Nederlands Film Festival: Mijn bijzonder rare week met Tess

MIJN BIJZONDER RARE WEEK MET TESS
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsCulturele en kunstzinnige vorming+6BasisschoolGroep 5-8

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Introductie

Door deze les maken de leerlingen kennis met filmeducatie en gaan zij dieper in op hoe de filmmaker het verhaal overbrengt. Film creëert een werkelijkheid. De maker zet allerlei middelen in om onze blik te sturen. Wij zien dus wat de filmmaker wil dat wij zien. In hoeverre is de leerling zich hiervan bewust? Wat doen de filmbeelden met de leerling? Deze bewustwording wordt bereikt door onderzoekend leren. Er zijn dus geen goed-fout opdrachten, wel kijkvragen, klassengesprekken en reflectievragen. Synopsis: Op de eerste vakantiedag op Terschelling ontmoet Sam het eigenaardige meisje Tess. Zij heeft een slim plan om haar onbekende vader te leren kennen, maar heeft daarvoor maar één week de tijd. Sam kan haar helpen. Ook al was hij net bezig met een ‘alleenheidstraining’, het avontuur roept! Deze film gebaseerd op het boek van Anna Woltz won internationaal al heel veel prijzen: van Berlijn en New York tot aan Noorwegen en Rusland toe!

Instructies

Leerdoelen
  • De leerling kan verschillen en overeenkomsten tussen boek en film benoemen. 
  • De leerling leert over hoofdrollen en bijrollen en kan het verschil tussen beide uitleggen.
  • De leerling is zich ervan bewust dat de filmmaker vooraf bepaalt welke locaties  in beeld komen en op welke manier deze het beeld van de kijker kunnen beïnvloeden. 
  • De leerling leert over het effect van een voice-over (vertelstem) in films.
Werkwijze
  • Van de film Mijn bijzonder rare week met Tess (2019, 82 min., Steven Wouterlood) bekijk je met de klas een aantal fragmenten. Hierbij worden vragen gesteld over het narratief (op welke manier de inhoud verteld wordt), de filmische vormgeving en de context. 
  • Deze opdrachten zijn geschikt voor het primair onderwijs (groep 5 t/m 8). De opdrachten kenmerken zich door natuurlijke differentiatie. Dit houdt in dat leerlingen op eigen niveau (onderdelen van) het probleem kunnen oplossen. Bij overleg zal discussie vaak noodzakelijk zijn.
  • Nadat de klas de hele film heeft gezien, kun je nogmaals de vragen uit deze les behandelen. Verschillen de antwoorden?
  • Deze les kan geprint worden, inclusief de notities per dia door op de printknop te drukken rechts bovenin het scherm.
  • Er kan worden gekozen voor verschillende werkvormen: individueel, in groepjes of klassikaal. 
  • De lesduur is exclusief de film, nabespreking of extra lessen. 
NB: Ons advies is om bij deze les niet te werken met 'devices in de klas'. Je kunt dit uitzetten door het vinkje onderin het scherm van de lespresentatie te deactiveren.

Onderdelen in deze les

MIJN BIJZONDER RARE WEEK MET TESS

Slide 1 - Tekstslide

Introductie:

Leerdoelen
  • De leerling kan verschillen en overeenkomsten tussen boek & film benoemen.
  • De leerling leert over hoofdrollen en bijrollen en kan het verschil tussen beide uitleggen.
  • De leerling is zich ervan bewust dat de filmmaker vooraf bepaalt welke locaties in beeld komen en op welke manier deze het beeld van de kijker kunnen beïnvloeden.
  • De leerling leert over het effect van een voice-over in films.
Werkwijze
  • Van de film Mijn bijzonder rare week met Tess (2019, 82 min., Steven Wouterlood) bekijk je met de klas de eerste 13:48 minuten. Hierbij worden vragen gesteld over het narratief (op welke manier de inhoud verteld wordt), de filmische vormgeving en de context.
  • Deze opdrachten zijn geschikt voor het primair onderwijs (groep 5 t/m 8). De opdrachten kenmerken zich door natuurlijke differentiatie. Dit houdt in dat leerlingen op eigen niveau (onderdelen van) het probleem kunnen oplossen. Bij overleg zal discussie vaak noodzakelijk zijn.
  • Nadat de klas de hele film heeft gezien, kun je nogmaals de vragen uit deze les behandelen. Verschillen de antwoorden?
  • Deze les kan geprint worden, inclusief de notities per dia door op de printknop te drukken rechts bovenin het scherm.
  • Er kan worden gekozen voor verschillende werkvormen: individueel, in groepjes of klassikaal. 
  • De lessen kunnen uitgebreid worden. Hier worden tips voor gegeven.
  • De lesduur is exclusief de tijd van de film en nabespreking.
NB: Ons advies is om bij deze les niet te werken met 'devices in de klas'. Je kunt dit uitzetten door het vinkje onderin het scherm van de lespresentatie te deactiveren.
Vraag of opdracht
Extra informatie
Tip
Kijk
Luister

Slide 2 - Tekstslide

Legenda:
Waar staan de iconen voor, hoe werkt deze les? Klik in de volgende dia's op de iconen voor uitleg.
Wie heeft de film gezien? 
Wie heeft het boek Mijn bijzonder rare week met Tess gelezen?
Bekijk de filmposter. Waar denk je dat de film over gaat? 

Slide 3 - Tekstslide

Opdracht 1: Introductie
Vragen vooraf.

Antwoorden:
- Vraag 1, 2, 3: eigen antwoorden.
Je gaat nu naar
fragment 1 kijken >

Slide 4 - Tekstslide

Opdracht 2: Personages

In het begin van een film worden meestal de (belangrijke) personages voorgesteld en wordt duidelijk waar het verhaal zich afspeelt. Bekijk nu het begin van de film Mijn bijzonder rare week met Tess.

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wie is de hoofdpersoon? Of wie zijn de hoofdpersonen? 
Waarom denk je dat? 
hoofdpersoon
Het belangrijkste personage in een verhaal. 
bijrol
Een bijrol is een rol in een film die geen hoofdrol is, maar die wel belangrijk is voor het verhaal. 
personage
Een personage is een verzonnen persoon in een film, toneelstuk of boek. 
Wat is het verschil tussen een hoofdrol en een bijrol? 
Welke bijrollen heb je gezien in het fragment? 

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht 2: Personages
Vragen bij een specifiek fragment.

Antwoorden:
- Vraag 1 en 2: De hoofdpersoon is Sam. Het verhaal begint bij hem en je blijft Sam volgen tijdens zijn vakantie op Terschelling. Je hoort ook een vertelstem in de film, dat is de stem van Sam. Je zou kunnen zeggen dat Tess ook een hoofdpersonage is. Haar rol is de film is heel belangrijk. Sam beleeft samen met haar een bijzonder rare week. 
- Vraag 3: Een hoofdrol is de belangrijkste rol in de film. Een bijrol is ook belangrijk, maar is een kleinere rol. Een bijrol volg je niet de hele tijd en leer je vaak minder goed kennen.
- Vraag 4: Bijvoorbeeld de dokter, de verkoopster bij de viskraam, de ouders van Sam, de broer van Sam, Sil...

Uitleg personage:
Een personage is een verzonnen persoon in een film, toneelstuk of boek. Een personage wordt gespeeld door een acteur of actrice.

Extra informatie hoofdpersoon:
De hoofdpersoon is het belangrijkste personage in een verhaal. Het is degene die we volgen en met wie we meeleven als kijker. De hoofdpersoon beleeft allerlei avonturen tijdens de film en heeft meestal een droom of wens. Aan het einde van de film zie je vaak of deze droom/wens in vervulling is gegaan.

Extra informatie bijrol:
Een bijrol is een rol in een film die geen hoofdrol is, maar die wel belangrijk is voor het verhaal. Een bijrol is dus een kleinere rol dan de hoofdrol.
Hoe zou je Sam omschrijven? 
Hoe zou je Tess omschrijven?
Lijken Sam & Tess op elkaar vind je? 
Verwacht jij dat zij goede vrienden worden? Waarom denk je dat? 

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 2: Personages

- Vraag 1: eigen interpretatie. Suggesties: Sam wil graag leren alleen zijn, is rustig (vergeleken met Tess), is nieuwsgierig (stelt veel vragen, wil ook leren salsa dansen)...
- Vraag 2: eigen interpretatie. Suggesties: Tess draagt opvallende kleren, is enthousiast, is niet verlegen, heeft veel energie, vindt heel veel dingen leuk om te leren...
- Vraag 3: eigen interpretatie. Suggestie: Sam en Tess lijken niet erg op elkaar. Sam is bezig met alleen zijn, terwijl Tess juist samen met iemand wil leren salsa dansen. Tess valt op en neemt de leiding. Zij bedenkt wat zij en Sam gaan doen. Sam is iets rustiger, maar enthousiast om nieuwe dingen uit te proberen. Juist omdat Tess en Sam allebei anders zijn, beleven zij een bijzonder rare – en vooral absoluut geen saaie - week.
- Vraag 4: eigen interpretatie. 
locatie
Een plaats, buiten de filmstudio, waar een film (of een deel van de film) wordt opgenomen. 
De acteurs mochten van de filmmakers niet in de zon zitten als zij voor die dag klaar waren met filmen. Waarom was dat denk je? 
Films worden soms binnen in een studio opgenomen, maar soms ook buiten. Wat is er denk je lastig aan het opnemen van een film buiten? Wat is er anders dan filmen binnen?

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht 3: Filmen op een eiland

Mijn bijzonder rare week met Tess is in de zomer opgenomen op een eiland (Terschelling). 

Antwoorden: 
- Vraag 1: De filmmakers wilden niet dat de acteurs bruin zouden worden door de zon. Filmmakers nemen de film namelijk meestal niet in dezelfde volgorde op, als die jij ziet in de uiteindelijke film. Dit betekent het begin van de film dus niet altijd als eerste wordt opgenomen. Als de acteurs bruin zouden worden door de zon, zou het er gek uitzien als ze in het begin van de film wel een bruin gezicht hebben en later ineens niet meer.
- Vraag 2: Je kunt buiten niet alles van tevoren plannen. Het kan ineens gaan waaien of regenen, het wordt op een gegeven moment donker en buiten zou het zomaar kunnen dat er andere mensen langs lopen. In een studio kunnen filmmakers veel meer plannen.

Uitleg locatie:
Een plaats, buiten de filmstudio, waar een film (of een deel van de film) wordt opgenomen.
Je gaat nu naar
fragment 2 kijken >

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 4: Geluid
Beluister de eerste minuut van de film, met je ogen dicht.
0

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welke geluiden hoor je? Hoe kun je aan alleen de geluiden horen waar Sam is? 
geluid
Er zijn verschillende soorten geluid. Sommige geluiden worden tijdens het filmen opgenomen en andere geluiden worden pas na het filmen aan de filmbeelden toegevoegd. 

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht 4: Geluid
Vragen bij een specifiek fragment.

Antwoorden:  
- Vraag 1: Je hoort strandgeluiden, waaronder meeuwen, de zee en een vlieger in de wind.

Uitleg geluid:
Geluid is heel belangrijk voor een film. Er zijn verschillende soorten geluid. Sommige geluiden worden tijdens het filmen opgenomen (bijvoorbeeld gesprekken (tussen acteurs), omgevingsgeluiden (vogels) en geluiden van acties (het trappen tegen een voetbal)). Hiernaast zijn er geluiden die pas na het filmen aan de filmbeelden worden toegevoegd (filmmuziek en geluidseffecten).
Heb je alle geluiden herkend?  
voice-over
Een voice-over is een vertelstem in een film.
Wiens stem hoor je? 
Je ziet Sam niet praten. Hoe weet je dat het zijn stem is? 
Wat kan met een voice-over (vertelstem) wel, wat in het echt niet kan? 

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht 4: Geluid

Antwoorden: 
- Vraag 1: eigen antwoord.
- Vraag 2: De stem van Sam.
- Vraag 3: Je hoort de gedachtes van Sam, terwijl je Sam in beeld ziet. Je ziet Sam niet praten, maar je weet dat het over hem gaat, omdat hij als enige personage in beeld is. Later hoor je de stem van Sam als hij met zijn familie praat en herken je zijn stem.
- Vraag 4: In de film hoor je wat Sam denkt, zonder dat hij praat. Zo kom je meer te weten over hem. In het echt kun je niet horen wat iemand denkt.

Uitleg voice-over (vertelstem):
Een voice-over is een vertelstem in een film. Het is de stem van iemand die je niet in beeld ziet praten. De vertelstem vertelt de kijker wat er gebeurt, gaat gebeuren of waar hij of zij aan denkt. De voice-over is eigenlijk een verteller die het verhaal aan elkaar praat.
boekverfilming
Je noemt een film een boekverfilming als de film is gemaakt op basis van een bestaand boek.
Wat is een boekverfilming?
Wie heeft wel eens een (Nederlandse) boekverfilming gezien? Welke?
Heb je ook het boek gelezen?
Wat kan wel in een boek en niet in een film?
Wat kan er wel in een film en niet in een boek?
Wist je dat?
In de film speelt het verhaal zich af op Terschelling. In het boek speelt het verhaal zich af op Texel.

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht 5: Boekverfilming

Antwoorden:
- Vraag 1: Je noemt een film een boekverfilming als de film is gemaakt op basis van een bestaand boek.
- Vraag 2 en 3: eigen interpretatie.
- Vraag 4 en 5: Laten zien in plaats van vertellen, dat is kort gezegd het grote verschil tussen een boek en een film. In plaats van het beschrijven van de omgeving en mensen kan je dit in een film allemaal laten zien. Een ander verschil heeft te maken met tijd. Over het lezen van een boek kun je soms weken doen. Een film duurt niet veel langer dan anderhalf uur. Als je van een boek een film gaat maken, moet het verhaal dus zo worden herschreven, dat het past binnen anderhalf uur.

Uitleg boekverfilming:
Je noemt een film een boekverfilming als de film is gemaakt op basis van een bestaand boek.
Wat vond je van de film? Waarom vond je dat? 
Had je het einde verwacht? 
Welk deel van de film is jou het meest bijgebleven? Waarom?
Vervolgsuggesties voor na het kijken van de film

Slide 14 - Tekstslide

Vervolgsuggestie:

Kijk de hele film. De vragen uit deze les kunnen ook na het kijken van de gehele film beantwoord worden. De leerlingen kunnen dan met elkaar in gesprek of hun antwoorden aangepast moesten worden of niet en door welke informatie dit nodig was (narratief, filmische vormgeving of context).

Deze film is geselecteerd voor het educatieprogramma van het Nederlands Film Festival. Klik hier voor meer informatie.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies