Leerjaar 2 Periode 2 Quiz verzorging Les 8

Quiz Verzorging
Succes!!!
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Dienstverlening en zorgVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Quiz Verzorging
Succes!!!

Slide 1 - Tekstslide

Hoeveel tellen wrijf jij je handen met zeep bij het handen wassen en desinfecteren
A
10
B
30
C
5
D
20

Slide 2 - Quizvraag

Waarom was jij je handen?
A
Om de handen lekker te laten ruiken
B
Om ze schoon te maken en om bacterien te doden
C
Om ze soepel te maken
D
Om de bloedcirculatie te verbeteren

Slide 3 - Quizvraag

Waarom moet jij je nagels 1 kant op vijlen en niet heen en weer
A
Anders krijg je braampjes
B
Anders krijg je niet de juiste vorm
C
Anders vijl je er te veel af
D
Anders krijg je haakjes

Slide 4 - Quizvraag

Hoe poets jij je tanden?
A
Grote heen en weer gaande bewegingen
B
Zo snel mogelijk
C
Kleine heen en weer gaande bewegingen
D
Hard schrobben

Slide 5 - Quizvraag

Hoe vaak poets jij je tanden?
A
Minimaal 2 minuten
B
Minimaal 1 minuten
C
Minimaal 5 minuten
D
Minimaal 10 minuten

Slide 6 - Quizvraag

Waarmee kun je etensresten en tandplak verwijderen?
A
Met kauwgom
B
Met tandenstoker, flosdraad of rager
C
Met de tong
D
Met de tongschraper

Slide 7 - Quizvraag

Wat is een belangrijke plek voor de jongens om ook te wassen
A
de baard
B
de voeten
C
de voorhuid van de penis
D
de oren

Slide 8 - Quizvraag

Wat is en belangrijke plek voor de meisjes om ook te wassen?
A
tussen de schaamlippen
B
de haren
C
de nagels
D
de handen

Slide 9 - Quizvraag

Wat moet je heel goed afdrogen na het douchen?
A
je haren
B
onder je borsten
C
onder je oksels
D
tussen de tenen

Slide 10 - Quizvraag

Wat is er belangrijk bij de techniek nat scheren?
A
Dat je heel veel scheerschuim gebruikt
B
Dat je de huid goed spant bij het scheren
C
Dat je een goed model bakkebaarden scheert
D
Dat je het scheermes regelmatig afspoelt met koud water

Slide 11 - Quizvraag

Hoe vaak moet jij je haar wassen?
A
Elke dag
B
Elke week
C
Elke maandag
D
Twee tot drie keer per week

Slide 12 - Quizvraag

Waarom moet jij je haar niet te lang fohnen?
A
Dan wordt het pluizig
B
Dan breekt het haar
C
Dan wordt het haar vet
D
Dan krijg je niet meer in model

Slide 13 - Quizvraag

Hoe maak je een kam of haarborstel schoon?
A
Met de afwasborstel de kam reinigen
B
Door de kam met de afwas schoon te maken
C
Haren eruit halen en af en toe in een sopje leggen
D
Door de haren eruit te halen

Slide 14 - Quizvraag

Hoe lang spoel je de mond met mondwater?
A
1 minuut
B
2 minuten
C
10 tellen
D
30 tellen

Slide 15 - Quizvraag

Waarom pas je de techniek mond spoelen met mondwater toe?
A
Om bacterien te doden
B
In plaats van tanden poetsen
C
Om eten beter te proeven
D
Om een frisse adem te krijgen

Slide 16 - Quizvraag

Wanner gebruik je deodorant?
A
Als ik mezelf ruik
B
elke ochtend en avond
C
Na het douchen of wassen
D
Om het uur

Slide 17 - Quizvraag

Hoever hou ik een deodorant spuitbus van je oksel?
A
1,5 meter
B
15 centimeter
C
5 centimeter
D
zo dicht mogelijk bij de oksel

Slide 18 - Quizvraag

Goed gedaan!

Slide 19 - Tekstslide