Woensdag 15 - 12

Woensdag 15-12
- Medicatie
- Kennistoetsing
- Evaluatie 

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Woensdag 15-12
- Medicatie
- Kennistoetsing
- Evaluatie 

Slide 1 - Tekstslide

Zijn er vragen?


- Steek je online (handje) op.

Slide 2 - Tekstslide

Wie deelt er al medicatie?
Ja!
Nee nog niet.

Slide 3 - Poll

Slide 4 - Video

Wat vergeet jij NOOIT weer rondom medicatie delen en veiligheid.

Slide 5 - Open vraag

Het toedienen van medicatie is een
A
risicovolle handeling
B
voorbehouden handeling
C
risicovolle en voorbehouden handeling

Slide 6 - Quizvraag

Medicatie:
Wat betekent interactie?
A
Dit betekent dat twee geneesmiddelen elkaars werking beïnvloeden.
B
Dit betekent een ongewenste complicatie van een medicijn
C
Dit betekent een ongewenst bijwerking van een medicijn

Slide 7 - Quizvraag

Medicijnen die eindigen op 'pam'
A
zijn plaspillen
B
is er kans op valgevaar
C
zorgen voor stolling
D
zijn maagmedicijnen

Slide 8 - Quizvraag

sublinguaal is .... medicatie
A
onder de huid
B
onder de tong
C
intraveneus
D
vaginaal

Slide 9 - Quizvraag

Noem de regel van 5

Slide 10 - Open vraag

Contra-medicatie is
A
een reden op medicatie voor te schrijven.
B
een reden om medicatie juist niet voor te schrijven
C
een ander woord voor de bijsluiter van een medicijn
D
medicatie die apart bewaard moet blijven

Slide 11 - Quizvraag

Wat is Gewenning bij medicatie?
A
Je hebt meer nodig voor het zelfde effect
B
Ophoping van de medicatie
C
Je kan niet meer zonder het medicijn
D
je krijgt last van een vreemde werking

Slide 12 - Quizvraag

Welk orgaan maakt insuline aan?
A
Milt
B
Lever
C
Alvleesklier
D
Schildklier

Slide 13 - Quizvraag

Insuline tussen de 40 en 50 eenheden moet worden opgesplitst omdat
A
Dit schadelijk voor de huid is.
B
Grotere hoeveelheden insuline worden minder goed opgenomen.
C
D
De eenheden dan beter te verdelen zijn.

Slide 14 - Quizvraag

Bij een hyper heb je een
A
Te lage bloedsuiker
B
Te hoge bloedsuiker

Slide 15 - Quizvraag

Wat van symptomen heb je bij een hypo?

Slide 16 - Open vraag

Slide 17 - Tekstslide

Bij het injecteren van insuline denk je aan..

Slide 18 - Woordweb




Zijn er nog vragen?

Slide 19 - Tekstslide