geschiedenis boze bataven en knappe keizers

Germaans dorp
1 / 27
volgende
Slide 1: Woordweb
GeschiedenisBasisschoolGroep 7

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Germaans dorp

Slide 1 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

De germanen
  • Woonden al in NL toen de Romeinen kwamen. 
  • Er waren verschillende stammen. De Bataven, de Friezen, Cananefaten en Tubanten. 

Slide 2 - Tekstslide

Germaanse stammen: Bataven, friezen, Cananefaten en Tubanten. 

Ruilen
De Germanen waren ook druk bezig met spullen ruilen.
Dit deden ze op verschillende manieren:
- Er werd veel zout gewonnen.
- Er werd veel ijzererts gevonden, hiervan werden spullen gemaakt.
- In de ovens die ze hadden konden ze veel verschillende spullen maken. Deze spullen konden ze ook weer ruilen.
Huizen
De huizen werden gemaakt van hout en leem.
Het dak werd gemaakt van riet.
Kinderen
De kinderen in deze tijd konden niet alleen maar spelen.
Ze moesten ook andere dingen zoals:
Zorgen voor het vee en het huishouden.
Ovens
De ovens werden niet alleen gebruikt om eten te maken, maar ook voor het maken van spullen.
Zo werden er potten gebakken. Ook werdt de ijzererts heel heet gemaakt, zodat ze er materiaal van konden maken zoals zwaarden, pijlen, enz.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rieten dak
De daken waren gemaakt van riet.
Dat zorgden dat ze beter beschermd waren tegen de regen,
Vuur
Het vuur zorgde ervoor dat de mensen in de huizen warmer waren zeker in de winter.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar werden de huizen van gemaakt?
A
Steen, leem, hout en riet
B
Bakstenen, leem en riet
C
Leem, hout en riet
D
Rotsen

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat waren de twee belangrijkste materialen waarmee de Germanen konden ruilen.
A
ijzer en zout
B
Eieren
C
vee
D
potten

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

vriendschap? 
De Romeinen waren niet van plan om vertrekken. 
Ze gingen aan elkaar wennen, en soms werden ze zelf vrienden.
er werd ook geruild.  
soms ging een Germaan in het romeinse leger. 

Slide 8 - Tekstslide

Na een tijdje moesten de Romeinen en de Germanen wel met elkaar gaan leven. Niemand was van plan om te vertrekken. 

Sommige Germanen gingen in het Romeinse leger. Daar was het leven vaak beter. Ze leerden hoe ze huis moesten bouwen, en lezen en schrijven. Na 25 jaar in het leger, mocht hij een Romein worden. Dan mochten ze in een romeins huis wonen en Romeinse kleding dragen. Romeinen vonden het fijn als er Germanen in hun leger kwamen. Want de Germanen konden heel goed paarrijden en vechten tegelijk. Dat konden de Romeinen niet. 
Wat deden de kinderen in Germaanse tijd?
A
spelen
B
Moesten vechten voor de romeinen
C
niets
D
spelen, zorgen voor het vee en in huis helpen.

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De germaanse soldaat 
Romeinse soldaat 

Slide 10 - Tekstslide

Germaanse soldaat: Smeerde zichzelf in met klei, vochten zonder een goed plan. Ook vaak zonder kleding, naakt dus. Ze maakte altijd veel kabaal, waren geen stille strijders en de hele familie ging mee naar een gevecht. Ze werden aangemoedigd door hun vrouwen. 

Wat hoort bij wie? Sleep de woorden naast het juiste plaatje.
kregen geld voor soldaat zijn
lekker en veel eten.
De verdeel-en-heersstrategie
Moesten verplicht meevechten
Hadden weinig te eten.
Hadden een speer, schild, lans en zwaard
Hadden een schild, zwaard, helm, lans, dolk

Slide 11 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Romeinen

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

De Bataafse Opstand

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Bataven
  • Woonden tussen de Rijn, de Maas en de Waal. Toen heette dat het Bataveneiland. nu heet dat de Betuwe. ( In Gelderland)



  • Ze leefden en leerde met de Romeinen. Ze waren liever vrienden dan dat ze oorlog voerde. 

Slide 14 - Tekstslide

De bataven waren boeren. Ze woonden in kleine dorpjes en werkten op het land. Ze hielden vooral koeien en soms geiten, varkens en schapen. Soms hadden ze een paard. 

De Bataven 
  • Rijke Bataven gingen groter wonen.


  • ijzer en zout
 

Slide 15 - Tekstslide

  1.   Ze bouwden villa's van de Romeinen na. Daarbij hoorde akkers, stallen en slaapplekken voor de hulpen bij. Het was dus meer een boerderij zoals we die nu kennen. 
  2. De boeren hadden ijzer nodig. Maar dat lag in het moeras. Ze maakte een pad van boomstammen, Dat heette een knuppelweg. 
  3. zout; Bataven waren ook altijd opzoek naar zout. Daarmee konden ze eten langer bewaren. Ze deden zout zee water in een pot zonder deksel. Het water verdampt dan, en het zout blijft over. 
Bataven waren boos

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom waren de Bataven boos?
A
Ze werden behandeld als slaven
B
De romeinen steeds meer land wilde hebben
C
De zonen van de Bataven verplicht het leger in moesten
D
Ze werden te weinig betaald

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom was Julius Civilis boos?
A
Omdat hij onterecht beschuldigd werd voor een opstand
B
Hij niet de waardering kreeg die hij wilde
C
Hij diep van binnen nog een Bataaf was
D
Hij geen keizer kon zijn van het Romeinse rijk

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie won de eerste strijd?





Wie won de tweede strijd?





De Bataven
De Romeinen

Slide 19 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vrede?

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebeurde er nadat er vrede was gesloten?
A
De Bataven werden de baas over het Romeinse rijk.
B
De Bataven bleven in dienst van de Romeinen, zoals voor de opstand.
C
De Germanen waren weer onafhankelijk.
D
Het hele Romeinse rijk viel uiteen.

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Romaniseren
De Bataven bleven in dienst van de Romeinen.
Na de opstand romaniseerde de Bataven.
Romaniseren = ideeën en gebruiken overnemen van de Romeinen.
Belangrijk woord voor de toets

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de naam van de leider naar de juiste afbeelding.
Bataven
Romeinen
Julius Caesar
Julius Civilis

Slide 23 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

volgorde van de opstand van de Bataven

1. De Bataven kwamen in opstand en vielen de Romeinen aan.
2. De Bataven wonnen van de Romeinen.
3. Er werden 40.000 extra soldaten gestuurd door de Romeinen.
4. Julius Civilis moest vluchten.
5. Er kwam vrede.


Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zet de gebeurtenissen in de juiste volgorde. Sleep de zin naar het nummer.
1
2.
3.
4.
5.
De Bataven kwamen in opstand en vielen de Romeinen aan.
De Bataven wonnen van de Romeinen.
Er werden 40.000 extra soldaten gestuurd door de Romeinen.
Er is vrede.
Julius Civilis moest vluchten.

Slide 25 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie
Alles is duidelijk
Voor mij is de helft duidelijk
Ik vind het allemaal nog onduidelijk
Het is abracadabra

Slide 26 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Hoe vond je het om alles te herhalen op deze manier?
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Poll

Deze slide heeft geen instructies