Lezen (4) onbekende woorden (nakijken en film)

Welkom!
Ga naar je plek, pak je spullen en begin aan de startopdracht.
Startopdracht: lees in je leesboek
Lesboek Nieuw Nederlands
Leesboek
Schrift en pen
timer
15:00
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Ga naar je plek, pak je spullen en begin aan de startopdracht.
Startopdracht: lees in je leesboek
Lesboek Nieuw Nederlands
Leesboek
Schrift en pen
timer
15:00

Slide 1 - Tekstslide

Jeugdjournaal
Bedenk 2 inhoudelijke vragen...

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
1. Lesdoelen en mededelingen
2. Herhaling
3. Onbekende woorden nakijken
4. Film
5. Huiswerk en evaluatie 


Slide 3 - Tekstslide

Mededelingen
Zijn er dingen die ik moet weten? 

Slide 4 - Tekstslide

Lesdoel van de vorige les
1. Ik weet wat een woordraadstrategie is.
2. Ik weet welke woordraadstrategieën er zijn.  

Slide 5 - Tekstslide

Onbekende woorden 
Woordraadstrategie: de betekenis van een woord ontdekken door een strategie toe te passen. 

blz. 10

Slide 6 - Tekstslide

Woordraadstrategieën 
Een synoniem zoeken.
(Een synoniem is een ander woord met dezelfde betekenis)
  • Kijk in dezelfde zin of de zin ervoor of erna. 
Jantje was op vakantie heel erg blij. Hij was zo vrolijk, omdat hij naar Frankrijk ging. 

Slide 7 - Tekstslide

Woordstrategieën
Een omschrijving zoeken.
(Een omschrijving is een verdere uitleg van wat erin de tekst wordt bedoeld)
  • Omschrijvingen kun je vaak vinden tussen haakjes of tussen komma's.
Jantje heeft in Frankrijk veel akkerbouw, een vorm van landbouw, gezien.

Slide 8 - Tekstslide

Woordstrategieën 
Een voorbeeld zoeken. 
  • Er komt vaak een voorbeeld na de woorden: zoals, bijvoorbeeld, een voorbeeld van. Of voorbeelden staan na een dubbele punt, tussen haakjes of tussen komma's
Tegenwoordig maakt iedereen gebruik van apps, zoals Snapchat en Instagram.

Slide 9 - Tekstslide

Woordraadstrategieën
Een tegenstelling zoeken.
(Een tegenstelling is een woord dat precies het tegenovergestelde betekent)
Zoek signaalwoorden, zoals: maar, echter, toch en daarentegen.
Jantje zijn vakantie was plezant, maar soms was het stom. 

Slide 10 - Tekstslide

Woordraadstrategieën
Een bekend woorddeel zoeken.
Kijk naar welke delen van het woord jij al kent.
Fietspomppreparatiesetje
Kijk of er een voor- of achtervoegsel voor/achter het woord staat.
Ongezond en naamloos

Slide 11 - Tekstslide

Huiswerk bespreken
4 t/m 6 vanaf blz. 12

Slide 12 - Tekstslide

Lesdoel deze les
Ik ben verder gegaan met het kijken van de film en weet wat ervan mij wordt verwacht bij het kijken van de film.

Slide 13 - Tekstslide

Film kijken
Stilte!
Boy7
(aantekeningen maken voor de toets)

Slide 14 - Tekstslide

Lesdoel
Ik ben begonnen met het kijken van de film en weet wat ervan mij wordt verwacht bij het kijken van de film.

Slide 15 - Tekstslide

Evaluatie
Wat heb je geleerd deze les?
Wat ging er goed?
Wat kan beter?

Slide 16 - Tekstslide