verzorgingsstaat 2: wat is een verzorgingsstaat deel 1: vwo 4

De verzorgingsstaat 2
vwo 4
Docent: J. Sibbald
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 9 videos.

Onderdelen in deze les

De verzorgingsstaat 2
vwo 4
Docent: J. Sibbald

Slide 1 - Tekstslide

vakbegrippen
  • verzorgingsstaat
  • welvaart
  • welzijn
  • solidariteitsgedachten
  • collectief belang
  • free-riders
  • collectieve goederen
  • verzorgen


  • verzekeren
  • verheffen
  • verbinden
  • sociaal zekerheidsstelsel
  • sociale grondrechten
  • Rechten en plichten
  • planeconomie
  • vrijemarkteconomie




Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Wat is waar?
A
Nederland is steeds meer naar rechts geschoven
B
Gelijkheid is de belangrijkste waarde voor dit kabinet
C
Nederland is geen verzorgingsstaat
D
Je ziet een duidelijke invloed van de SP

Slide 4 - Quizvraag

Om de verzorgingsstaat te begrijpen moet je een aantal begrippen weten:

Slide 5 - Tekstslide

sleep de rode blokjes naar het juiste antwoord
verzorgingsstaat
welvaart
welzijn
De overheid bemoeit zich actief met de welvaart en het welzijn van haar inwoners
De mate waarin mensen over voldoende middelen beschikken om hun behoeften te vervullen.
De mate waarin mensen tevreden zijn over hun lichamelijke en geestelijke gezondheid.

Slide 6 - Sleepvraag

Slide 7 - Video

solidariteitsgedachten
Als er bereidheid is in een groep of samenleving om risico’s met elkaar te delen.

Slide 8 - Tekstslide

We hebben het ook al gehad over sociale cohesie. Wat is het verband tussen sociale cohesie en solidariteit?

Slide 9 - Open vraag

collectief
Bij een verzorgingsstaat heb je een collectief (gezamenlijk) belang:

Je maakt gebruik van gezamenlijke voorzieningen (collectieve goederen).

Als je iets overkomt ben je verzekerd.

Collectieve voorzieningen kunnen ook leiden tot bewust passief gedrag. In dit geval spreken we van zogenaamde ‘free riders’.

Slide 10 - Tekstslide

We hebben het al gehad over Adam Smith. Wat was zijn uitgangspunt?

Slide 11 - Open vraag

Collectiefbelang Adam Smith
Smith erkende echter ook dat sommige collectieve inspanningen volgens dit principe niet tot stand kunnen komen omdat soms de individuele winst nooit groter is dan de individuele kosten. Het in stand houden van een leger is daarvan een voorbeeld. Er is daarom een staat nodig die belasting heft om dit soort zaken in stand te houden.

Slide 12 - Tekstslide

Free-riders volgens Olson
Olson vertrok vanuit de theorie van Smith en concludeerde dat als iedereen zijn eigen belang nastreeft dan komen publieke goederen niet tot stand. 

Slide 13 - Tekstslide

Het idee van free riders kan leiden tot bepaald beleid. Geef hiervan een voorbeeld.

Slide 14 - Open vraag

Functies van de Verzorgingsstaat
1- Verzorgen    -> kwetsbaren en zieke mensen helpen.
2- Verzekeren -> mensen helpen die in problemen zitten.
3- Verheffen -> kansen bieden voor mensen.
4- Verbinden -> door de verzorgingsstaat meer verbondenheid

Verschil tussen verzorgen en verzekeren: eenzijdig en tweezijdig!

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Socialezeker-heidsstelsel
Verzekert mensen van een inkomen bij werkloosheid, ziekte, ouderdom of arbeidsongeschiktheid.

Slide 17 - Tekstslide

Nederland is een sociale rechtsstaat. Dit betekent dat burgers sociale grondrechten hebben, zoals:
voldoende werkgelegenheid (art. 19).
bestaanszekerheid en spreiding van welvaart (art. 20).
volksgezondheid (art. 21).
voldoende woongelegenheid (art. 22).
goed onderwijs (art. 23).

Slide 18 - Tekstslide

We hebben het de vorige periode gehad over de grondwet. De grondrechten op de vorige pagina zijn voorbeelden van:
A
klassieke grondrechten
B
sociale grondrechten

Slide 19 - Quizvraag

Bij sociale grondrechten horen ook plichten. Denk aan:

sollicitatieplicht.
het betalen van 
belasting en premies.
leerplicht.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video

Planeconomie: 
Gebaseerd op gelijkheid.
Communistische staatsopvatting: de staat neemt de totale verzorging van zijn burgers op zich.
In praktijk vaak mislukt (Bijv. Sovjet Unie en China).

Slide 23 - Tekstslide

De economie van China


Door het communisme had China lang een Plan- economie. 

Slide 24 - Tekstslide

vrijemarkteconomie
Tegenover de planeconomie staat de vrijemarkteconomie die zich kenmerkt door:
de waarde vrijheid.
een passieve overheid.
particuliere verzekeringen.
‘risico van het delen’ in plaats van ‘delen van het risico’.
hoge zorgkosten en kosten voor goed onderwijs.

Sluit aan bij het kapitalisme

Slide 25 - Tekstslide

Dit model past het beste bij het gedachtengoed van
A
Marx
B
Smith

Slide 26 - Quizvraag

Slide 27 - Video

Het kapitalisme past het beste bij een
A
vrijemarkt economie
B
plan economie

Slide 28 - Quizvraag

Harmonieuze samenwerking
gespreide verant-woordelijkheid
Rentmeesterschap
actieve rol voor de overheid
Kapitalisme met een menselijk gezicht
Sociaal-economische               gelijkheid
economische vrijheid
politieke vrijheid

principe van de rechtsstaat
rationalistisch individualisme
LIBERALISME
SOCIALISME
CONFESSIONALISME

Slide 29 - Sleepvraag

Planeconomie is...
A
Economie op basis van vraag en aanbod
B
Plan van de economie die de overheid opstelt.
C
Economie met veel reglementen
D
Economie waarin er een overvloed aan producten is.

Slide 30 - Quizvraag

vakbegrippen
  • verzorgingsstaat
  • welvaart
  • welzijn
  • solidariteitsgedachten
  • collectief belang
  • free-riders
  • collectieve goederen
  • verzorgen


  • verzekeren
  • verheffen
  • verbinden
  • sociaal zekerheidsstelsel
  • sociale grondrechten
  • Rechten en plichten
  • planeconomie
  • vrijemarkteconomie




Slide 31 - Tekstslide

Je mag kiezen uit de volgende twee opdrachten
-Waar kan ik heen (groepswerk)
-gratis geld (individueel)

Slide 32 - Tekstslide

leerdoelen bij beide opdrachten
  • Je kan de functies van de verzorgingsstaat op een correcte manier  toepassen in een analyse.
  • Je kan een onderbouwt oordeel geven over het onderwerp van de door jullie gekozen opdracht. 

Slide 33 - Tekstslide

Waar kan ik heen???

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Video

Slide 36 - Video

Opdracht 
Kies uit elk type verzorgingsstaat minimaal één land.  In totaal kies je 3 landen. Vergelijk deze drie landen met elkaar op basis van de functies die verzorgingsstaten hebben. Je kunt ervoor kiezen de operationalisatie van de functie over te nemen (bijvoorbeeld: welvaart: vergelijk het bnp van drie landen met elkaar)  van de slide of als je er aan toe bent zelf een operationalisatie te bedenken (op wat voor manier zou je nog meer kunnen beoordelen hoe hoog de welvaart in een land is?).
Welk land komt volgens jou het beste uit je onderzoek? 

Je gaat een korte presentatie geven (maximaal 5 minuten), waar in je jullie keus promoot!

Slide 37 - Tekstslide

Beoordeling
De beoordelingscriteria zijn te vinden in teams bij opdrachten

Slide 38 - Tekstslide

gratis geld

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Video

Slide 41 - Link

Schrijf een vlammend betoog voor of tegen het basisinkomen!

Slide 42 - Tekstslide

Wat moet erin zitten?:
  • Welke van de vier functies van de verzorgingsstaat kunnen worden vervuld met het basisinkomen? Leg per functie met een voorbeeld uit waarom.
  • Gebruik actualiteiten om jouw punt te versterken. Waar zou een basisinkomen in onze huidige maatschappij kunnen helpen en waar niet?

Slide 43 - Tekstslide

beoordeling
Verdere beoordelingscriteria zijn in te zien op teams bij opdrachten. 

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Tekstslide