In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Inhoud
- Herhaling §4.3
- Uitleg §4.4
- Maken opgaven 28 t/m 36
Slide 1 - Tekstslide
Waarbij komt de meeste energie vrij bij verbranding?
A
12 kg Benzine
B
11,5 kg Kerosine
C
12 kg Diesel
D
25 kg Methanol
Slide 2 - Quizvraag
In een Benzine motor van een auto wordt 11 MJ energie verbruikt. Hiervan wordt 4 MJ bewegingsenergie en 7 MJ warmte. Wat is het rendement?
A
74%
B
100%
C
28%
D
36%
Slide 3 - Quizvraag
Luchtverontreiniging
Luchtverontreiniging omvat alles wat we niet of minder in de lucht willen hebben
Voorbeelden hiervan zijn:
Broeikasgassen
Smog (stikstofoxiden, koolwaterstof gassen en fijnstof)
Slide 4 - Tekstslide
Waarom is het erg om Smog in de lucht te hebben?
A
Het werkt mee aan de opwarming van de aarde
B
Het zorgt voor gezondheidsklachten
C
Het ziet er niet mooi uit
D
Het is lastig om doorheen te kijken en is dus gevaarlijk
Slide 5 - Quizvraag
Smog
Smog is een combinatie van de woorden Smoke en Fog. Smog bestaat uit een combinatie van stikstofoxides met koolwaterstof gassen en fijnstof (roet en rook-deeltjes)
Smog versterkt een aantal gezondheidsproblemen zoals astma en gevoelige luchtwegen. Daarnaast kan het zorgen voor hart- en longproblemen en kanker
Smog kan worden verminderd doormiddel van goede verbrandingsmotors en goede filters
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Versterkte broeikaseffect
CO₂ in de lucht is goed, teveel zorgt er echter voor dat het broeikaseffect versterkt en de aarde opwarmt.
Teveel CO₂ in de lucht is de veroorzaker van de afgelopen 5 massa-extincties op aarde
Slide 8 - Tekstslide
Effecten opwarming aarde
Koraalriffen sterven waardoor veel broedgebied van vissen verloren gaat. Dit heeft ook impact op de mens, aangezien vis een belangrijk onderdeel is van onze voedselvoorziening
Op sommige plekken worden droogte extremer, hierdoor wordt het verbouwen van gewassen veel lastiger, ook zullen leefgebieden van veel dieren verplaatsen, of zullen dieren uitsterven
Op sommige plekken wordt het veel natter, door de stijging van de zeespiegel, uitzetting van rivieren of heftige regen. Dit zorgt ook voor het falen oogsten, waardoor het verbouwen van gewassen lastiger wordt.
Slide 9 - Tekstslide
Biobrandstoffen
Eerste generatie: Voedsel wordt gebruikt voor biobrandstof
Tweede generatie: Afvalstoffen worden gebruikt voor biobrandstof
Derde generatie: Algen of zeewier worden speciaal verbouwd voor biobrandstof