Kapitel 5.4: opdracht 8, 9, 10 (persoonlijke voornaamwoorden & voorzetsels)
Kapitel 5.4--------------->Test jezelf
Kapitel 5.5: opdracht 6, 8, 9 (zinsontleding + der en ein-Gruppe)
Kapitel 5.5---------------> test jezelf
Kapitel 2.5: opdracht 10, 11, 12
Kapitel 2.5--------------->versterk jezelf (haben & sein)
Kapitel 6.1----------------> test jezelf (fahren en sterke werkwoorden)
- Hoe? De eerste 10 minuten in stilte
- Klaar? Kapitel 6. 1 t/m 6.6------------>woordtrainer of WRTS