Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
belastingrecht oefentoets op3 -2023
Hoe noem je het als het gaat om de vraag of burgers bereid zijn om belasting te betalen?
A
belastingmoraal
B
belasting ontgaan
C
belasting ontwijking
D
belasting ontduiking
1 / 29
volgende
Slide 1:
Quizvraag
rechten
MBO
Studiejaar 2
In deze les zitten
29 slides
, met
interactieve quizzen
.
Lesduur is:
60 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Hoe noem je het als het gaat om de vraag of burgers bereid zijn om belasting te betalen?
A
belastingmoraal
B
belasting ontgaan
C
belasting ontwijking
D
belasting ontduiking
Slide 1 - Quizvraag
Welke van onderstaande belastingen is geen directe belasting?
A
assurantiebelasting
B
inkomstenbelasting
C
kansspelbelasting
Slide 2 - Quizvraag
Welke van onderstaande belastingen is een directe belasting?
A
invoerrechten
B
kansspelbelasting
C
omzetbelasting
Slide 3 - Quizvraag
onroerendzaakbelasting is een
A
directe belasting
B
indirecte belasting
Slide 4 - Quizvraag
Bij welke belasting krijg je als belastingplichtige niet eerst te horen wat je exact moet betalen aan belasting voordat je belasting betaalt?
A
aangiftebelasting
B
aanslagbelasting
Slide 5 - Quizvraag
Welke van onderstaande belastingen is een aanslagbelasting?
A
loonbelasting
B
erfbelasting
C
omzetbelasting
D
verbruiksbelasting
Slide 6 - Quizvraag
Welke van onderstaande belastingen is een aangiftebelasting?
A
inkomstenbelasting
B
schenkbelasting
C
kansspelbelasting
D
accijns
Slide 7 - Quizvraag
Door wie worden geen belastingen opgelegd?
A
EU
B
provincie
C
waterschappen
Slide 8 - Quizvraag
Welke belasting wordt niet door het Rijk geheven?
A
loonbelasting
B
verbruiksbelasting
C
omzetbelasting
D
hondenbelasting
Slide 9 - Quizvraag
Welke belasting wordt geheven door de gemeente?
A
afvalstoffenheffing
B
overdrachtsbelasting
C
motorrijtuigenbelasting
D
accijns
Slide 10 - Quizvraag
Het “Draagkrachtbeginsel” (de sterkste schouders dragen de zwaarste lasten)
komt tot uitdrukking in
A
de vlaktaks
B
het BTW-tarief
C
box1 inkomstenbelasting
Slide 11 - Quizvraag
het profijtbeginsel is van toepassing bij
A
de inkomstenbelasting
B
de kansspelbelasting
C
de wegenbelasting
Slide 12 - Quizvraag
Het “Beginsel van de minste pijn” komt duidelijk naar voren bij de
A
loonbelasting
B
inkomstenbelasting
C
erfbelasting
D
kansspelbelasting
Slide 13 - Quizvraag
Het “Beginsel van de bevoorrechte verkrijging” betreft niet de
A
kansspelbelasting
B
loonbelasting
C
erfbelasting
D
schenkbelasting
Slide 14 - Quizvraag
Bij retributies is sprake van
A
een dienst van een lagere overheid
B
een individueel aanwijsbare tegenprestatie van de overheid
C
een verplichte bijdrage van een burger aan de overheid
Slide 15 - Quizvraag
Een voorbeeld van een retributie is
A
een boete
B
omzetbelasting
C
VOG-verklaring
Slide 16 - Quizvraag
Wat is geen kenmerk van belasting?
A
Bestraffend karakter
B
Gedwongen betaling
C
Publiekrechtelijk karakter
D
Wettelijk bepaald
Slide 17 - Quizvraag
Henk is het beu om zoveel te betalen voor zijn sigaretten en stopt met roken. Hier is sprake van
A
ontduiken van belastingen
B
ontgaan van belastingen
C
ontwijken van belastingen
Slide 18 - Quizvraag
Als het bezit van digitale “Bitcoins” of “Etheriums” niet wordt opgegeven
door een belastingplichtige, is er fiscaal sprake van
A
ontduiken van belastingen
B
ontgaan van belastingen
C
ontwijken van belastingen
Slide 19 - Quizvraag
In welke wet in het belastingrecht vinden we materieel belastingrecht
A
Invorderingswet 1990
B
Burgerlijk Wetboek
C
Wet op de inkomstenbelasting
D
Algemene Wet Bestuursrecht
Slide 20 - Quizvraag
Voor goederen en diensten die worden gerekend tot de 1e levensbehoefte betaal je aan omzetbelasting
A
21%
B
9%
C
0%
Slide 21 - Quizvraag
Wat voor een soort belastingtarief heeft een hondenbelasting?
A
een progressief tarief
B
een proportioneel tarief
Slide 22 - Quizvraag
De wet op de Inkomstenbelasting kent 3 zogenaamde “boxen”.
Inkomsten uit een 2e baan vallen in:
A
1
B
2
C
3
Slide 23 - Quizvraag
Wat heb je naast de WOZ-waarde van een woning nog meer nodig om de inkomsten uit de eigen woning uit te rekenen?
A
hypotheekrente
B
de onroerendzaakbelasting
C
eigen woningforfait
Slide 24 - Quizvraag
De Loonbelasting is
A
altijd een zelfstandige eindheffing
B
een voorheffing op de Inkomstenbelasting
Slide 25 - Quizvraag
Welke Box kent geen schijventarief?
A
1
B
2
C
3
Slide 26 - Quizvraag
Winsten in Box 2 waarover je 26,9 % belasting betaalt zien op
A
dividentuitkeringen
B
overdracht van aanmerkelijk belang
C
beide
Slide 27 - Quizvraag
Als je als belegging naast je eigen huis meerdere andere woningen bezit, waar vallen die woningen dan in? Box
A
1
B
2
C
3
Slide 28 - Quizvraag
Heeft box 3 een proportioneel of een progressief belastingtarief?
A
proportioneel
B
progressief
Slide 29 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
Belastingrecht oefentoets op3 -2023
April 2023
- Les met
30 slides
rechten
MBO
Studiejaar 2
oefentoets bbl
Juni 2023
- Les met
22 slides
Rechten
MBO
Studiejaar 2
Belastingrecht
December 2023
- Les met
14 slides
MBO
Studiejaar 4
H2 Inkomstenbelasting
Oktober 2023
- Les met
38 slides
Belastingrecht
MBO
Studiejaar 1
H2 Inkomstenbelasting
September 2022
- Les met
29 slides
Belastingen SMS
MBO
Studiejaar 1
H2 Inkomstenbelasting
December 2022
- Les met
35 slides
Belastingrecht
MBO
Studiejaar 1
belastingrecht les 4 2021
Januari 2024
- Les met
18 slides
rechten
MBO
Studiejaar 2
belastingrecht les 4 2021
April 2023
- Les met
20 slides
rechten
MBO
Studiejaar 2