HA3 2324

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Herzlich Willkommen

Duits havo 3

Docent: mevrouw J. Feldman :   [e-mail] 

                 aanwezig op maandag t/m donderdag 

Wat heb je nodig tijdens lessen Duits: 

• agenda
• opgeladen laptop 
• boek
• schrift
• schrijfspullen

Afspraken tijdens lessen Duits

• Spullen op de tafel bij binnenkomst. Telefoon in de tas!                                       Drie keer je spullen vergeten/ huiswerk niet op orde? - een extra opdracht mee voor thuis. 
• Eerste 5-10 minuten van de les: lezen / woordjes leren
• Tijdens de uitleg blijft het stil! 
• Elkaar met respect behandelen 
• Klassendeutsch

Jezelf voorstellen

Stel jezelf kort voor in het Duits: leeftijd, woonplaats, hobby's. Vertel in 3 zinnen over je vakantie. 

Noem geen naam! 

De link naar Padlet staat in Som bij de les van vandaag. 

Geen onzin berichten!

Aufgabe 6

1 übrig

2 der Jugendliche

3 schmücken

4 der Laden

5 leihen

6 umtauschen

7 Angebot

8 bremsen

Aufgabe 7

B

1 Die Jungen und Mädchen sind

2 Wir haben uns gefreut

3 Hast du

4 Seid ihr

5 Herr Schulte ist

6 Ich habe gekauft

7 Sind Sie

Aufgabe 8

1 hatte ich

2 es war

3 Paragliding war

4 Ihr hattet

5 Waren Sie

6 hattest du

7: Kevin hatte

8: Wir waren

9: Mein Lieblingsgeschmack Schokolade war

10: hatten Kevin und ich

Aufgabe 9

1 ich hatte

2 ich war

3 das Konzert war

4 war es

5 die Band hatte

6 mein Bruder und ich waren

7 das war

8 unsere Eltern waren

9: hatten wir

10: das Konzert war

Aufgabe 14

1: C

2: A - der Fanboy, B - die Genießerin, C - die Mitguckerin, D - der Angeber, 

E - der Oldschooler, F - die Abbrecherin,

3: A

4: B

5: C en F

Duitsland Quiz

Duitsland is niet ingedeeld in provincies, maar in deelstaten. Hoeveel deelstaten heeft Duitsland?

1. 11
2. 16
3. 20
4. 12

Wat is de hoofdstad van Duitsland?

1. Hamburg
2. Berlijn
3. Frankfurt
4. Keulen

Hoe heet de snelweg in het Duits?

1. Autobahn
2. Schnellweg
3. Fahrbahn
4. Fahrweg

Tekst

Currywurst

Wienerschnitzel

Flammkuchen

Wat is het hoogste cijfer dat je in Duitsland op school kunt halen?

1. 6
2. 10
3. 1
4. 5

Hoe heet deze
Bezienswaardigheid?

1. Brandenburger Tor
2. Fernsehenturm
3. Kölner Dom
4. Berliner Mauer

Hoe zeg je in het Duits: ¨Ik heet .....¨

1. Ich spiele.....
2. Ich bin.....
3. Ich heiße ....
4. Ich mache ......

Welke kleuren zie je op het plaatje?

1. rot-grün- gelb
2. rot - weiß - blau
3. blau - braun - rot
4. lila- weiß - rot

Welke 6 automerken zijn van oorsprong Duits?

In welke landen wordt nog meer Duits gesproken?
(meerdere antwoorden mogelijk)

1. Zwitserland
2. Oostenrijk
3. Noorwegen
4. Finland

Het Okterberfest is …

1. een soort Koniginnedag in heel Duitsland
2. een groot volksfeest in München.
3. een bekende carnavalsoptocht in Keulen
4. een schoolfeest

Hoe zeg je: Ik heb een zus.

1. Ich hebe eine Zus
2. Ich habe eine Cousin
3. Ich habe eine Schwester
4. Ich habe ein Bruder

Hoeveel inwoners telt Duitsland?

1. 83 miljoen
2. 52 miljoen
3. 91 miljoen
4. 17 miljoen