Lidwoord, zelfs. naamwoord en bijvoeglijk naamwoord

• Nederlands
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

Het lidwoord, 

zelfstandig naamwoord en bijvoeglijk naamwoord

Even herhalen wat je ooit een keer hebt geleerd!

Lesdoel

- Je weet wat een lidwoord is 

- Je weet wat een zelfstandig naamwoord is

- Je weet wat een bijvoeglijk naamwoord is

Je kan een lidwoord, zelfstandig naamwoord en bijvoeglijk naamwoord vinden in de tekst

• Het lidwoord staat nooit alleen in de zin.
• Het lidwoord hoort altijd bij een ander woord namelijk....

   het zelfstandig naamwoord

Samen oefenen

Zoek alle lidwoorden in het verhaal.

Kleur het lidwoord rood!

Het zelfstandig naamwoord is een woord voor iets of iemand:

                Een mens

                Een dier

                Een ding

Je kan het vaak vastpakken!

Samen oefenen

Zoek alle zelfstandige naamwoorden in het verhaal.

Kleur de zelfstandige naamwoorden geel. 

Bijvoeglijk naamwoord

Het zegt iets over het zelfstandig naamwoord.

            'rode auto.'

Het staat tussen het lidwoord en zelfstandig naamwoord in.

           'De rode auto.'

Samen oefenen

Zoek alle bijvoeglijke naamwoorden in het verhaal

Kleur alle bijvoeglijke naamwoorden blauw.

Opdracht

- Schrijf een verhaaltje met de plaatjes op het papier. 

Probeer zoveel mogelijk woorden te gebruiken.

- Doe dit in tweetallen.

- Bedenk met z'n tweeën een leuk verhaal met zoveel mogelijk lidwoorden, zelfstandig naamwoorden en bijvoeglijk naamwoorden.

- Aan het einde lezen we de verhaaltjes aan elkaar voor.

- We werken hier ongeveer 15 minuten aan.

- Klaar? Probeer zelf meer woorden te bedenken die je kunt toevoegen aan je verhaal. 

Wat hebben wij geleerd?

1. Wat het lidwoord, zelfstandig naamwoord en bijvoeglijk naamwoord is. 
2. Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het zelfstandig naamwoord.
3. Het bijvoeglijk naamwoord staat tussen het lidwoord en zelfstandig naamwoord in.
4. Het bijvoeglijk naamwoord geeft je extra informatie over het zelfstandig naamwoord.