Literatuur 1900-1940 les 5

Literatuur 1900-1940
Lees minimaal één boek uit deze periode. Tijdens het mondeling wordt zowel naar deze periode als naar de link van je roman met een stroming gevraagd.
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Literatuur 1900-1940
Lees minimaal één boek uit deze periode. Tijdens het mondeling wordt zowel naar deze periode als naar de link van je roman met een stroming gevraagd.

Slide 1 - Tekstslide

Stromingen
Expressionisme= het weergeven van de eigen ervaringen. Expressionisten schilderden hartstochten.

Slide 2 - Tekstslide

Dadaïsme

Slide 3 - Tekstslide

Dadaïsme
  • Geen vertrouwen in de samenleving. 
  • Heftige tegenbeweging. Anti-alles.
  • Maakten geen "kunst". 
  • Braken met literaire tradities.

Slide 4 - Tekstslide

Paul van Ostaijen
  • Leefde kort maar krachtig.
  • Collagetechniek in gedichten.
  • Gedichten zijn 'autonome taalbouwsels'.
  • Dadaïsme:
  1. mengvormen van beeldende kunst, poëzie, theater en grafisch ontwerp.
  2. opzettelijk ondergraven van de algemeen geaccepteerde standaarden.

Slide 5 - Tekstslide

Neo-Romantiek
Niet gelukkig in de wereld waarin zij leefden. Vlucht uit de samenleving (crisis en oorlog).
Schrijvers: Nescio, Schlauerhoff, Van Schendel

Slide 6 - Tekstslide

§65 Nescio

Slide 7 - Tekstslide

Nescio
  • Nescio (pseudoniem van J.H.F. Grönloh)
     
  • Schrijver van De uitvreter. Titaantjes. Dichtertje (1911- 1915), 
  • T.t.v. Nieuwe zakelijkheid (rond 1932- 1935) geherwaardeerd.
  • De verhalen pasten veel beter bij die stijl: nuchter, spottend, cynisch.
  • Nescio stond op het kantelpunt van de oude samenleving en de nieuwe.
Het werk van Nescio wordt al tientallen jaren gezien als een van de belangrijkste oeuvres van de Nederlandse literatuur. Zijn stijl en zijn manier van schrijven waren anders dan wat het Nederland van bijna een eeuw geleden gewend was. Hoewel er in eerste instantie weinig waardering voor zijn werk was, begonnen mensen naarmate de jaren verstreken en hun denkbeelden veranderden steeds meer interesse te krijgen voor het werk van Nescio.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Link

§61 Martinus Nijhoff

Slide 10 - Tekstslide

Martinus Nijhoff
  • Nederlandse dichter (1894-1953)
  • Begon als traditionele, romantische dichter
  • In 1934 verscheen de bundel Nieuwe gedichten
  • Nieuw was dat deze gedichten over gewone dingen gaan en in gewone taal zijn geschreven. Daarom horen deze gedichten tot het Modernisme.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Nieuwe Zakelijkheid
Scrhrijvers werden sterk beïnvloed door:
De Stijl, Bauhaus, Kubisme, Rietveld, Mondriaan

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Link

In Nederland Nieuwe Zakelijkheid (jaren 20/30)
Bauhaus (jaren 20, Duitsland)
  • Grote invloed!
  • Functionalisme: functie boven inhoud
  • Strakker vormgegeven!

Literatuur
  • Rustiger vaarwater, andere toon
  • Poésie parlante (versus …?) ofwel parlando-poëzie
  • Politiekgericht, kritisch (brochures) engagement!




Slide 15 - Tekstslide

Kubisme

Slide 16 - Tekstslide

Rietveld

Slide 17 - Tekstslide

Piet Mondriaan

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Neo-romantiek

Modernisme
Nieuwe zakelijkheid
Ontvluchten van werkelijkheid
Vrije expressie gevoelens
Sober en functioneel

Slide 21 - Sleepvraag

combineer de literaire stroming en de uitleg
neoromantiek
expressionisme
De nieuwe zakelijkheid
modernisme
vluchten uit de werkelijkheid als reactie op alle technologische ontwikkelingen
strakke architectuur - korte, zakelijke zinnen - objectief taalgebruik
uiting geven aan wat je ervaart; niet wat je ziet in eigen, subjectieve werkelijkheid
stream of consciousness: associatieve en warrige gedachten. Onzekere mens in onzekere wereld

Slide 22 - Sleepvraag

Aan de slag!
Balansverslag is ingeleverd!
Je werkt aan je portfolio.
Hierin staan de 4 verwerkingsopdrachten, zie leeslijst in de classroom.

Slide 23 - Tekstslide