Meervoudsvormen

Lesplanning

Lesdoel
Wat weet je al?
Nieuwe lesstof (aantekeningen maken)
Zelfstandig werken
Einde van de les
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Lesplanning

Lesdoel
Wat weet je al?
Nieuwe lesstof (aantekeningen maken)
Zelfstandig werken
Einde van de les

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel(en)
Aan het eind van deze les kun je:
  • De juiste meervoudsvorm gebruiken;
  • De theorie toepassen tijdens de opdrachten.

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je al?

'Het wiel'
Tweetallen
Draai aan het rad - schrijf het antwoord op in je schrift
7 minuten
Weet je het niet? Sla het over

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Hoe zat het ook alweer?
Er bestaan verschillende meervoudsvormen.

Het ligt aan de laatste letter(s) van een woord welke meervoudsvorm je gebruikt.

Slide 5 - Tekstslide

Een overzicht
  • Meestal krijg je -en of -s in het meervoud
bord - borden                     tafel - tafels
  • Soms moet je een klinker weghalen 
vraag - vragen                   
  • Soms moet je een medeklinker toevoegen
blik - blikken 
  • Een 'f' wordt vaak een 'v'
golf - golven
  • Een 's' wordt vaak een 'z'
buis - buizen

Slide 6 - Tekstslide

Een overzicht
  • Als het woord eindigt op 'ee', schrijf je ën erachter
zee - zeeën  
  • Andere manier van spellen
schip - schepen
  • Alleen enkelvoud
sla, rijst, muziek
  • Alleen meervoud
kleren, hersenen
  • Twee manieren spellen
musea/museums                  vitaminen/vitamines 

Slide 7 - Tekstslide

Wat ga je doen?
Maak opdr. 5 en 6 op blz. 147/148
Zelfstandig
Stilte (oortjes toegestaan)
Vragen? Steek je vinger op
Klaar? Lees 'verkleinwoord' op blz. 148/149
              Maak opdr. 7

Slide 8 - Tekstslide

Opdrachten maken
Maak opdracht  1 t/m 11 van les 52, blz. 108.


Slide 9 - Tekstslide

Noem een
meervoudsvorm

Slide 10 - Woordweb