objectief - subjectief

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Objectief - Subjectief 

Slide 2 - Tekstslide

Wat is observeren?
A
het bewust worden van de wereld om ons heen
B
het opzettelijk en doelgericht waarnemen

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

objectief - subjectief
Objectief = waarnemen zonder oordeel

Subjectief = waarnemen met een oordeel

Slide 6 - Tekstslide

Vraag 1
Leg in je eigen woorden uit wat het verschil is tussen objectief en subjectief. Noem bij allebei twee voordbeelden

Slide 7 - Open vraag

Antwoord
* Objectief: waarnemen zonder oordeel, gevoel, verklaring of betekenis.
* Subjectief: waarnemen met oordeel, gevoel, verklaring of betekenis.

Slide 8 - Tekstslide

Objectief
Subjectief
Melk bevat calcium.
 Je hebt 1.800 calorieën verbruikt.
Uw excuus is erg wantrouwend voor mij.
Het lijkt erop dat je een geest hebt gezien.
De oogsttijd van de vijgen is herfst.
Bijna 80% van de meer dan 1 miljard rokers in de wereld woont in lage- of middeninkomenslanden.

Slide 9 - Sleepvraag

Geef een objectieve beschrijving van wat je op deze foto ziet

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Tekstslide

Geef een subjectieve beschrijving van wat je op deze foto ziet

Slide 12 - Open vraag

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht: kijk en luister
Filmpje

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Kunnen deze kinderen eerlijk delen?
Geef twee objectieve en twee subjectieve beschrijvingen

Slide 16 - Open vraag

Slide 17 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen
objectief en subjectief?

Slide 18 - Open vraag

Slide 19 - Tekstslide

Afsluiting
Wat vond je van deze les

Slide 20 - Tekstslide

Tot volgende week!
Observeren in de praktijk

Slide 21 - Tekstslide