Talent 2.4 les 1 3TL

Welkom
We beginnen met 10 minuten lezen.
timer
10:00
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom
We beginnen met 10 minuten lezen.
timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

herhaling vorige lessen:
§2.3
§2.5
§2.7
§2.8

Slide 2 - Tekstslide

Soms begrijp ik niet wat er allemaal (gebeuren) ___ op school.

Slide 3 - Open vraag

Schrijf in meervoud

hobby

Slide 4 - Open vraag

Schrijf in meervoud

categorie

Slide 5 - Open vraag

Kopieer de zin en plaats de komma

Toen we met z’n allen naar Keulen gingen was het best gezellig toch?

Slide 6 - Open vraag

Zal ik aan hem de weg vragen?

WG?

Slide 7 - Open vraag

WG......................................................WG..
|Zal| ik aan hem de weg |vragen|?

O?

Slide 8 - Open vraag

WG...O...............................................WG..
|Zal| ik |aan hem de weg |vragen|?

LV?

Slide 9 - Open vraag

WG...O...............................LV.............WG..
|Zal| ik |aan hem |de weg |vragen|?

MV?

Slide 10 - Open vraag

Doel vandaag:
§2.4 
Zakelijke brief

Slide 11 - Tekstslide

Klassikaal: bijlage doorlezen/bespreken
Schrijftaak blz. 131

Slide 12 - Tekstslide



Maak:
  • Open in Classroom de opdracht: zakelijke brief
  • Begin met vandaag met de afzender, ontvanger, plaats en datum
  • (Word of Google Document)






  • Nabespreken 

Slide 13 - Tekstslide

Nabespreken

Slide 14 - Tekstslide

Wat is de juiste aanhef voor een zakelijke brief?
A
Geachte heer/mevrouw,
B
Hallo collega,
C
Lieve vriend,
D
Beste klant,

Slide 15 - Quizvraag

Hoe sluit je een zakelijke brief af?
A
Doei,
B
Met vriendelijke groet,
C
Met liefde,
D
Tot ziens,

Slide 16 - Quizvraag

Welke informatie moet in de briefhoofd van een zakelijke brief staan?
A
Naam/adres afzender en datum
B
Favoriete kleur
C
Hobby's en interesses
D
Geboortedatum

Slide 17 - Quizvraag

Wat is de functie van een zakelijke brief?
A
Informatie overbrengen of verzoeken doen.
B
Grappen vertellen
C
Liedjes zingen
D
Recepten delen

Slide 18 - Quizvraag