Maandag 21 november bron D

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo k, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Bonjour tout le monde!
  • Jassen uit
  • Mobieltje in je tas
  • Boek / chromebook op tafel
  • Als de timer is afgelopen begint de les.
timer
3:00

Slide 2 - Tekstslide

leerdoel
Je kunt een regelmatig werkwoord in de tegenwoordige tijd vervoegen.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

De uitgangen van regelmatige werkwoord op -er

Slide 5 - Tekstslide

De regelmatige werkwoorden worden allemaal op dezelfde manier vervoegd
A
oui
B
non

Slide 6 - Quizvraag

Als ik de -er van het werkwoord chanter afhaal, hoe heet dan wat ik overhoudt?

Slide 7 - Open vraag

Le présent is de
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
C
toekomende tijd
D
gebiedende wijs

Slide 8 - Quizvraag

Welke uitgang voeg je aan de stam toe bij Je (ik)

Slide 9 - Open vraag

Welke uitgang voeg je aan de stam toe bij tu (jij)

Slide 10 - Open vraag

Welke uitgang voeg je aan de stam toe bij il/elle/on (hij/zij/men)

Slide 11 - Open vraag

Welke uitgang voeg je aan de stam toe bij nous (wij)

Slide 12 - Open vraag

Welke uitgang voeg je aan de stam toe bij vous (jullie/u)

Slide 13 - Open vraag

Welke uitgang voeg je aan de stam toe bij ils/elles (zij)

Slide 14 - Open vraag

Regelmatige werkwoorden op -er

Tu ............. (travailler)
A
travaille
B
travailles
C
travaillez
D
travaillent

Slide 15 - Quizvraag

Regelmatige werkwoorden op -er

Vous ............. (travailler)
A
travaillons
B
travaillez
C
travaille
D
travaillent

Slide 16 - Quizvraag

Regelmatig werkwoord:
Jouer - vous ...
A
jouer
B
joues
C
jouez
D
jouent

Slide 17 - Quizvraag

Regelmatige werkwoorden op -er

Elles ........... (trouver)
A
trouvent
B
trouve
C
trouvons
D
trouvez

Slide 18 - Quizvraag

Regelmatige werkwoorden op -er

Elle ............. (travailler)
A
travaillons
B
travaillez
C
travaille
D
travaillent

Slide 19 - Quizvraag

Regelmatige werkwoorden op -er

Nous .................(parler)
A
parlont
B
parlons
C
parlez
D
parles

Slide 20 - Quizvraag

Ik weet hoe ik een regelmatig werkwoord op - er moet vervoegen (in de présent)
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll

Devoirs pour le 23 novembre
SO bron A,B,C,D + bron D chapitre 1
23 november
Gebruik SLIM STAMPEN!

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide