Week 4: E - bezittelijk voornaamwoord

Guten Tag!
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Guten Tag!

Slide 1 - Tekstslide

Heute:
- kurze Wiederholung der letzten Stunde

-  Das Possessivpronomen

- Üben!

Slide 2 - Tekstslide

Was kennt ihr noch?
Welke regel(s) kan je toepassen bij de Der/ein-Gruppe?

Slide 3 - Tekstslide

__________ (de) Urlaub (m) ist wieder vorbei.

Slide 4 - Open vraag

Ich nehme ____________ (een) Cola (v).

Slide 5 - Open vraag

Monika hat ______________ (een) Haustier (o) bekommen.

Slide 6 - Open vraag

__________ (de) Kinder essen ein Eis.

Slide 7 - Open vraag

Wir haben noch _________ (geen) Essen (o) bekommen.

Slide 8 - Open vraag

Das Possessivpronomen
Meine Mutter spielt Tennis.
Ist das dein Opa?
Sein Fahrrad ist kaputt gegangen.
Bello ist unser Hund.

Was ist das Possessivpronomen auf Niederländisch?

Slide 9 - Tekstslide

Jetzt üben!
Macht Aufgabe 23 auf Seite 156. 
timer
2:00

Slide 10 - Tekstslide

ik - mijn
jij - jouw
hij - zijn
zij - haar

wij - ons/onze
jullie - jullie
zij (mv) - hun
U - uw
ich - 
du - 
er - 
sie -

wir - 
ihr - 
sie (mv) - 
Sie -
?

Slide 11 - Tekstslide




Wanneer wordt het bezittelijk voornaamwoord met een -e geschreven en wanneer zonder?


ich - mein(e)
du - dein(e)
er - sein(e)
sie - ihr(e)

wir - unser(e)
ihr - euer/eure
sie (mv) - ihr(e)
Sie - Ihr(e)

Slide 12 - Tekstslide

Let dus goed op:
der Opa - mein Opa
das Pferd - mein Pferd

die Oma - meine Oma
die Freundinnen - meine Freundinnen

Kijk dus altijd eerst naar het geslacht van het zelfstandig naamwoord!

Slide 13 - Tekstslide

Üben!
Macht Aufgabe 
 15, 16, 17a, 18
auf Seiten 150-153
Fertig? 
Bedenk alvast een zelfstandig naamwoord van de woordenlijst  en een bezittelijk voornaamwoord. 

timer
20:00

Slide 14 - Tekstslide

Wortschatzspiel
Vorm teams van 2 personen. Ieder team heeft een woordenboek N-D en pen en papier.
Zoek in één minuut zoveel mogelijk eten en drinken op van een bepaalde letter. Vul dit in op de volgende slide.

Slide 15 - Tekstslide

Wie viele Wörter könnt ihr finden mit dem Buchstabe O

Slide 16 - Open vraag

Wie viele Wörter könnt ihr finden mit dem Buchstabe P

Slide 17 - Open vraag

Wie viele Wörter könnt ihr finden mit dem Buchstabe H

Slide 18 - Open vraag

Wie viele Wörter könnt ihr finden mit dem Buchstabe E

Slide 19 - Open vraag

Wie viele Wörter könnt ihr finden mit dem Buchstabe T

Slide 20 - Open vraag