BLOK 1 LEZEN

Welkom
start van de les
Pak je spullen 
Pak boek spijker zwijgen
Wacht rustig af
leerlingen mee met extra docent
Zahaar, Michael, Hans 
Jasmijn
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom
start van de les
Pak je spullen 
Pak boek spijker zwijgen
Wacht rustig af
leerlingen mee met extra docent
Zahaar, Michael, Hans 
Jasmijn

Slide 1 - Tekstslide

lezen  (blz. 41-46)
Lesdoelen

Slide 2 - Tekstslide

welke teksten
lees je thuis?

Slide 3 - Woordweb

Lees de theorie blz 41

Slide 4 - Tekstslide

soorten tekstdoelen
Je hebt gezien dat elke tekst een tekstdoel heeft. Je gaat nu kijken naar teksten met de volgende tekstdoelen:

  • informeren: de schrijver wil de lezer iets nieuws vertellen.
  • overhalen: de schrijver wil de lezer aansporen iets te gaan doen.
  • amuseren: de schrijver wil de lezer vermaken door iets grappigs of boeiends te vertellen.

Slide 5 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van een tekst waarbij het tekstdoel Amuseren is

Slide 6 - Open vraag

Geef een voorbeeld van een tekst waarbij het tekstdoel informeren is

Slide 7 - Open vraag

Geef een voorbeeld van een tekst waarbij het tekstdoel overhalen is

Slide 8 - Open vraag

Slide 9 - Link

boek lezen 
timer
30:00

Slide 10 - Tekstslide

  • a.  De titel van tekst 3 is Blokjesdief actief in Australië.
  •  b.  Op de afbeelding zie ik een legopoppetje. Het stelt een inbreker voor met een breekijzer. Hij heeft gevangeniskleren aan.
  •  c . De tekst gaat volgens mij over een dief die lego steelt.
  •  d.  Ik weet al dat er best veel gestolen wordt in speelgoedwinkels. Speelgoed, en zeker lego, is behoorlijk duur.
  •  e.  Het tekstdoel is informeren.

Slide 11 - Tekstslide

  • a. De titel van Tekst 4 is Eruit!
  •  b. Op de afbeelding zie ik een boze leraar.
  •  c. De tekst gaat volgens mij over een leraar die een leerling uit de les stuurt.
  •  d. Ik weet al dat leerlingen er soms uitgestuurd worden. Dan moeten ze zich melden bij de afdelingsleider.
  •  e. Het tekstdoel is amuseren.

Slide 12 - Tekstslide

  • a. De titel van Tekst 5 is Rubik’s (Heb jij je draai al gevonden?).
  •  b. Op de afbeelding zie ik een jongen met een enorm grote kubus.
  •  c. De tekst gaat volgens mij over de kubus.
  •  d. Ik weet al dat een kubus een soort speelgoed/puzzel is.
  •  e. Het tekstdoel is overhalen.

Slide 13 - Tekstslide

  1. Dat kon hij zien aan de dozen die de dief had gestolen. Dat waren alleen maar de dure.
  2. Ontvreemd betekent gestolen. Doelgericht betekent met een duidelijk doel.
  3. De grap is dat de leraar de vader is van de eerste leerling die eruit werd gestuurd.
  4. Deze vraag past goed in de advertentie, omdat hij goed bij de kubus past. De kubus moet je draaien. De schrijver vraagt dus eigenlijk aan de lezer of hij al een kubus heeft en of hij de oplossing al heeft gevonden. ‘Heb jij je draai al gevonden?’ vraag je ook als je wilt weten of iemand ergens gewend is en zich prettig voelt.


Slide 14 - Tekstslide

voorspellen
Je ziet dadelijk een aantal titels. 
Voorspel het tekstdoel.

Slide 15 - Tekstslide

Wat is het tekstdoel:
Meer hangouderen dan hangjongeren?
Opdracht 49 blz: 45
A
informeren
B
overhalen
C
amuseren

Slide 16 - Quizvraag

Wat is het tekstdoel?
Vul de bon in en word vandaag nog lid!
A
informeren
B
overhalen
C
amuseren

Slide 17 - Quizvraag

Wat is het tekstdoel?
Jongeren gaan steeds verder op vakantie.
A
informeren
B
overhalen
C
amuseren

Slide 18 - Quizvraag

Wat is het tekstdoel?
Report Jort en het geheimzinnige eiland.
A
informeren
B
overhalen
C
amuseren

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Link

Slide 21 - Tekstslide

1.13 Publiek (blz 46)
We bespreken de theorie die je vindt op blz. 46

Daarna volgt een schuifopdracht.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

breed publiek
kleiner publiek
een persoon of een klein groepje
een mail aan de leraar wiskunde
de lezer weet nog (bijna) niets over het onderwerp
De schrijver gaat er van uit dat de lezer al iets over het onderwerp weet. 
een verjaardagskaart
Alle bejaarden van Nederland
een publiek dat een bepaald onderwerp erg leuk vindt. bv. alle paardenliefhebbers
een uitnodiging aan een groepje van vier vriendinnen om te gaan high tea'en 
teksten de de krant of weekblad.
Algemene onderwerpen
alle fans van Max Verstappen

Slide 24 - Sleepvraag

Slide 25 - Link

Ik weet het verschil tussen informeren, overhalen en amuseren.
A
ja
B
met hulp
C
soms
D
snap er niks van

Slide 26 - Quizvraag

Ik weet welke tekstsoorten er zijn.
A
ja
B
met hulp
C
soms
D
snap er niks van

Slide 27 - Quizvraag

Ik weet wat het verschil is tussen een breed publiek, een kleiner publiek en een persoon of klein groepje.
A
ja
B
met hulp
C
soms
D
snap er niks van

Slide 28 - Quizvraag