De middeleeuwse stad


De stad in de Middeleeuwen

5.1 Nieuwe Steden
TIJD VAN STEDEN EN STATEN
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


De stad in de Middeleeuwen

5.1 Nieuwe Steden
TIJD VAN STEDEN EN STATEN

Slide 1 - Tekstslide

Tijd van Steden en Staten (1000-1500)
In het wit zie je een stadspoort. Ging je in de Middeleeuwen een stad binnen, dan moest je door de stadspoort. In veel steden werd een hoge en prachtig versierde kerk gebouwd. Op de achtergrond zie je de binnenkant van zo’n kerk.

Slide 2 - Tekstslide

Tijd van Grieken en Romeinen
(500 v. Chr. - 500 n. Chr.)
Tijd van Monniken en Ridders
(500-1000)
(Vroege Middeleeuwen)
Tijd van Steden en Staten
(1000-1500)
(Late Middeleeuwen)
1492: Columbus 'ontdekt' Amerika
(Einde van de Middeleeuwen)
⚓️
476: Val van het West-Romeinse Rijk
(Begin van de Middeleeuwen)
🔥
Tijd van Ontdekkers en Hervormers
(1500-1600)
Tijd van Regenten en Vorsten
(1600-1700)
Tijd van Pruiken en Revoluties
(1700-1800)

Slide 3 - Tekstslide

Agenda voor vandaag


  1. Intro H5
  2. Klassikaal maken vragen oriëntatie
  3. Uitleg paragraaf 5.1
            GS klas 1

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je vertellen waar het tijdvak steden en staten over gaat.
En je kunt in eigen woorden uitleggen hoe een middeleeuwse stad eruit zag.

Slide 5 - Tekstslide

Samen lezen bladzijde 70/71 van je lesboek

daarna werkboek openen op
bladzijde 74/75

Slide 6 - Tekstslide

Tijd van Steden en Staten (1000-1500)
In het wit zie je een stadspoort. Ging je in de Middeleeuwen een stad binnen, dan moest je door de stadspoort. In veel steden werd een hoge en prachtig versierde kerk gebouwd. Op de achtergrond zie je de binnenkant van zo’n kerk.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Late Middeleeuwen
  • Tijd van Steden en Staten (1000-1500)

  • Na het jaar 1000 is het is 'veiliger' en 'rustiger'
  • Betere opbrenst land (mest, werktuigen)
  • Grotere oogsten
  • Overschot verkopen op de markt

Slide 9 - Tekstslide

Late Middeleeuwen
  • Tijd van Steden en Staten (1000-1500)

  • Handel neemt toe
  • Doordat het veiliger is kunnen handelaren weer reizen
  • Veel spullen te koop
  • bevolking groeit
  • Er ontstaan steden
Dit is een plattegrond van Maastricht in de Middeleeuwen

Slide 10 - Tekstslide

Carcassonne ligt in Zuid-Frankrijk. De binnenstad is de best bewaarde stad in Europa uit de middeleeuwen.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Een goede plek.....
  • Handelaren --> wonen/goederen opslaan
  • Vlakbij handelsroute
  • Veilig en veel mensen
  • Kasteel/Klooster
  • Burgers

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Wat zie je als je een middeleeuwse stad zou binnen lopen?
Het was er druk en krap: de meeste steden waren niet groter dan 5000 inwoners, maar omdat het er klein en smal was leek het veel drukker.
De markt
Deze geestelijken houden een processie: een tocht door de stad om hun geloof in God te laten zien. Soms werd dit gedaan om boete te doen.
De winkels waren meestal duidelijk te herkennen aan uithangborden, waarop symbolen van de ambachten stonden, zoals een vis of brood.
In principe mocht iedereen de stad binnen, zolang je maar geen (grote) wapens meenam. Messen moesten worden gemeten: was een mes te groot dan moest je hem bij de stadspoort achterlaten.
Inwoners van een stad noemen we tegenwoordig vaak burgers, maar in de Middeleeuwen werd meestal de term poorter gebruikt: iemand die binnen de poorten van een stad woont.
Een van de grootste gevaren van een middeleeuwse stad was brand. De meeste huizen waren van hout, en een klein vuurtje kon binnen enkele dagen de halve stad in as hebben gelegd. Ambachten waarbij veel vuur werd gebruikt, zoals bijvoorbeeld een smederij, bevonden zich daarom op speciale plekken in de stad.
Schapen, kippen, honden en varkens: er liepen in een stad vaak net zoveel dieren als mensen rond. 
Niet alle straten waren bestraat: na een regenbui was het een grote modderpoel, waarbij het (huis)vuil door de straten spoelde.
Riolering of een vuilnisdienst bestond nog niet. Mensen gooiden hun afval soms gewoon op straat of in de gracht. Het stonk er dus nogal, vooral ’s zomers. Die viezigheid was ook gevaarlijk. Het vuil trok ongedierte aan, zoals ratten. Hierdoor braken er ziekten uit.
Water (om te drinken en om schoon te worden) werd uit de gracht gehaald. Inderdaad: 500 meter verderop was er nog afval in gegooid...
De schandpaal was één van de straffen die je in de Middeleeuwen kon krijgen.
Er waren maar een paar gebouwen van steen in een middeleeuwse stad, zoals bijvoorbeeld de kerk of het stadhuis. Later komen er meer stenen gebouwen bij, zoals bijvoorbeeld de gildenhuizen.
Huizen in deze bouwstijl noem je vakwerkhuizen: de balken in de muren zorgen voor de stevigheid van het huis. De ruimte tussen de balken worden opgevuld met takken van bijvoorbeeld wilgen. Vervolgens worden ze geplamuurd met een mengsel van stro en leem.
In een stad was van alles te vinden: eten, drinken, handel en vermaak. Het was er vies, maar mensen kwamen er graag.

Slide 17 - Tekstslide


Stadsrechten
  • In het gebied waar de stad lag was een edelman of bisschop de baas
  • Steden willen zelf de baas zijn --> stadsrechten
  • Een stad met stadsrechten mag een stadsmuur bouwen. Ook mogen ze hun eigen wetten maken.
  • In ruil voor stadsrechten moesten ze belasting betalen aan de edelman of bisschop

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video


Wie is de baas?
  • De schout is de plaatsvervanger van de heer in de stad bij de rechtspraak
  • Samen met de schepenen bepaalde hij de straf.
  • Ze kregen advies van een raad.
  • De burgemeester (soms meer dan één) was de baas van de raad.

Slide 20 - Tekstslide

Straffen in de Middeleeuwen
Straffen nu

Slide 21 - Tekstslide

Straffen in de Middeleeuwen

  • Zeker: lijfstraffen en doodstraffen kwamen voor...

    ...maar de meeste straffen waren geldboetes

  • Die leverden meer op en kostten minder geld: een beul moet je als stad namelijk ook gewoon betalen!
Op de afbeeldingen zie je heel veel soorten straffen die voorkwamen in de middeleeuwen.
Iemand gaat op de brandstapel, iemand wordt opgehangen, iemands hand wordt er afgehakt (als je iets had gestolen), iemand wordt geradbraakt en iemand wordt onthoofd.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Bestuur stad nu:
  • Elke gemeente eigen bestuur
  • inwoners kiezen elke 4 jaar gemeenteraad
  • Leden gemeenteraad kiezen wethouders
  • Regering kiest de burgemeester
  • Burgemeester baas politie en brandweer

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

Begrippen uit deze les
  • Poorter
  • Stadsrechten
  • Gilde
  • Ambacht
  • Schout
  • Schepenen
  • Burgermeester

Slide 29 - Tekstslide

ZELFSTANDIG WERKEN
werkboek bladzijde 76/77
maken opdracten
1 t/m 10 behalve 4

Slide 30 - Tekstslide


Werken in een gilde
  • Omdat de oogst groter wordt, hoeft niet iedereen meer boer te zijn: er ontstaan andere beroepen: ambachten
  • Mensen met hetzelfde ambacht zitten in een gilde.
  • Het gilde controleerde ook de kwaliteit van de producten en stelde de verkoopprijs vast.
  • Bij ziekte en overlijden kreeg het gezin hulp van het gilde.
De meeste gilden hadden een prachtig gildehuis. Hier werden, behalve vergaderingen, ook feesten gehouden. Heel het leven draaide om het gilde.
Voorbeelden van ambachten in een middeleeuwse stad:
- smid
- bakker
- timmerman
- meubelmaker
- brouwer
- kleermaker

Slide 31 - Tekstslide

Van leerling 
tot meester
  • Je mag alleen een eigen bedrijf hebben, als je lid van een gilde bent.

  • Hiervoor moet je eerst meester worden:
  1. Je begon al erg jong als leerling;
  2. Daarna werd je gezel;
  3. En pas als je meesterproef had gedaan kon je meester worden. Je was dan vaak al ver boven de 30 jaar!
Middeleeuwse ambachtslieden aan het werk.

Slide 32 - Tekstslide

Noem een politieke verandering die er kwam dankzij de opkomst van de steden.

Slide 33 - Open vraag

Noem een economische verandering die er kwam dankzij de opkomst van de steden.

Slide 34 - Open vraag

Noem een sociale verandering die er kwam dankzij de opkomst van de steden.

Slide 35 - Open vraag

Noem een religieuze verandering die er kwam dankzij de opkomst van de steden.

Slide 36 - Open vraag