§1.4 nieuwe grondwet 2 mavo

§1.4 Democratie in Nederland
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

§1.4 Democratie in Nederland

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Je kan uitleggen:
  • Hoe Nederland een koninkrijk werd
  • Hoe Nederland een grondwet kreeg
  • Wat er in de grondwet stond

Slide 2 - Tekstslide

De Bataafse Republiek was een koninkrijk
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quizvraag

Wat is een grondwet?

Slide 4 - Open vraag

Wat is een constitutionele monarchie?

Slide 5 - Open vraag

De terugkeer van Oranje
In de Bataafse revolutie was stadhouder Willem V verjaagd
Na Napoleons nederlaag kwam zijn zoon Willem Frederik terug
In 1813 werd hij koning Willem I
Nederland werd het Koninkrijk der Nederlanden
Kaart
Portret

Slide 6 - Tekstslide

Filmpje
De terugkeer van Willem I

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Constitutionele monarchie
Nederland was een constitutionele monarchie
De grondwet regelde het bestuur zo:



De koning had alle macht!
Koning
Staatshoofd
De hoogste persoon in de staat
Regeringsleider
Regering = koning + alle ministers
Kiest politici
Kiest ministers en parlement
Ministers
Dienaren
Moeten doen wat de koning zegt
Dagelijks bestuur
Zorgen voor het dagelijks bestuur
Parlement
Staten-Generaal
Eerste en Tweede Kamer
Goedkeuring
Keurt de plannen(wetten) van de koning goed
Machteloos
Heeft amper wat te zeggen

Slide 9 - Tekstslide

Filmpje
Willem I beslist alles

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Liberalisme
Mensen met dezelfde ideeën gingen meer samenwerken
Zo ontstonden politiek-maatschappelijke stromingen
De eerste was het liberalisme onder leiding van Thorbecke
Zij wilden drie dingen:
Vrijheid
Burgers moesten vrij zijn
1
Stemrecht
Niet de koning, maar de burgers moesten het parlement kiezen
2
Macht
Het parlement moest echt wat te zeggen krijgen
3
Een politieke stroming die streeft naar meer vrijheid.
Liber is Latijn voor vrijheid.

Slide 12 - Tekstslide

1848
De liberalen kregen het volk in opstand
Zij wilden dat het volk de macht kreeg
Koning Willem II moest hier wel aan toegeven
Onder leiding van Thorbecke werd een nieuwe grondwet gemaakt

Slide 13 - Tekstslide

Belangrijke veranderingen in de grondwet
Rijke burgers kiezen het parlement elk 4 jaar.
ministers moeten besluiten parlement uitvoeren.
Koning geen macht en onschendbaar.
ministers verantwoordelijk.

Slide 14 - Tekstslide

Wie mochten er vanaf 1848 stemmen
A
Iedereen
B
Alleen de rijke mannen
C
alle mannen

Slide 15 - Quizvraag

Wie kiest hert parlement na 1848
A
de koning
B
de burgers

Slide 16 - Quizvraag

Aan de slag
wat Maak opdracht 2 tot en met 6 in Memo online
Hoe Lees goed 'Een nieuwe grondwet van 1848' blz 45,
Doel Je weet wat er veranderde door de nieuwe grondwet (1848)

Slide 17 - Tekstslide