HS 8.1-8.2

HS 8.1-8.2 intro en magnetische velden
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

HS 8.1-8.2 intro en magnetische velden

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Permanente magneten

  • Hebben altijd een noordpool en een zuidpool.
  • Kunnen o.a. ijzeren voorwerpen magnetiseren.
  • Hebben een onzichtbaar magnetisch veld om zich heen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Twee tegengestelde polen stoten elkaar af
A
waar
B
onwaar

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Magnetisch veld
  • Een kompasnaald krijgt een bepaalde oriëntatie door het magnetisch veld van een (staaf)magneet. 
  • Door allemaal kompasnaalden om een magneet heen te plaatsen, breng je het magnetisch veld in kaart .

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Magnetisch veld en veldlijnen

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Veldlijnen
  • Binnen de magneet: 
       van zuid naar noord
  • Buiten de magneet: 
       van noord naar zuid
  • Gesloten "loops"
  • Kruisen nooit  

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Magnetische veldsterkte
  • Sterkte van het magneetveld: B
  • "Magnetische inductie" 
  • Eenheid: Tesla 
  • B is een vector: heeft een
       grootte en een richting.
  • Raaklijn aan veldlijn geeft
      richting van B op dat punt.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

B is een kracht
en de magnetische veldlijnen geven de richting van die kracht.
A
waar
B
onwaar

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Veldlijnen
  • Het magneetveld B is geen kracht (kan wel een kracht overdragen).
  • [B] = Tesla (geen Newton).
  • B geeft een bepaalde 
       oriëntatie aan een 
       kompasnaald (of ander 
       magnetische voorwerp).
  • De kompasnaald wordt 
        opgelijnd met het magneetveld.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aardmagnetisch veld 
  • De aarde is een grote magneet.
  • Een kompasnaald wordt opgelijnd met het aardmagnetische veld.
  • En wijst altijd naar de geografische Noordpool. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aardmagnetisch veld 
  • De aarde is een grote magneet.
  • Een kompasnaald wordt opgelijnd langs het aardmagnetische veld.
  • En wijst altijd naar de geografische Noordpool. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aardmagnetisch veld 
Z
N

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Elektromagnetisme
Bewegende lading (bijv. in een stroomdraad) blijkt ook een magneetveld te veroorzaken!
wel stroom
geen stroom

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rechterhandregel 1
Het B veld vormt ringen om de draad heen.


Laat je duim in de richting wijzen van de stroom I, dan krullen je vingers mee met B.

Slide 15 - Tekstslide

zie het balletje.
Richting van het magneetveld
  •  Zie de veldlijnen als pijlen

  • Puntjes: de "voorkant" van de pijlen, dus B wijst naar je toe, het papier uit.

  • Kruisjes: de "achterkant" van de pijlen, dus B wijst het papier in.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Magneetveld om een spoel
Rechterhandregel 2
laat je vingers in de richting van de stroom I om de windingen heen krullen, dan wijst je duim naar de magnetische noordpool.
Een spoel waar stroom doorheen loopt, gedraagt zich als een magneet.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij een draad: Je duim in de richting van de stroom en je vingers geven dan de richting van het magneetveld aan.
Bij een spoel: Je vingers in de richting van de stroom en je duim geeft dan de richting van het magneetveld aan.
Juist! De rechterhandregel

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het magneetveld in Q wijst
A
de tekening in
B
de tekening uit

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij de rechterhandregel voor spoelen wordt de richting van het magneetveld aangegeven met je
A
vingers
B
duim
C
handpalm

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een elektromagneet (spoel) is zo gericht dat het magneetveld recht naar je toe wijst. Wat is de richting van de stroom?
A
met de klok
B
tegen de klok in
C
naar je toe

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de richting van het magneetveld als de stroomrichting van de spoel van de vorige vraag wordt omgekeerd?
A
van je af
B
naar je toe
C
hangt ervan af

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Maken opdracht 1/2, 3-9
4 en 5 zijn basis vragen.
waarbij 7 de uitdagende opgaven is

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Reflectie:
kun je de rechterhandregel goed toepassen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 24 - Poll

Deze slide heeft geen instructies