Dier lj.1 - periode 3 : vogels - toets leren

Periode 3, les 2:  Vogels - Vogelweetjes 
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
DierMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Periode 3, les 2:  Vogels - Vogelweetjes 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
Aan het einde van de les kun je vertellen :
  • hoe de verschillende veren van een vogel heten
  • wat de functies zijn van de verschillende veren van een vogel
  • hoe de verschillende snavels van vogels heten
  • welk voer vogels eten met welke snavel
  • wat de kenmerken van nestblijvers en nestvlieders zijn






Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

hoe weet je welke vogel je ziet?
oog
staart
poot
kop
buik
kleur
snavel

Slide 3 - Sleepvraag

Sleepvraag
Vertel: Dit is een koolmees. Om een vogel te kunnen herkennen, moet je goed kijken! Aan welke punten kun je een vogel herkennen? 
Doe: Sleep de woorden naar de koolmees: oog, snavel, staart, poot, kop, buik, kleur

Na sleepvraag
Vertel: Wanneer je goed kijkt, kun je dus aan deze punten een vogel herkennen. Een koolmees heeft dus een gele buik met een zwarte streep er over heen. Ook heeft hij zwarte ogen en een soort zwart petje op zijn kop.
Vogels zijn de enige dieren met veren.
De veren houden de vogel warm en droog en ze zijn belangrijk om te kunnen vliegen.
VERENKLEED

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verenkleed
De opbouw van een veer is in de basis zoals op de afbeelding hiernaast. De veer zit met de spoel vast in de huid van de vogel.

Donsveren zitten onder de gewone veren en zorgen voor isolatie en warmte voor de vogel. Donsveren hebben een open structuur. 

De contour veren hebben een gesloten structuur. Dit zijn de veren die het lichaam aan de buitenkant de vogel bedekken. 

Door de haakjes op de baarden, haken de baarden in elkaar en vormt de veer een geheel.
 Opbouw veren 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Waar heeft een vogel slagpennen voor nodig?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar heeft een vogel
donsveren voor nodig?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar heeft een vogel dekveren voor nodig?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Aanpassingen bij vogels: Snavels

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Snavels




  • kegelsnavel → zaden
  • pincetsnavel → insecten
  • haaksnavel → vlees
  • priemsnavel → bodemdiertjes
  • zeefsnavel → zeven uit water

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat eten vogels
allemaal?

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Voedsel en vogelsnavels

Slide 13 - Tekstslide

Video

Vogels hebben heel verschillende snavels. Waarom is dat zo? 
Tip: Geef de leerlingen een kijktip mee voor de video: kijk goed naar welke snavel wat kan eten. Zo kunnen ze gericht naar de video kijken.


Plaats het voedsel bij de juiste snavel.
lange snavel
scherpe, kromme snavel
pincetsnavel
priemsnavel
dikke snavel
schepsnavel
insecten en larven uit boombast
insecten en kleine zaden
prikken eten uit de grond
of het water
zaden
en bessen
waterplanten en -dieren
vlees

Slide 14 - Sleepvraag

Sleepvraag
Vraag: Hebben jullie goed op de video gelet? Welk voedsel hoort bij welke snavel?
Doe: Sleep het voedsel naar de juiste snavel. 

Vraag: Waarom heeft iedere vogel een andere snavel?
Antwoord: Iedere soort vogel eet andere dingen. De snavels zijn zo gebouwd dat ze het voedsel dat de vogel eet makkelijk kunnen vastpakken, vangen, plukken of oprapen
Gek eetgedrag
Vogels zien ook zwerfafval liggen. Hierin raken ze verstrikt, eten het op of in het ergste geval gaan ze er aan dood. (Plastic) zwerfafval is daarnaast slecht voor het milieu en onze gezondheid. Help daarom mee zwerfafval op te ruimen. In een schone omgeving laten mensen namelijk ook minder afval achter!

Slide 15 - Tekstslide

Informatieve slide

Vertel: Soms eten vogels ook dingen die ze anders niet eten. Bijvoorbeeld een mees die de eikenprocessierups ineens lust of zoals de huismussen hier die pannenkoeken met spinazie uitproberen. Soms eten ze het één keer, maar als het bevalt eten ze het vaker. Dat is helemaal niet raar. Dat is juist super handig! Wanneer de vogel zijn menu uitbreidt, kan hij langer overleven in een snel veranderende wereld.
Doe: Klik op de hotspot links onderin. Er verschijnt een afbeelding en tekst. Lees voor: "Vogels zien ook zwerfafval liggen. Hierin raken ze verstrikt, eten het op of in het ergste geval gaan ze er aan dood. (Plastic) zwerfafval is daarnaast slecht voor het milieu en onze gezondheid. Help daarom mee zwerfafval op te ruimen. In een schone omgeving laten mensen namelijk ook minder afval achter!"
Weetjes over voeding

’s Winters hebben de vogels meestal wat meer voer nodig, omdat het dan wat kouder is. Vogels eten alleen als het licht is. Aangezien de dagen in de winter korter zijn, komen de vogels tijd te kort om te eten. 




Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
  • Je kunt de kenmerken van nestblijvers en nestvlieders noemen

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nestblijver
  • Blind, kaal bij geboorte
  • Hulpeloos
  • Veel verzorging ouders nodig
  • Groeit snel op

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nestvlieder
  • Kunnen zien, horen bij geboorte
  • Kunnen lopen/zwemmen
  • Minder verzorging ouders nodig
  • Groeit minder snel op
  • Ogen zijn open

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Nestblijver
Nestvlieder
Ogen open
Donsveren
Naakt
Ogen dicht
Gelijk met moeder mee
Verstopt in een nest/hol

Slide 21 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Op welke afbeelding zie je een nestblijver?
A
B
C
D

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Op welke afbeelding zie je een nestvlieder?
A
B
C
D

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies