7-10 spelling

Programma
laatste twee lessen spelling
Vrijdag 14 oktober 3e uur proefwerk spelling heel cursus 8
niet herkansbaar, op papier
1: terugkijken huiswerk en Uitleg theorie blz 191 t/m blz 194
2:Uitleg blz 195 t/m 205 óf zelfstandig oefenen in PC33.

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Programma
laatste twee lessen spelling
Vrijdag 14 oktober 3e uur proefwerk spelling heel cursus 8
niet herkansbaar, op papier
1: terugkijken huiswerk en Uitleg theorie blz 191 t/m blz 194
2:Uitleg blz 195 t/m 205 óf zelfstandig oefenen in PC33.

Slide 1 - Tekstslide

Huiswerk
Inleveren verbeterende werkwoordspelling
blz 184-187 M opdr 1,2 ,4 en 5: 2 zinnen
blz 189 en 190 M opdr 3 t/m 8 Straks zelf werk nakijken

Slide 2 - Tekstslide

blz 184 leestekens en hoofdlettes
Vragen?
Twee zinnen samen

Slide 3 - Tekstslide

Opdr 5
4 ‘Had jij ooit gedacht,’ vroeg Lisette de Vries aan mij, ‘dat meneer Van Dalen uit woede zijn designkast van Pastoe in elkaar zou slaan?'
Wanneer en waar in de zin gebruik je dus aanhalingstekens?
 
5 Tijdens de werkweek in Vlaanderen voerden we allerlei opdrachten uit: we moesten een stuk duingebied opmeten met een waterpas; we deden proefjes met slootwater uit diverse slootjes; we zochten naar kogels uit de eerste wereldoorlog; we gingen naar een theater in Ieper.
Wanneer gebruik je dus ; en:?

Slide 4 - Tekstslide

Meervoudsvorming
blz 189

Slide 5 - Tekstslide

Meervoudsvorming
A
cafés
B
cafées
C
cafees

Slide 6 - Quizvraag

Meervoudsvorming
A
satétjes
B
sateetjes

Slide 7 - Quizvraag

Meervoudsvorming
A
stouterikken
B
stouteriken

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de meervoudsvorm van "olie"
A
Olies
B
Olieën
C
Olieen
D
Oliën

Slide 9 - Quizvraag

blz 191 en verder  uitleg
verkleinwoorden
Tussenklank in samenstelling

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

blz 193 uitleg

Slide 12 - Tekstslide

Met of zonder tussen-n?
A
rodekool
B
rodenkool

Slide 13 - Quizvraag

Met of zonder tussen-n?
A
keuzepakket
B
keuzenpakket

Slide 14 - Quizvraag

Met of zonder tussen-n?
A
roggebrood
B
roggenbrood

Slide 15 - Quizvraag

blz 199 t/m 201 zelfstandig

Slide 16 - Tekstslide

verbeterde oefentoets werkwoordspelling?

Slide 17 - Tekstslide

werkwoordspelling
De jongens (begeleiden) gisteren de vrouw naar huis.
A
begeleiden
B
begeleidden
C
begeleid
D
begeleden

Slide 18 - Quizvraag

Het gebeur... regelmatig dat Erica fouten maakt in werkwoordspelling.
A
gebeurd
B
gebeurt
C
gebeurdt
D
gebeurdde

Slide 19 - Quizvraag

Weet je wel wat het beteken.... wanneer je werkwoordspelling echt beheerst?!
A
betekend
B
betekent
C
betekende
D
betekente

Slide 20 - Quizvraag

Met of zonder tussen-n?
A
spinnenwiel
B
spinnewiel

Slide 21 - Quizvraag

Met of zonder tussen-n?
A
spinnenweb
B
spinneweb

Slide 22 - Quizvraag

Met of zonder tussen -n
A
Wezenloos
B
Wezeloos

Slide 23 - Quizvraag

Met of zonder tussen-n?
A
reuzeleuk
B
reuzenleuk

Slide 24 - Quizvraag

Met of zonder tussen-n?
A
gedaanteverwisseling
B
gedaantenverwisseling

Slide 25 - Quizvraag

Met of zonder tussen-n?
A
kattebak
B
kattenbak

Slide 26 - Quizvraag

Met of zonder tussen-n?
A
beregoed
B
berengoed

Slide 27 - Quizvraag

blz 202 Sommige of Sommigen?

Slide 28 - Tekstslide

Wel of geen 'n'?
  1. Sommige/ sommigen mensen vinden dit leuk.
  2. De puppy's liggen bij moeder in de mand. Sommige/Sommigen kruipen bijna onder moeder.
  3. De meeste/meesten voetballers zijn blij met een winterstop, maar enkele/enkelen zouden het liefst doorgaan.
  4. Zij zijn de enige/enigen die toegang hebben tot deze kluis.
  5. Tientalle/tientallen waren woest op de scheidsrechter.

Slide 29 - Tekstslide

Wel of geen 'n'?
  1. Sommige/ sommigen mensen vinden dit leuk.
  2. De puppy's liggen bij moeder in de mand. Sommige/Sommigen kruipen bijna onder moeder.
  3. De meeste/meesten voetballers zijn blij met een winterstop, maar enkele/enkelen zouden het liefst doorgaan.
  4. Zij zijn de enige/enigen die toegang hebben tot deze kluis.
  5. Tientalle/tientallen waren woest op de scheidsrechter.

Slide 30 - Tekstslide

zelfstandig oefenen
Heel cursus spelling moet je kennen en kunnen

Slide 31 - Tekstslide