3V_T6_bs3 _Samenleven

Thema 6 - Ecologie en duurzaamheid
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Thema 6 - Ecologie en duurzaamheid

Slide 1 - Tekstslide

Thema 6 - Ecologie en duurzaamheid
6.1 - Organismen en hun omgeving
6.2 - Voedselrelaties en kringlopen
6.3 - Samenleven
6.4 - Natuurbeheer
6.5 - Mens en milieu
6.6 - Duurzaamheid

Slide 2 - Tekstslide

6.3 - Samenleven

Slide 3 - Tekstslide

Doelen van deze paragraaf
Je kunt uitleggen wat een biologisch evenwicht is
Je kunt uitleggen hoe soorten afhankelijk zijn van elkaar

Slide 4 - Tekstslide

Evenwicht
Populatiegrootte beïnvloed door (a)biotische factoren




Gunstige factoren: groei
Ongunstige factoren: krimp

Slide 5 - Tekstslide

Populatiegrootte
Populaties blijven in balans
Als biotische en/of abiotische
factoren veranderen, verandert
de populatiegrootte mee

biologisch evenwicht -
balans in populatie

Slide 6 - Tekstslide

Optimumkromme

Slide 7 - Tekstslide

Samenleven 
Relaties met soortgenoten:
uit eigen populatie of andere populatie (samenwerking of concurrentie)

Individu tot relatie andere soorten
(bijv. anemoonvis en zeeanemoon)

Slide 8 - Tekstslide

Relaties binnen een populatie
Rangorde - één de baas, minder gevechten
Territorium - eigen gebied met duidelijke 
grenzen

Paarvorming - eenmalig of blijvend

Slide 9 - Tekstslide

Relaties tussen soorten
Soorten leven samen - langdurige relatie tussen organismen van verschillende soorten
= Symbiose

Wie heeft er voordeel van? 
Heeft de ander voordeel, nadeel of geen effect?

Slide 10 - Tekstslide

Mutualisme
+/+
Het samenleven van twee soorten levert beide soorten een voordeel op

vb: Bladluizen/mieren: 
- bladluizen scheiden teveel aan suikers (honingdauw) uit 
- Mieren houden bladluizen schoon en beschermen ze tegen predatoren

Slide 11 - Tekstslide

Commensalisme
+/o
Het samenleven van twee soorten levert één soort een voordeel en heeft op de ander geen effect
vb: zuigvis en haai
- Zuigvis heeft geen energie nodig om te zwemmen én krijgt bescherming (zuigt zich vast aan de haai)
- Haai heeft geen last van deze 'passagier'

Slide 12 - Tekstslide

Parasitisme
+/-
Het samenleven van twee soorten levert een soort een voordeel op, en de ander een nadeel

vb: Teek (parasiet) en hond (gastheer)
- De teek voedt zich met het bloed van de hond
- De hond kan bloedarmoede krijgen en vergrote kans op ziekten, waaronder Z. v. Lyme

Slide 13 - Tekstslide

Vragen

Slide 14 - Tekstslide

Deze symbiose is...
A
Mutualisme
B
Parasitisme
C
Commensalisme

Slide 15 - Quizvraag

Deze symbiose is...
A
Mutualisme
B
Parasitisme
C
Commensalisme

Slide 16 - Quizvraag

Deze symbiose is...
A
Mutualisme
B
Parasitisme
C
Commensalisme

Slide 17 - Quizvraag

Aan het werk
Maken:
6.3: 1 t/m 8
Leren 6.1 t/m 6.3
Begrippen:
Populatiegrootte                   Parasitisme
Biologisch evenwicht          Parasiet
Concurrentie                            Gastheer
Samenwerking
Rangorde
Territorium
Paarvorming
Symbiose
Mutualisme
Commensalisme
Leerdoelen:
Je kunt uitleggen wat een biologisch evenwicht is
Je kunt uitleggen hoe soorten afhankelijk zijn van elkaar

Slide 18 - Tekstslide