2.2- Het Romeinse Rijk

Opdrachten 3 t/m 8
2.2 Het Romeinse Rijk
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Opdrachten 3 t/m 8
2.2 Het Romeinse Rijk

Slide 1 - Tekstslide

Opdracht-3
Gebruik de leertekst ‘Het ontstaan van een wereldrijk’.
Zet de volgende gebeurtenissen in de juiste volgorde, van vroeger naar later.
A Bijna heel Italië is onder bestuur van Rome.
B De Romeinen veroveren de gebieden rond Rome.
C Er zijn drie grote oorlogen tussen Rome en Carthago.
D Het Romeinse Rijk is op zijn grootst.
E Rome is een klein dorp aan de rivier de Tiber.
De juiste volgorde is :  

Slide 2 - Tekstslide

Opdracht-3
Gebruik de leertekst ‘Het ontstaan van een wereldrijk’.
Zet de volgende gebeurtenissen in de juiste volgorde, van vroeger naar later.
A Bijna heel Italië is onder bestuur van Rome.
B De Romeinen veroveren de gebieden rond Rome.
C Er zijn drie grote oorlogen tussen Rome en Carthago.
D Het Romeinse Rijk is op zijn grootst.
E Rome is een klein dorp aan de rivier de Tiber.
De juiste volgorde is : E B A C D

Slide 3 - Tekstslide

Opdracht-4
Om welke twee redenen voerden de Romeinen telkens oorlog?

□ A De Romeinen hadden een sterk leger.
□ B De Romeinen kregen meer macht door overwinningen in de oorlog.
□ C De Romeinen werden aangevallen door de stad Carthago.
□ D De Romeinen wilden hun godsdienst verspreiden.
□ E De Romeinen wilden hun handelsroutes beschermen en uitbreiden.

Slide 4 - Tekstslide

Opdracht-4
Om welke twee redenen voerden de Romeinen telkens oorlog?

□ A De Romeinen hadden een sterk leger.
□ B De Romeinen kregen meer macht door overwinningen in de oorlog.
□ C De Romeinen werden aangevallen door de stad Carthago.
□ D De Romeinen wilden hun godsdienst verspreiden.
□ E De Romeinen wilden hun handelsroutes beschermen en uitbreiden.
B + E

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht-5
In de leertekst ‘Het Romeinse leger’ staan een vraag en twee antwoorden op die vraag.
Onderstreep de vraag en de twee signaalwoorden die het begin van elk antwoord aangeven.

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht-6
a.
Noem twee redenen waarom de Romeinen een sterk leger hadden.
–  .
–  .

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht-6
a.
Noem twee redenen waarom de Romeinen een sterk leger hadden.
–  het was een beroepsleger / soldaten hadden een goede wapenuitrusting.
–  de soldaten waren goed getraind / gedisciplineerd.

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht-6
b.
De Romeinen versloegen vele volken.
Welke uitspraak over deze overwonnen volken is juist?
◯ A Deze volken hoefden als bondgenoot geen belasting te betalen.
◯ B Deze volken kwamen vaak in opstand.
C Deze volken mochten vaak hun eigen leiders houden.
◯ D Deze volken werden tot slaaf gemaakt.

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht-6
c.
Leg uit waarom het slim was van de Romeinen om een bondgenootschap te sluiten met een overwonnen volk.

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht-6
c.
Leg uit waarom het slim was van de Romeinen om een bondgenootschap te sluiten met een overwonnen volk.
Doordat zo’n volk een eigen bestuur mocht houden, kwam het minder snel in opstand.
In tijd van oorlog konden de bondgenoten elkaar helpen.

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht-7
a.
Wat veranderde in de samenleving van de Bataven na de komst van de Romeinen?
Geloof: ze offerden ook aan Romeinse goden / vereerden goden in
een tempel.
Bestaansmiddel: ze gingen handeldrijven met de Romeinen en gebruikten hun muntgeld.
Nieuwe producten: Romeins glaswerk, olijfolie en wijn.

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht-7
b.
Hieronder staan nog drie veranderingen. Geef telkens aan om wat voor soort verandering het gaat.
– De Bataven gaan betalen met geld. Dat is een verandering op cultureel /
economisch / politiek gebied.
– De Bataven gaan het Romeinse schrift gebruiken. Dat is een verandering op cultureel / economisch / politiek gebied.
– De Bataven gehoorzamen de Romeinse keizer. Dat is een verandering op
cultureel / economisch / politiek gebied.

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht-7
b.
Hieronder staan nog drie veranderingen. Geef telkens aan om wat voor soort verandering het gaat.
– De Bataven gaan betalen met geld. Dat is een verandering op cultureel /
economisch / politiek gebied.
– De Bataven gaan het Romeinse schrift gebruiken. Dat is een verandering op cultureel / economisch / politiek gebied.
– De Bataven gehoorzamen de Romeinse keizer. Dat is een verandering op
cultureel / economisch / politiek gebied.

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht-8
Noem twee voordelen voor de Bataven, als zij Romeins burgerrecht hadden.
 


Slide 15 - Tekstslide

Opdracht-8
Noem twee voordelen voor de Bataven, als zij Romeins burgerrecht hadden.

  1. Zij betaalden minder belasting.
  2. Zij konden bestuurder worden.


Slide 16 - Tekstslide

Huiswerk

H2.3 De Romeinse samenleving
lezen : blz. 89 t/m 91
maken : opdrachten 9 t/m 11

Slide 17 - Tekstslide

Opdracht-9

Slide 18 - Tekstslide

Opdracht-9

Slide 19 - Tekstslide

Opdracht-9

Slide 20 - Tekstslide

H2.4 Het christendom ontstaat
lezen blz. 92 t/m 95
maken opdrachten 2 t/m 5 + 8

Slide 21 - Tekstslide