Intro Havo 5 2024

• Scheikunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

Welkom in je examenjaar!

Examen scheikunde: vrijdag 23 mei 13:30-16:30 uur

Deze les

• Voorstellen/namenrondje
• Hoe goed ben jij in scheikunde?
• PTA, studieplanner, examenbundel, examenblad 
• Herhaling hd 4 
• Voorkennis hd 7 maken


• Uitleg over onderwerpen die naar voren komen. 

Regels

1. Tijdens uitleg: niet kletsen, geen oortjes
   
2. Alleen water drinken, niet eten in lokaal
3. Tijdens scheikunde lessen werk je aan scheikunde en dus doe je geen ander vak en zit je niet niets te doen. 

Neem je positie in het lokaal

1. Hoe goed vind jij jezelf in scheikunde?
   
2. Hoeveel doe je voor scheikunde?
3. Hoe goed verwacht je te zijn in scheikunde vlak voor je eindexamen?

Schrijf je antwoorden op het blaadje

1. Hoe goed vind jij jezelf in scheikunde? onvoldoende-voldoende-goed
   
2. Hoeveel doe je voor scheikunde? veel - weinig. Beschrijf wat je doet
   
3. Hoe goed verwacht je te zijn in scheikunde vlak voor je eindexamen? onvoldoende-voldoende-goed
   
4. Hoe goed beheers je de hoofdstukken uit havo 4? Geef een cijfer voor elk hoofdstuk. 
5. Hoe leer jij voor scheikunde? Wat werkt voor jou?
6. Hoe kan ik jou helpen naar jouw eindexamen? Wat heb jij nodig voor een voldoende?

Samen bekijken

• PTA havo 5
• Studieplanner periode 1
• Examenbundel
• Examenblad 

Toetsweek

Donderdag 17 oktober t/m vrijdag 25 oktober

Direct aansluitend herfstvakantie

Hd 4, 7 en 8. 

Herhalen hd 4

Pak binas, schrift, pen, rekenmachine en een iPad bij de hand en log in op Lesson-up. 

Als er vragen komen die bij veel niet lukken, leg ik uit. Maak dan aantekeningen!

O2

1. moleculaire stof
2. zout
3. metaal

NaCl

1. moleculaire stof
2. zout
3. metaal

Schrijf in je schrift

1. Maak de volgende vergelijking kloppend:

...NH₄Cl + ...CaO₂H₂ →...CaCl₂ + ...NH₃ + ...H₂O

2. Geef de kloppende reactievergelijking van de volledige verbranding van ethaan. 

H2S

1. moleculaire stof
2. zout
3. metaal

Geef de systematische naam van:
H2S

Onthoud

• Regels voor o.a. naamgeving zijn anders per categorie (moleculair, zout of metaal)
• Ook hoe een stof zich gedraagt is anders bij elke categorie. 
• Bedenk dus altijd eerst in welke categorie een stof hoort. 

Geef de naam van dit zout:
CaCO3

Geef de verhoudingsformule van:
ijzer(III)nitraat

Geef de verhoudingsformule van:
calciumchloride

Geef de verhoudingsformule van:
natriumfosfaat

Geef de systematische naam van:
Mg(OH)2

Hydratatie

Ionen van een zout worden volledig omringd door watermoleculen. 

Oplosvergelijkingen

Het oplossen van calciumnitraat 

                        (s)  -->  Ca²⁺ (aq) + 2 NO₃^- (aq)

--> Schrijf in je schrift de oplosvergelijking van calciumchloride

Ca(NO​3​​)​2​​

Ca(NO​3​​)​2​​

Indampvergelijkingen

Omgekeerde van oplosvergelijkingen

2 NO₃^- (aq) + Ca²⁺ (aq) -->                      (s)

Geef de indampvergelijking van een oplossing van kaliumcarbonaat. Denk aan de toestandsaanduidingen. 

 

Ca(NO​3​​)​2​​

Leg uit wat een zouthydraat is

Geef de formule van kopersulfaatpentahydraat. De formule van kopersulfaat is CuSO4

Hoeveel kristalwater kan 1 mol kobalt(II)chloride opnemen?

1. 2
2. 3
3. 5
4. 6

Het dubbelzout goethiet heeft de formule FeO(OH). Leid af welke lading het ijzerion heeft.

Bereken de moraliteit van de chloride-ionen in een NaCL oplossing van 0,30 M.

Bereken hoeveel gram natriumcarbonaat nodig is om 250 mL van een 1, 30 M Na2CO3-oplossing te maken.

Vragen hd 4?

Heb je nog vragen? This is the moment!

Kijk hoofdstuk 4 eventueel nog een keer door. 

Klaar?

Aan de slag met 'Voorkennis' van hd 7. 

Dit is huiswerk voor donderdag.