Diabetes

Diabetes
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Diabetes

Slide 1 - Tekstslide

Waar denk je aan
bij het ziektebeeld
Diabetes Mellitus?

Slide 2 - Woordweb

Gezonde voeding 
Gezonde koolhydraten: Volkoren producten, groenten en fruit bevatten goede koolhydraten die langzaam worden opgenomen in het bloed.
Minder suiker: Vermijd producten met veel suiker.
Vezelrijk eten: Vezels (in volkoren producten, groenten en fruit) helpen om de bloedsuikerspiegel stabieler te houden.
Gezonde vetten: Olijfolie, noten en vette vis helpen om het hart gezond te houden, wat belangrijk is voor mensen met diabetes.

Slide 3 - Tekstslide

Layla heeft diabetes.

Wat is een ander woord voor diabetes?

A
griep
B
blaasontsteking
C
nierziekte
D
suikerziekte

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Video

Wat is diabetes?
Bij diabetes heb je teveel of te weinig
...
A
zout in je lichaam
B
suiker in je lichaam
C
insuline in je lichaam
D
spieren in je lichaam

Slide 6 - Quizvraag

Wat is insuline 

- Hormoon dat glucose waarde (bloedsuikerspiegel) verlaagd. 
- Insuline helpt de cellen in het lichaam glucose uit het bloed op te nemen voor energie.
- Een tekort of geen leidt tot diabetes.

Slide 7 - Tekstslide

Waar word insuline in je lichaam aangemaakt
A
lever
B
nieren
C
alvleesklier
D
maag

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Video

Hyper versus hypo
Meten is weten!

Hyper = te hoog 
je lichaam wilt zelf het teveel aan suiker in het bloed kwijtraken 
Hypo = te laag
gaat over als je snel iets zoets eet of drinkt 

Slide 10 - Tekstslide

Hypo en Hyper

Slide 11 - Tekstslide

hypoglykemie oorzaak
te veel insuline 
te weinig of laat eten 
te snelle opname van insuline 
meer lichaamsbeweging dan gebruikelijk

Slide 12 - Tekstslide

Oorzaken hypergykemie 
Verkeerde dosering insuline 
Te veel voeding 
Stress
Koorts 
Medicatie 

Slide 13 - Tekstslide

wat zijn kenmerken van een hypo en wat van een hyper?

Slide 14 - Open vraag

hyper
hypo

Slide 15 - Sleepvraag

EINDE LES.
WAT HEB JE GELEERD IN DEZE LES.

Slide 16 - Open vraag

Heb je een Tip & Top voor mij?

Slide 17 - Open vraag