In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Informatie vooraf
De volgorde van de 31 vragen ligt vast.
Je kunt niet terugbladeren!
Overleg is vanzelfsprekend niet toegestaan.
Slide 1 - Tekstslide
Wanneer waren de middeleeuwen?
A
1000 v. Chr. - jaar 0
B
500 v. Chr. - 500 n. Chr.
C
500 - 1500
D
1600-1700
Slide 2 - Quizvraag
Wat was het motto van de middeleeuwen?
A
Carpe diem
B
Memento mori
C
Absit omen
D
Gloria in excelsis deo
Slide 3 - Quizvraag
Wat was in de Middeleeuwen de bron van kennis?
A
De werken van Jacob van Maerlant
B
De Bijbel
C
Werken van Griekse wetenschappers
D
De universiteit
Slide 4 - Quizvraag
Geef een ander woord voor: Diets
Slide 5 - Open vraag
Geef een ander woord voor: beginletter
Slide 6 - Open vraag
Wie vond de boekdrukkunst uit?
A
Laurens Janszoon Coster
B
Johannes Gutenberg
C
Mariken van Nieumeghen
D
Karel Elegast
Slide 7 - Quizvraag
Wanneer werd de boekdrukkunst uitgevonden?
A
Rond 1250
B
Rond 1350
C
Rond 1450
D
Rond 1550
Slide 8 - Quizvraag
Wat was geen gevolg van de uitvinding van de boekdrukkunst?
A
boeken werden veel goedkoper
B
steeds meer mensen gingen lezen
C
er werden veel meer boeken gemaakt
D
er kwam een eind aan de geestelijke boeken
Slide 9 - Quizvraag
Geef een ander woord voor: karelroman
Slide 10 - Open vraag
Zet de namen en begrippen in de juiste historische volgorde:
1
2
3
4
5
6
Antwerps liedboek
boekdrukkunst
Reinaert de vos
Karel de Grote
Mariken van Nieumeghen
ridderroman
Slide 11 - Sleepvraag
WAAR
NIET
WAAR
Einde van de middeleeuwen kwam door een grote oorlog.
Verhalen stonden vooral op schrift.
De meeste mensen konden niet lezen.
Wetenschap is belangrijker dan religie.
Memento Mori is de spreuk van de middeleeuwen.
Slide 12 - Sleepvraag
In de middeleeuwen is er sprake van een standenmaatschappij, die van invloed is op middeleeuwse cultuur. Noem de drie standen en de daarbij horende kenmerken van de middeleeuwse cultuur.
Slide 13 - Open vraag
De oudsteNederlandse tekst luidt: ‘Hebban olla vogela nestas hagunnan hinase hic anda thu wat unbidan we nu?’ Wat betekent deze zin?
Slide 14 - Open vraag
Waarom begint de West-Europese literatuurgeschiedenis rond 1100?
Slide 15 - Open vraag
Leg uit waarom de middeleeuwse teksten op rijm zijn geschreven?
Slide 16 - Open vraag
Leg uit in max. 25 woorden: ‘De middeleeuwse kunst is gemeenschapskunst’.
Slide 17 - Open vraag
Wat was het literaire gevolg van de uitvinding van de boekdrukkunst?
Slide 18 - Open vraag
De schrijver van Karel ende Elegast had niet de bedoeling ‘zomaar’ een verhaaltje te schrijven. Welke dan wel?
Slide 19 - Open vraag
Leg uit waarom vraagt de engel drie keer aan Karel om uit te gaan stelen?
Slide 20 - Open vraag
Hoe vaak vraagt de engel aan Karel om uit stelen te gaan?
A
twee keer
B
drie keer
C
vier keer
D
vijf keer
Slide 21 - Quizvraag
Hoe lang duurt het verhaal van Karel ende Elegast?
A
van ’s ochtends tot de volgende avond
B
van ’s avonds / ’s nachts tot de volgende avond
C
van ’s middags tot de volgende middag
D
van ’s avonds / ’s nachts tot de volgende middag
Slide 22 - Quizvraag
De ridderromans vallen uiteen in twee typen. Welke?
Slide 23 - Open vraag
Noem de drie belangrijkste verschillen tussen deze twee typen.
Slide 24 - Open vraag
Waarom ging Reinaert bij de derde daging mee en bleef hij niet gewoon thuis?
Slide 25 - Open vraag
Wie is de schrijver van “Van den vos Reynaerde”?
Slide 26 - Open vraag
Van den vos Reynaerde is een satire. Noem drie verschijnselen of bevolkingsgroepen die belachelijk worden gemaakt in het verhaal.
Slide 27 - Open vraag
‘De Reinaert is een dierenverhaal.’ Is deze uitspraak geheel juist? Leg uit.
Slide 28 - Open vraag
Een van de personages in het verhaal is Cuwaert de haas, een “speaking name” waarmee iets verteld wordt over het karakter van een personage. Wat betekent Cuwaert?
Slide 29 - Open vraag
Geef een korte definitie van ‘satire’ en ‘parodie’.
Slide 30 - Open vraag
Misschien wel het mooiste lied uit de Middeleeuwse literatuur is het Egidiuslied (blz. 22). Egidius waer bestu bleven?’ zijn de beginwoorden van dit bekende lied. Het is een klaagzang over een overleden vriend. Hoe wordt een klaagzang ook wel genoemd?
A
ballade
B
elegie
C
canon
D
acrostichon
Slide 31 - Quizvraag
Waarom verdween de toneeltraditie in de middeleeuwen?