Bespreken leesteksten + herhalen
1 / 14
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Hoe ga je te werk bij een leestekst?
Slide 2 - Woordweb
Aan wie is deze oproep gericht?
A
Aan baasjes die ’s morgens vroeg hun hond uitlaten
B
aan krantenabonnees die een hond hebben
C
aan postbodes die bang zijn voor honden.
Slide 3 - Quizvraag
Slide 4 - Tekstslide
Wat was de bedoeling van de ‘Probereise’ waarvoor Janina en Theo werden uitgenodigd? (alinea 1) De organisatoren wilden
A
alvast een uitgebreide zeiltraining aan de jongeren geven.
B
bepalen welke jongeren mochten deelnemen aan het zeilproject
C
een sollicitatiegesprek met de jongeren voeren.
Slide 5 - Quizvraag
Welke uitspraak komt overeen met alinea 2?
A
Aan boord gaan evenveel begeleiders als jongeren mee.
B
Aan boord helpen de jongeren mee met alle taken die bij zeilen horen.
C
Aan boord moeten de jongeren veel werk voor school doen.
Slide 6 - Quizvraag
Hoe denken Janina’s vriendinnen erover dat Janina mee op reis is gegaan? (alinea 3)
A
Ze missen haar ontzettend.
B
Ze vinden het heel stoer van haar.
C
Ze zijn een beetje jaloers op haar.
Slide 7 - Quizvraag
Wat wordt in alinea 4 gezegd over de jongeren aan boord van het schip? Zet wel of niet neer
1. Ze hebben nauwelijks tijd voor zichzelf.
A
wel
B
niet
Slide 8 - Quizvraag
Wat wordt in alinea 4 gezegd over de jongeren aan boord van het schip? Zet wel of niet neer
Ze hebben weinig luxe.
A
wel
B
niet
Slide 9 - Quizvraag
Wat wordt in alinea 4 gezegd over de jongeren aan boord van het schip? Zet wel of niet neer
Ze moeten laten zien dat ze kunnen samenwerken.
A
wel
B
niet
Slide 10 - Quizvraag
Wat wordt in alinea 4 gezegd over de jongeren aan boord van het schip? Zet wel of niet neer
Ze moeten zich aan strenge regels houden.
A
wel
B
niet
Slide 11 - Quizvraag
Wat wordt duidelijk uit alinea 5?
A
De kinderen hebben geen tijd gehad om hun ouders te missen.
B
De ouders kijken uit naar een telefoontje van hun kinderen.
C
De ouders mogen binnenkort bij hun kinderen op bezoek komen.
Slide 12 - Quizvraag
Welk voordeel heb je als je via internet een kaartje voor de ‘Fernsehturm’ in Berlijn koopt?
A
Je krijgt een sms wanneer de wachtrij slechts 10
minuten is.
B
Je mag zelf kiezen hoe laat je toegang wilt tot de toren.
C
Je weet wanneer je zonder te hoeven wachten met de lift mee kunt.
