Les 2 Taalverzorging - vervolg leestekens

Welkom!
Telefoon in de koffer, jas aan de kapstok. 
Neem rustig plaats. 
timer
5:00
Socialiseren
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Telefoon in de koffer, jas aan de kapstok. 
Neem rustig plaats. 
timer
5:00
Socialiseren

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag

  • Instructie
  • Zelfstandig werken
  • Evaluatie

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel

Aan het eind van de les weet ik hoe ik hoofdletters en leestekens moet gebruiken. 

Slide 3 - Tekstslide

Instructie

Hoe zat het ook alweer?
Wat is een citaat?
"



                                                          "

'Ben je helemaal gek geworden?' zei de man. 

Is dit citaat helemaal goed geschreven?
Waarom?
Hoe laat is het 'vroeg ik'.

Slide 4 - Tekstslide

Instructie (citaat)

Hoe laat dan vroeg ik.                                                                goed/fout
Ik vroeg of ik de tas mee moest nemen?                          goed/fout
'Mag ik naar de wc' vroeg ze.                                                  goed/fout

  • "Hoe laat dan?" vroeg ik.
  • Ik vroeg of ik de tas mee moest nemen.
  • "Mag ik naar de wc?" vroeg ze. 

Slide 5 - Tekstslide

Instructie 

Wanneer schrijf je een hoofdletter?

  • aan het begin van een zin
  • bij namen: Stijn van Dam, Marco’s tas, Utrecht, Kruidvat, Adidas, Pasen
  • bij woorden die gemaakt zijn van aardrijkskundige namen: Noord-Brabantse, Afrikaanse.
  • Pas op: je gebruikt geen hoofdletter bij namen van dagen, maanden, seizoenen en windstreken.

Slide 6 - Tekstslide

Instructie 

punt, vraagteken of uitroepteken
• aan het einde van een zin
komma
• tussen de delen van een opsomming
• na een naam of uitroep aan het begin van een zin: Bah, wat stinkt het hier!
• in een samengestelde zin:
– tussen twee persoonsvormen
– voor een voegwoord zoals maar, nadat, omdat, terwijl, want.
Pas op: je gebruikt nooit een komma voor het woord en.
dubbele punt en aanhalingstekens
• bij een citaat: Mees riep: ‘Kijk uit voor die fietser!’

Slide 7 - Tekstslide

Toepassen

Jullie gaan via Som naar Nieuw Nederlands digitaal. 
Je gaat naar Hoofdstuk 1 Taalverzorging 1. 
Je maakt alle opdrachten af. (vorige les was je al begonnen met de opdrachten)
Wanneer je klaar bent, ga je trainen. 

Slide 8 - Tekstslide

Toepassen

Om te trainen ga je weer naar Taalverzorging 1. Op deze pagina kan je starten met de opgaven, maar je kiest hier voor trainen.

Slide 9 - Tekstslide

Toepassen

Jullie gaan via Som naar Nieuw Nederlands digitaal. 
Je gaat naar Hoofdstuk 1 Taalverzorging 1. 
Je maakt alle opdrachten af. (vorige les was je al begonnen met de opdrachten)
Wanneer je klaar bent, ga je trainen. 

Nieuw Nederlands  Taalverzorging 1

- alle opdrachten af
- trainen met hoofd-
letters en leestekens. 

Slide 10 - Tekstslide

Toepassen

Jullie gaan via Som naar Nieuw Nederlands digitaal. 
Je gaat naar Hoofdstuk 1 Taalverzorging 1. 
Je maakt alle opdrachten af. (vorige les was je al begonnen met de opdrachten)
Wanneer je klaar bent, ga je trainen. 

Hoe ver ben je gekomen?
Heb je deze les kunnen trainen? Hoe ging dit?
Wat vind je nog lastig?

Slide 11 - Tekstslide

Toepassen

Jullie gaan via Som naar Nieuw Nederlands digitaal. 
Je gaat naar Hoofdstuk 1 Taalverzorging 1. 
Je maakt alle opdrachten af. (vorige les was je al begonnen met de opdrachten)
Wanneer je klaar bent, ga je trainen. 

De opdrachten die nog niet af zijn, is huiswerk!
(Ook het trainen!!)

Slide 12 - Tekstslide