voltooid deelwoord

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Mittwoch den 14. April

Grammatik B: het voltooid deelwoord

Je werkt deze LessonUp zelf door, daarna bespreken we de lastige vragen!

het voltooid deelwoord 

Mhhh....... wat is eigenlijk het voltooid deelwoord?

Kijk naar de onderstaande zinnen

Ik heb brood gegeten.

Piet heeft de pop gemaakt.

Saskia heeft de fiets gemaakt.

Jan is naar Enschede gegaan.

Ahhh ik weet het al......

Als je wil vertellen dat iets al gebeurd is, dan gebruik je een voltooid deelwoord in een zin. Voltooid betekent dat iets af is.

Dus je vertelt iets in de verleden tijd. 

Hoe maak je de zinnen in een verleden tijd?

Kijk naar de onderstaande zinnen.

Ik heb  een  appel gekocht  

Ich habe  einen Apfel gekauft

Ik heb de hele nacht gespeeld 
Ich habe die ganze Nacht gespielt

 Hoe maak je een voltooid deelwoord in het Duits?

Het voltooid deelwoord van het werkwoord kaufen is

1. gekauft
2. gekaufd
3. kauft
4. kaufen

Het voltooid deelwoord van het werkwoord wohnen is

1. wohnen
2. gewohnd
3. gewohnt
4. wohnt

Het voltooid deelwoord van het werkwoord machen is

1. macht
2. gemacht
3. machen
4. gemachd

Het voltooid deelwoord van het werkwoord spielen is

1. gespielt
2. spielt
3. gespield
4. spield

Wie lange hast du in Berlin ..............?

1. gewohnd
2. gewohnt
3. wohnen

Jetzt (nu):

We gaan zo opdrachten 7-10 uit Lektion 4 bespreken. 

Totdat het zover is ga je verder met Lektion 5: 1, 2, 3, 4

Opdracht klaar? Dan leer je de grammatica A, B en C en de woorden/zinnen van Lektion 1-4