Romeinen les 2.

De Romeinen!
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

De Romeinen!

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Starten
  • Lesdoelen
  • Huiswerk controleren
  • Uitleg 
  • Huiswerk maken (dit doen we samen!)
  • Lesdoelen controleren 
  • Afsluiten  

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
Je weet hoe het leger van de Romeinen eruit ziet.
Je weet wat de soldaten deden in het leger. 
Je weet wie de Germanen en Bataven zijn. 
Je weet wat de Bataafse opstand is. 
Je weet waarom het Romeinse Rijk uit elkaar viel. 
Je weet wat de Romeinen achter lieten in Nederland. 
Je kunt vier woorden uit het Latijn vertalen naar het Nederlands

Slide 3 - Tekstslide

Huiswerk controleren
Ga in tweetallen het huiswerk controleren. 
Welke vraag was lastig?
Die bespreken we klassikaal.

Let op: Heb je nog iets op inhalen staan? Kom even langs!
Kom in de LessonUp, we gaan herhalen van de vorige les!

Slide 4 - Tekstslide

De Romeinen leven in hetzelfde tijdvak als de Grieken
A
Ja!
B
Nee!

Slide 5 - Quizvraag

Waarom zouden de Romeinen een legerkamp op een heuvel bouwen?

Slide 6 - Open vraag

Wat gaan we nu doen?
Je krijgt uitleg over de Romeinen. 
Tussendoor krijg je vragen over de stof.
Dit zijn de vragen die je als huiswerk moet maken. 

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Leger van de Romeinen
  • Beroepsleger: vrijwillig meedoet aan het leger van een land
  • Vooral jonge mannen
  • Liepen 20 km per dag met 40 kg aan spullen mee!
  • Veel wapens en schilden
  • Kregen goed te eten en goed betaald

Slide 9 - Tekstslide

Het Romeinse leger is het eerste goed georganiseerde beroepsleger.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Als soldaat in het Romeinse leger had je het heel slecht.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Germanen vs Romeinen
  • Romeinen kwamen naar     Nederland 2000 jaar geleden.
  • Germanen simpel boerenvolk.
  • Veel stammen, zoals de Bataven. 
  • Veel jonge mannen vochten vrijwillig mee met de Romeinen. 
  • We waren sterk, goede vechters en betrouwbaar.
 


Slide 12 - Tekstslide

Er zaten ook veel Bataven in het Romeinse leger.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

De Bataven vochten vrijwillig mee met de Romeinen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Bataafse opstand
  • Bataven vochten mee met de Romeinen. 
  • Kwamen in opstand omdat alle jongetjes het leger in moesten. 
  • Hun leider heette Julius Cilvilis.
  • Dit heette de Bataafse opstand en duurde een paar jaar totdat de Romeinen wonnen. Er waren te veel soldaten van de Romeinen. 

Slide 15 - Tekstslide

De Bataven kwamen in opstand omdat ze te weinig
betaald kregen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

De leider van de Bataafse Opstand heette Julius Cesar.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Na een paar maanden worden de Bataven door de Romeinen verslagen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag

De val
  • In Rome maakten de leiders veel ruzie met elkaar. 
  • Soldaten waren ontevreden omdat ze niet genoeg betaald kregen.
  • Steeds meer soldaten verlieten het leger. Hierdoor werd het Romeinse leger steeds minder sterk.

Slide 19 - Tekstslide

Wat gebeurde er?
  • Grenzen waren niet meer bewaakt.
  • Stammen uit het noorden vielen aan. 
  • De stammen roofden eten en spullen.
  • De Romeinen trokken zich terug. 
  • Veel dingen bleven wel achter. 

Slide 20 - Tekstslide

De soldaten uit het leger gingen weg omdat ze te weinig betaald kregen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quizvraag

Stammen uit het noorden van Nederland vielen het rijk aan en roofden voedsel en spullen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 22 - Quizvraag

Romeinse taal.
  • Ze leerden lezen en schrijven. 
  • Latijn. 
  • Veel woorden gebruiken we nu nog. 
  • Weet jij wat deze woorden betekenen?

Slide 23 - Tekstslide

Bibliotheca

Slide 24 - Woordweb

Castellum

Slide 25 - Woordweb

Familia

Slide 26 - Woordweb

Circulus

Slide 27 - Woordweb

Romeinen
  • Het was een groot rijk met veel mensen. 
  • Had veel macht.
  • Veel nieuwe dingen uitgevonden die wij nog steeds gebruiken. 
  • Er gebeurde 1 grote ramp....

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Zelfstandig werken!
Kies uit:
Maak de opdrachten van de Romeinen
Maak de opdracht over het Romeinse Rijk
Maak de kruiswoordpuzzel over de Romeinen

Succes!

Slide 30 - Tekstslide

Lesdoelen
Je weet hoe het leger van de Romeinen eruit ziet.
Je weet wat de soldaten deden in het leger. 
Je weet wie de Germanen en Bataven zijn. 
Je weet wat de Bataafse opstand is. 
Je weet waarom het Romeinse Rijk uit elkaar viel. 
Je weet wat de Romeinen achter lieten in Nederland. 
Je kunt vier woorden uit het Latijn vertalen naar het Nederlands

Slide 31 - Tekstslide

Dit is een plaatje van een:
A
Grieks leger in de oudheid
B
Romeins leger in de oudheid

Slide 32 - Quizvraag

De Germanen leefden 'bovenin' of 'onderin' in Nederland.
A
Bovenin
B
Onderin

Slide 33 - Quizvraag

Het Romeinse rijk viel uit elkaar door de Bataafse opstand.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 34 - Quizvraag

Het Latijns woord festa betekend:
A
Vest
B
Festival
C
Pester
D
Feest

Slide 35 - Quizvraag

Toppers!
  • Goed gedaan allemaal!!
  • Heb je nog vragen of wil je na de les nog wat kwijt, mail mij of stuur een chat berichtje. 
  • Volgende les doen we het op dezelfde manier!

(Dit is Julius Ceasar, Romeinse Keizer)

Slide 36 - Tekstslide

De Romeinen!
Bedankt voor jullie aandacht en tot de volgende les!!

Slide 37 - Tekstslide