4.4 De middeleeuwse stedeling

K: presentatie 4.4
Z: maken paragraaf 4.4 (tm vraag 7)
Klaar? Verder met studiewijzer.
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

K: presentatie 4.4
Z: maken paragraaf 4.4 (tm vraag 7)
Klaar? Verder met studiewijzer.

Slide 1 - Tekstslide

Tijd van Steden en Staten (1000-1500)
In het wit zie je een stadspoort. Ging je in de Middeleeuwen een stad binnen, dan moest je door de stadspoort. In veel steden werd een hoge en prachtig versierde kerk gebouwd. Op de achtergrond zie je de binnenkant van zo’n kerk.
Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga

Slide 2 - Tekstslide

vorige keer

Slide 3 - Tekstslide

Welke hoort er niet bij? 
Muur bouwen - munt slaan - recht spreken - moerassen droog leggen

Almelo - Deventer - Zutphen - Kampen 


Slide 4 - Tekstslide

Deze keer
Je weet waarom mensen in de middeleeuwen graag in een stad wonen.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Sleepvraag


Straffen in de Middeleeuwen
  • Zeker: lijfstraffen en doodstraffen kwamen voor...
  • ...maar de meeste straffen waren geldboetes!
  • Die leverden meer op en kostten minder geld: een beul moet je als stad namelijk ook gewoon betalen!

Slide 7 - Tekstslide

Histoclips
Stad in de middeleeuwen
(tot 5:00)

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video


Werken in een gilde
  • Omdat de oogst groter wordt, hoeft niet iedereen meer boer te zijn: er ontstaan andere beroepen: ambachten
  • Mensen met hetzelfde ambacht zitten in een gilde.
  • Het gilde controleerde ook de kwaliteit van de producten en stelde de verkoopprijs vast.
  • Bij ziekte en overlijden kreeg het gezin hulp van het gilde.
De meeste gilden hadden een prachtig gildehuis. Hier werden, behalve vergaderingen, ook feesten gehouden. Heel het leven draaide om het gilde.
Voorbeelden van ambachten in een middeleeuwse stad:
- smid
- bakker
- timmerman
- meubelmaker
- brouwer
- kleermaker

Slide 10 - Tekstslide

Van leerling 
tot meester
  • Je mag alleen een eigen bedrijf hebben, als je lid van een gilde bent.

  • Hiervoor moet je eerst meester worden:
  1. Je begon al erg jong als leerling;
  2. Daarna werd je gezel;
  3. En pas als je meesterproef had gedaan kon je meester worden. Je was dan vaak al ver boven de 30 jaar!
Middeleeuwse ambachtslieden aan het werk.

Slide 11 - Tekstslide

meester
Ik ben goed in dit ambacht. Om dit vak te leren ga je bij mij 'in de leer'. Dan leer ik je dit vak. 

Je gaat niet naar school maar je werkt. Regelmatig moet je een proef maken, tot je examen doet. Ben je geslaagd dan ben je net zo goed als ik in dit ambacht. 

Schilders, dokters, bakkers en slagers hadden allemaal gildes. 
leerling
Ik let goed op en doe goed mijn best. Ik ga toch niet naar school. 

Als ik het goed doe, ben ik over 10 jaar misschien wel geslaagd! 
Hoezee!

Slide 12 - Tekstslide







Een voorbeeld van een meesterproef.

Om meester te worden moest een poort worden gemetseld.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Dit ambacht heet...
Dit ambacht heet een mandenmaker. Van buigzaam riet of dunne takken hout kan je veel maken. Manden, bezems, stoelen. 

Slide 15 - Tekstslide

Dit ambacht heet...
Dit ambacht heet een kruier. 
Iemand die helpt met dragen, vertillen, verhuizen, of sjouwen.

Slide 16 - Tekstslide

Dit ambacht heet...
Dit ambacht heet een kaasdrager.
Kazen uit Gouda zijn erg beroemd. 
De kazen werden gedragen, een erebaantje!

Slide 17 - Tekstslide

Dit ambacht heet...
Dit ambacht heet een leerlooier
Iemand met dit vak kon stugge dierenhuiden bewerken tot leer, en et in elke vorm krijgen. Een paardenzadel, of een tas. 

Slide 18 - Tekstslide

Dit ambacht heet...
Dit ambacht heet een timmerman
Iemand met dit vak kon huizen helpen bouwen (die van hout waren) of meubels maken.

Slide 19 - Tekstslide

Dit ambacht heet...
Dit ambacht heet een houtrasper
Iemand met dit vak kon hout raspen. Van een kromme boomstam raspte men er een mooie ronde balk van. Een mooie spriet of een mooie mast voor een schip!

Slide 20 - Tekstslide

Deze keer
Je weet waarom mensen in de middeleeuwen graag in een stad wonen.

Slide 21 - Tekstslide

K: presentatie 4.4
Z: maken paragraaf 4.4 (tm vraag 7)
Klaar? Verder met studiewijzer.

Slide 22 - Tekstslide