Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Maatschappijleer H1, H2 en H3
Maatschappijleer H1, H2 en H3
1 / 41
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
In deze les zitten
41 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Maatschappijleer H1, H2 en H3
Slide 1 - Tekstslide
Maatschappijleer
Bij maatschappijleer leer je hoe de Nederlandse maatschappij in elkaar zit en hoe mensen met elkaar samenleven.
De Nederlandse maatschappij bestaat uit 18 miljoen mensen. Iedereen leidt zijn eigen leven. Maar we hebben elkaar ook nodig.
Samenleven kan in het klein .............
Samenleven kan in het groot...........................
Slide 2 - Tekstslide
Gedragsregel of wet?
Je fietst met je telefoon in de hand
A
Gedragsregel
B
Wet
Slide 3 - Quizvraag
Gedragsregel of wet?
Je dringt voor in de rij
A
Gedragsregel
B
Wet
Slide 4 - Quizvraag
Waarden
Waarden zijn alles wat iemand belangrijk vindt
Vaak 1 woord
Slide 5 - Tekstslide
Normen
Regels over hoe je je moet gedragen.
Beginnen vaak met: Je mag niet of je moet
Slide 6 - Tekstslide
Belang
Het voordeel dat je ergens bij hebt
Waarom kunnen belangen wel eens botsen?
Slide 7 - Tekstslide
Waarde, norm of belang?
Behulpzaamheid
A
Waarde
B
Norm
C
Belang
Slide 8 - Quizvraag
Waarde, norm of belang?
Je mag niet liegen.
A
Waarde
B
Norm
C
Belang
Slide 9 - Quizvraag
Waarde, norm of belang?
Je wijst iemand de weg als diegene daarnaar vraagt.
A
Waarde
B
Norm
C
Belang
Slide 10 - Quizvraag
Waarde, norm of belang?
Je wil meer salaris voor je bijbaantje
A
Waarde
B
Norm
C
Belang
Slide 11 - Quizvraag
Een maatschappelijk probleem heeft 4 kenmerken.
Welke 4 kenmerken?
Slide 12 - Open vraag
Kritisch denken
Zorgvuldig omgaan met informatie en het bepalen van je mening
3 delen:
Welke informatie is betrouwbaar?
Bekijk het ook van de andere kant.
Denk na over je eigen mening.
Waarom is dit belangrijk?
Slide 13 - Tekstslide
Communicatie
Het doorgeven van informatie.
Slide 14 - Tekstslide
Hoe kun je communiceren?
Slide 15 - Woordweb
Informatie: Een klasgenoot vraagt: 'Zullen we vrijdag naar de bioscoop gaan?'
Wie heeft welke rol?
Zender
Medium
Ontvanger
Slide 16 - Sleepvraag
Medium en media
Een medium is wat je gebruikt om informatie over te brengen.
Telefoon, het journaal, de krant, je stem
Samen zijn dat de media.
Massamedia is media die door veel mensen wordt gezien, gelezen of gehoord
Slide 17 - Tekstslide
Waarom wordt er gezegd dat wij in een mediasamenleving wonen?
Slide 18 - Woordweb
Maar wat zijn de nadelen van een mediasamenleving?
Slide 19 - Tekstslide
In Nederland hebben de media persvrijheid
Dit betekent dat de journalisten zonder toestemming nieuwsberichten mogen maken.
Maar hoe weten we wat nieuws is?
- actueel?
- bijzonder?
- interessant?
- bekende personen?
Slide 20 - Tekstslide
In Nederland hoor je veel verschillende soorten berichten en meningen. Hierdoor krijg je een beeld van de mensen en de wereld. Hoe heet dit?
Slide 21 - Open vraag
Als je mediawijs bent, maak je verstandig gebruik van de media.
Maar in de media is er ook sprake van selectieve waarneming.
Bij selectieve waarneming herken je het woord selectie.
Je selecteert zelf wat je ziet en wilt horen.
Slide 22 - Tekstslide
Informatie die niet klopt en waar de maker ook van weet dat het niet klopt heet...
A
Nepnieuws
B
Desinformatie
Slide 23 - Quizvraag
Verzonnen informatie die wordt verspreid om geld te verdienen of mensen hun mening te beïnvloeden heet..
A
Nepnieuws
B
Desinformatie
Slide 24 - Quizvraag
Reclame
Wordt gemaakt door bedrijven zodat jij hun producten koopt
Ze gebruiken hiervoor 3 trucs
Inspelen op je gevoel (vrolijk, blij, mooi)
Ideaalbeelden (beelden van mensen en situaties die perfect zijn)
Bekende mensen
Slide 25 - Tekstslide
Hoeveel minuten reclame mag er per uur maximaal op televisie zijn?
Staat in de mediawet
A
10
B
11
C
12
D
13
Slide 26 - Quizvraag
Commerciële zenders
Zoals RTL4, SBS6 en Radio 538 verdienen geld door reclames.
Slide 27 - Tekstslide
Cultuur is
A
Netjes achteraan in de rij gaan staan
B
Sinterklaas
C
Alle normen, waarden en gewoonten in de wereld
D
alle normen, waarden en gewoontes in een groep
Slide 28 - Quizvraag
Je hebt een dominante cultuur en je hebt subculturen.
De dominante cultuur is de cultuur van de grootste groep in een land.
Subculturen zijn er heel veel.
Kan je tegelijkertijd bij een dominante als bij een subcultuur horen?
Slide 29 - Tekstslide
Welke basiswaarde hoort er niet bij de dominante cultuur van Nederland
A
Gelijkwaardigheid
B
Vrijheid
C
Solidariteit
D
Doorzettingsvermogen
Slide 30 - Quizvraag
Vrijheid: Denken, zeggen en doen wat je wil. Zolang je de wet niet overtreedt.
Gelijkwaardigheid: Alle mensen zijn evenveel waard.
Solidariteit: Rekening houden met elkaar en elkaar helpen als het nodig is.
Slide 31 - Tekstslide
Spreken van een taal
A
Aangeboren
B
Aangeleerd
Slide 32 - Quizvraag
Aangeboren of aangeleerd?
Voetbaltalent
A
Aangeboren
B
Aangeleerd
Slide 33 - Quizvraag
Socialisatie
Aanleren van normen, waarden en gewoontes van een groep.
Dit kan op 3 manieren:
Imitatie
Informatie
Ervaringen
Slide 34 - Tekstslide
Door sociale controle zorgen we ervoor dat mensen zich aan de regels houden.
Er wordt door elkaar op elkaar gelet.
Slide 35 - Tekstslide
Door socialisatie ontwikkel je je identiteit:
Je persoonlijkheid en alle kenmerken en ervaringen die bij jou horen.
Vooral in de puberteit ben je hier vaak meer naar op zoek.
Slide 36 - Tekstslide
Hierbij horen groepsgevoel en groepsdruk
Groepsgevoel: Het gevoel dat je bij een groep hoort omdat je dezelfde kenmerken of gewoontes hebt.
Groepsdruk: Het gevoel dat je je MOET aanpassen aan de gewoontes van een groep
Slide 37 - Tekstslide
Welk begrip hoort hierbij: Ongeschreven regels die horen bij een bepaalde groep
A
Groepsdruk
B
Groepsgevoel
C
Groepsnormen
D
Groepsplezier
Slide 38 - Quizvraag
A
Rolbevestigend
B
Roldoorbrekend
Slide 39 - Quizvraag
A
Rolbevestigend
B
Roldoorbrekend
Slide 40 - Quizvraag
Rolbevestigend of roldoorbrekend hoort bij de gendernormen.
Gendernormen is wat er 'hoort' bij man of vrouw zijn. Dit wordt steeds vaker doorbroken, omdat mensen gewoon zichzelf mogen/ kunnen zijn.
Het begrip
genderneutraal
komt hierbij naar voren
Slide 41 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Hoofdstuk 2 Wie leven er in Nederland?
Augustus 2020
- Les met
41 slides
door
Seneca Burgerschap
Maatschappijkunde
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 4
Seneca Burgerschap
Hoofdstuk 2 Wie leven er in Nederland?
Augustus 2020
- Les met
41 slides
door
Seneca Burgerschap
Maatschappijkunde
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 4
Seneca Burgerschap
SE maatschappijleer H3
7 dagen geleden
- Les met
29 slides
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
4.2 Culturen in Nederland
Augustus 2020
- Les met
40 slides
door
Seneca Burgerschap
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 3,4
Seneca Burgerschap
4.2 Culturen in Nederland
Augustus 2020
- Les met
40 slides
door
Seneca Burgerschap
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 3,4
Seneca Burgerschap
Leren voor de toets
November 2022
- Les met
27 slides
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
MA BB 4.1 veel culturen in één land
Juli 2023
- Les met
16 slides
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo k, t
Leerjaar 3,4
H2.4 Cultuur
November 2022
- Les met
13 slides
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3