NED 2 werkwoordspelling les 3


Welkom
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les


Welkom

Slide 1 - Tekstslide

Wat hebben we al gedaan?
Tegenwoordige tijd
Verleden tijd
Voltooide tijd

Slide 2 - Tekstslide

Hij....[deleten] gisteren dat bestand dat ik ....[uploaden] had.
A
deletete, geüpload
B
deletete, geüploaded
C
delete, geüpload
D
delete, geupload

Slide 3 - Quizvraag

Werkwoordspelling
A
Zij begeleidden de vrouw naar huis gisteren
B
Zij begeleiden de vrouw naar huis gisteren

Slide 4 - Quizvraag

werkwoordspelling
A
Zij hebben de vrouw naar huis begeleidt.
B
Zij hebben de vrouw naar huis begeleid.
C
Zij hebben de vrouw naar huis begeleit.
D
Zij hebben de vrouw naar huis begeleiden.

Slide 5 - Quizvraag

...(liken) jij vorige week die vakantiefoto van mij op facebook?
A
likete
B
likte

Slide 6 - Quizvraag

werkwoordspelling
A
hij heeft de boel belazerd
B
hij heeft de boel belazert

Slide 7 - Quizvraag

Wat is het voltooid deelwoord van deleten?
A
gedeleted
B
gedeletet
C
gedelet
D
gedeleet

Slide 8 - Quizvraag

Werkwoordspelling
A
hij bediend
B
hij bedient

Slide 9 - Quizvraag

werkwoordspelling
A
Gisteren begeleiden zij de vrouw naar huis.
B
Gisteren begeleidden zij de vrouw naar huis.

Slide 10 - Quizvraag

werkwoordspelling

A
De oude man verstuurt de brief.
B
De oude man verstuurd de brief.

Slide 11 - Quizvraag

Engelse werkwoorden in het Nederlands...
hebben geen geheimen voor mij, ik voel dat gewoon aan.
zijn idioot, ik pak lekker een woordenboek erbij.

Slide 12 - Poll

Ik begrijp de werkwoordspelling
0100

Slide 13 - Poll

Slide 14 - Video

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Slide 19 - Tekstslide

V.d. bijvoeglijk gebruikt
  


Staat altijd voor het zelfstandig naamwoord
De geverfde muur
De gelakte tafel

Slide 20 - Tekstslide

Vul het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord in:
(stranden) De ............ reiziger
A
Gestrandde
B
strandende
C
gestranden
D
gestrande

Slide 21 - Quizvraag

Vul het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord in:
(verzinnen) Het ............ verhaal
A
verzonnen
B
verzonne
C
verzinnen
D
verzinde

Slide 22 - Quizvraag

Vul het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord in:
(redden) De ...... zwemmer
A
redde
B
geredde
C
gerede
D
verredde

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

Een vraag over het vorige plaatje. Welke denkfout maakt Robert

Slide 25 - Open vraag

Aan de slag
Ga aan de slag met het maken van jullie spiekbrief. Maximaal 1 A4 aan een kant bedrukt
Volgende week toets werkwoordspelling

Slide 26 - Tekstslide