Delend lidwoord en 'de'

• Frans
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 6

Delend lidwoord en 'de'

Wanneer gebruik je wat? 

Vertel alles wat je weet over het delend lidwoord!

Traduis:
Pierre drinkt koffie

Traduis:
Ik heb vrienden

Wat komt er (nagenoeg) altijd na een woord van hoeveelheid (bijv. beaucoup)?

Traduis:
Ik heb veel vrienden

Er zijn werkwoorden die een 

VAST VOORZETSEL hebben

Voorbeelden:

Het is:                   aller à

                                réussir  à

                                en PARLER DE

Kan er ná een ww met het vaste voorzetsel DE, zoals PARLER DE een delend lidwoord komen?

1. Ja
2. Nee

Comment on dit en français:
'Ik praat over auto's'

ONTHOUD:

de + le = du

de + les = des

Comment on dit en français:
'Ik praat over DE auto's'

Als je over dingen 'in het algemeen' praat

Bijvoorbeeld:

Kaas is lekker / Katten zijn leuk

Dan gebruik je het bepaalde lidwoord, dus

LE / LA / L' / LES

Kies de juiste vertaling van:
Engels is een belangrijk vak

1. Anglais est une matière importante
2. L'anglais est une matière importante
3. L'Anglais est une matière importante.

Comment on dit en français:
Reizen zijn belangrijk voor jongeren

Comment on dit en français:
Ik houd van snoepjes (= bonbons)

Comment on dit en français:
Ik heb een hekel aan aardrijkskunde

Juist!

Bij werkwoorden als

aimer / adorer / détester / préférer + zelfstandig naamw

krijg je dus voor dat zelfst nw ook altijd LE/LA/L'/ LES

want je gebruikt die woorden dan ook in het algemeen!

(je kunt er natuurlijk ook voor kiezen om op die ww een heel ww te laten volgen:

J'adore voyager.

J'aime manger des bonbons. 

Des questions ?