Introductieles AK klas 3

Introductieles AK
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Introductieles AK

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Kennismaken
  • Regels
  • Waarom toch dat vervelende AK?
  • Introductie toets

Slide 2 - Tekstslide

Meneer de With
  • 26 jaar
  • Groningen
  • 5e jaar als leraar
  • Sporten, koken en voetbal kijken
  • Ma, di en do op school. Andere dagen studeren
  • Per email altijd bereikbaar

Slide 3 - Tekstslide

Naambordje (alleen bij A3B)
Maak eventjes een naam bordje over jezelf met:
  • Naam
  • Favoriete land (ook als je er niet bent geweest)
  • Favoriete eten

Slide 4 - Tekstslide

Regels en afspraken
  1. Telefoon altijd in kluisje
  2. Je hebt altijd je materiaal bij je.
  3. Je toont een actieve werkhouding
  4. Als de docent of een leerling wat vertelt, ben je stil
  5. Kom op tijd

Slide 5 - Tekstslide

Waarschuwingen

Waarschuwing 1: geen consequentie
Waarschuwing 2: apart zitten
Waarschuwing 3: eruit en briefje halen (consequentie volgt op basis van het eindgesprek)

Wanneer je vloekt, beledigt of pest in de klas, meteen eruit en geen waarschuwingen.




Slide 6 - Tekstslide

Leer- en werkboek
  • Sinds dit jaar alleen nog maar werk- en leerboek. Laptop alleen nog voor Kahoot/Quiz etc
  • Je hebt dus iedere les je werkboek, leerboek en basisboek bij je



Slide 7 - Tekstslide

Controles
  • Boeken niet bij je of huiswerk niet gemaakt? Je krijgt een streepje van de docent
  • Bij drie streepjes trakteer je voor de gehele klas of kom je een uurtje na. Na 1 februari schone lei.
  • Boeken controleer ik elke les, huiswerk doe ik steekproefsgewijs bij leerlingen (eigen risico dus)

Slide 8 - Tekstslide

Huiswerk
In principe krijg je voldoende huiswerk dat in de les af kan zijn. Meestal vijf opdrachten per paragraaf.

Slide 9 - Tekstslide

Waarom dat stomme AK?
  • Aardrijkskunde bereidt jou voor de toekomst.
  • Je leert veel over problemen en ontwikkelingen die in de wereld en maatschappij afspelen.
  • AK is dagelijks in het nieuws
  • Na dit jaar kies je of je het vak behoudt of gauw weg doet ;)!

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Welk land?

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Verschillen in India
  • Dit is een openboektoets. Je mag je leerboek gebruiken, maar probeer zoveel vragen zelf te beantwoorden.

  • Het is handig te weten wat gevraagd kan worden
  • En handig wat jij eigenlijk al weet..
                                                                      Succes!

Slide 14 - Tekstslide

Waar ligt India?

Slide 15 - Sleepvraag

India was een Britse kolonie. De Britten hadden meerdere kolonië in Zuid-Azië. Hoe heet dit hele gebied waar India ook onder viel?
A
Brits Azië
B
Brits Indië
C
De Britse landen
D
Engels Azië

Slide 16 - Quizvraag

Na de onafhankelijkheid werd India 1 land
met daarin 1 centrale regering met daarnaast
in elke deelstaat een eigen regering.
Hoe noemen we dat ook wel?
A
Koninkrijk
B
Corruptie
C
Democratie
D
Federatie

Slide 17 - Quizvraag

Wat is de belangrijkste godsdienst in India?
A
Islam
B
Boeddhisme
C
Hindoeisme
D
Christelijk

Slide 18 - Quizvraag

Hoeveel inwoners heeft India?
A
900 miljoen
B
1,2 miljard
C
1,4 miljard
D
1,7 miljard

Slide 19 - Quizvraag

Waarom spreken de Indiërs zo goed Engels?
A
Dat leren ze op school
B
India was vroeger een kolonie van de VS
C
India was vroeger een kolonie van Engeland
D
India ligt dichtbij Australie

Slide 20 - Quizvraag

Wat is de definitie van
een lingua franca?
A
Dat is de munteenheid die gebruikt wordt in India
B
Dat is een type Hindi accent, veel gebruikt in de zuidelijke staten van India
C
Taal die lokaal gebruikt wordt door de fransen in hun kolonies
D
Taal die op grote schaal als voertaal wordt gebruikt door mensen met verschillende moedertalen

Slide 21 - Quizvraag

Wat is de hoofdstad van India?
A
Mumbai
B
New-Delhi
C
Bengaluru
D
Srinagar

Slide 22 - Quizvraag

Welke onderstaande uitspraak is van toepassing op het Kastenstelsel?

A
Het kastenstelsel zorgt voor gelijkheid
B
Het kastenstelsel is onzin en heeft nooit bestaan
C
Het kastenstelsel zorgt voor grote ongelijkheid
D
De Engelsen hebben het kastenstelsel ingevoerd

Slide 23 - Quizvraag

India heeft een groeiende bevolking. De helft van de bevolking is jonger dan 25 jaar, hoe noemen we die druk?
A
Grijze druk
B
Groene druk
C
Blauwe druk
D
Roze druk

Slide 24 - Quizvraag

De bevolking in India zal de komende 25 jaar blijven toenemen, maar het vruchtbaarheidscijfer neemt wel af. Wat is het vruchtbaarheidscijfer?
A
Het gemiddelde aantal kinderen dat een vrouw krijgt
B
Het aantal kinderen (onder de 18 jaar oud) in een land
C
Het gemiddelde aantal jaar dat kinderen bij hun ouders blijven wonen
D
Het gemiddelde aantal vrouwen dat zwanger kan worden in een land

Slide 25 - Quizvraag

Welke drie uitspraken zijn goed? 
Juist
Onjuist
In India wonen veel moslims.
In India worden honderden verschillende talen gesproken.
30% van de inwoners van India is hindoe.
Urdu en Hindi zijn de twee officiële talen in India.
Niet alle Indiërs spreken Hindi.
Rundvlees wordt in India veel gegeten.

Slide 26 - Sleepvraag

Wat is de belangrijkste rivier in India?
A
Ganges
B
Rijn
C
Amsterdam Rijnkanaal
D
Seine

Slide 27 - Quizvraag

Hoe heet het gebergte in India?
A
Alpen
B
Himalaya
C
Pyreneeën
D
Zwarte Woud

Slide 28 - Quizvraag

Wat betekent BNP?
A
Bruto Nationaal Product
B
Bruto Nationale Plaats
C
Behoorlijk Niks Papier
D
Beroep Nationale Politie

Slide 29 - Quizvraag

Welk begrip hoort bij bedrijven die vestigingen over de hele wereld hebben?
A
multinationals
B
analfabeten
C
informele sector
D
rijkdom

Slide 30 - Quizvraag

Wat is globalisering ?
A
Een heleboel bedrijven bij elkaar in een speciaal economische zone
B
Goedkope arbeid in lagelonenlanden
C
Een goede infrastructuur , onderwijs en zorg
D
Het doorgaande proces van internationale uitwisseling van mensen, goederen, geld + informati

Slide 31 - Quizvraag

Wat betekent SEZ?
A
Super Eigenzinnig Zeuren
B
Speciaal Economische Zones
C
Speciaal Econimische Zaken
D
Speciaal Euro Zone

Slide 32 - Quizvraag

Wat zijn Speciaal Economische Zones?
A
Gebied waar de Euro wordt gebruikt
B
Gebied waar buitenlandse bedrijven zich vrij mogen vestigen en minder belasting hoeven te betalen
C
Gebied waar grote multinationals zoals Apple en Microsoft hun kantoor hebben
D
Gebieden met veel fabrieken

Slide 33 - Quizvraag

Einde

Slide 34 - Tekstslide