Organisatie blok 1.2 Week 4 - uitleg opdracht 1.2.4. en oefentoets
1 / 26
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Wat heb je tot nu toe geleerd over
"Persoonsgegevens"?
"Persoonsgegevens"?
Slide 5 - Woordweb
Slide 6 - Tekstslide
De gezondheidszorg is opgebouwd in 5 lijnen
Een huisarts werkt in de
Een huisarts werkt in de
A
0e lijn
B
1e lijn
C
2e lijn
D
3e lijn
Slide 7 - Quizvraag
De gezondheidszorg is opgebouwd in 5 lijnen
Een kaakchirurg werkt in de
Een kaakchirurg werkt in de
A
1e lijn
B
2e lijn
C
3e lijn
D
4e lijn
Slide 8 - Quizvraag
De wetten rondom de zorg in Nederland worden gemaakt door de
A
Gemeente
B
Rijksoverheid
C
Zorgverzekeraar
Slide 9 - Quizvraag
Mw Visser woont in een verzorgingshuis
Welke zorg krijgt mw?
Welke zorg krijgt mw?
A
Extramuraal
B
Intramuraal
C
Semimuraal
Slide 10 - Quizvraag
Welke beroepsoefenaar valt onder de paramedische zorg?
A
Mondhygiënist
B
Neuroloog
C
Homeopaat
D
Fysiotherapeut
Slide 11 - Quizvraag
Wat is de functie van het hart
A
Bloed rondpompen
B
zuurstof door het lichaam pompen
C
koolstofdioxide door het lichaam pompen
Slide 12 - Quizvraag
hoeveel hartkleppen heeft het hart?
A
2
B
3
C
4
D
6
Slide 13 - Quizvraag
Welke stelling is juist?
A
Aders: vervoeren zuurstof en voedingsstoffen van het hart naar de rest van het lichaam
B
HAARVATEN: De kluwen aan kleine vaatjes geven zuurstof en voedingsstoffen af en geven afvalstoffen terug.
C
Beide stellingen zijn juist
Slide 14 - Quizvraag
Welke stelling is juist?
A
Slagaders: het bloed stroomt van het hart af
B
Aders: het bloed stroom naar het hart toe
C
Beide stellingen zijn juist
Slide 15 - Quizvraag
Welke stelling is juist?
A
Longslagader vervoert zuurstofrijk bloed
B
Longader vervoert zuurstofrijk bloed
Slide 16 - Quizvraag
Wat is de betekenis van AVG
A
Aardappel vlees groenten
B
Algemene verordening gegevensbescherming
C
Algemene vrijheid geschreven
D
Artikel verordening gegevens
Slide 17 - Quizvraag
Welke rechten staan er in de AVG?
A
Recht op inzage
B
Recht om gegevens over te dragen zonder eerdere toestemming
C
Recht op informatie
D
Recht om vergeten te worden
Slide 18 - Quizvraag
De bovenste luchtwegen bestaan uit
A
mondholte-neusholte-keelholte -luchtpijp
B
mondholte-keelholte-strottenhoofd-luchtpijp
C
mondholte-neusholte-keelholte-strottenhoofd
Slide 19 - Quizvraag
Waar in de luchtwegen wordt de ingeademde zuurstof aan het bloed overgedragen?
A
In de luchtpijp
B
In de bronchiën
C
In de longblaasjes
Slide 20 - Quizvraag
Het ademcentrum behoort tot ...
A
Het willekeurig zenuwstelsel
B
De longslagader
C
De hersenpan
D
Het onwillekeurig zenuwstelsel
Slide 21 - Quizvraag
Een normale ademhaling is tussen de
A
10 en 16 x p/m
B
12 en 18 x p/m
C
12 en 16 x p/m
D
10 en 18 x p/m
Slide 22 - Quizvraag
Hart --> longen --> hart
Welke bloedsomloop wordt hier beschreven?
Welke bloedsomloop wordt hier beschreven?
A
De kleine bloedsomloop
B
De grote bloedsomloop
Slide 23 - Quizvraag
Einde oefentoets
Ik vond het ...
Ik vond het ...
😒🙁😐🙂😃
