarom, omdat, daardoor, doordat, zodat, door, ook, niet.
3 Houd bij hoeveel seconden ieder het volhoudt zonder de verboden woorden te gebruiken.
4 Betrapt op een verboden woord? Dan is de volgende aan de beurt.
5 Wie het langst aan het woord is geweest, heeft gewonnen.

Slide 34 - Tekstslide