presentatie ethische dilemma's
1 / 25
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Het zijn op één na allemaal mannen. Deze instrumenten veranderen ons gedrag en daarmee veranderen ze ook onze maatschappij. Steward Brand zijn beroemde uitspraak was 'je kunt proberen het hoofd van mensen te veranderen, maar wat je wel kunt doen, is de instrumenten veranderen die ze gebruiken. Doe het en je zult de beschaving veranderen. Maar doordat het alleen maar mannen zijn is de vraag of dit wel een gerechtvaardigde verandering is. Deze instrumenten zijn ontworpen om sociale situaties weg te automatiseren. Het scherm als vervanger voor het sociale systeem.
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
We zitten steeds meer achter een scherm en de technologie laat het steeds meer toe dat we, door inzet van data, rekenkracht en biosensoren de mens kunnen uittekenen. Hierdoor zijn behaalde successen in het verleden bepalend voor de toekomst. Daar zorgen kunstmatige intelligentie, filterbubbels, algoritmes en andere aandachtstrekkers wel voor. Maar is dat wat wij als mensheid willen?
Slide 5 - Tekstslide
Vrijheid van didactisch en pedagogisch handelen, keuze leermateriaal en manier/moment waarop hij toetst (professionele autonomie).
Relatie met de student waarbij betekenisvol contact wordt gelegd.
Inclusiviteit en gelijkheid waarbij iedere student gelijke kansen heeft dankzij de technologie achter de schermen.
Veiligheid van zowel docent als student binnen de organisatie.
Verantwoordelijkheid van de student/docent om de schermtijd te bewaken.
Vertrouwen van student en docent om de schermen op de juiste momenten in te zetten.
Welzijn van de student in de persoonlijke ontwikkeling en bijhorende identiteit.
Gezondheid van de student. Dit betreft zowel de mentale als fysieke gesteldheid.
Duurzaamheid van materialen voor een betere wereld waarin de student functioneert.
Slide 6 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 7 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 8 - Tekstslide
Schermen kun je niet verbieden, omdat het zo is opgenomen in de maatschappij. Dus je moet het wel omarmen. Maar je moet de student ook bewust maken van het sociale leercomponent. En ook van de gevolgen op het gebied van te veel schermtijd voor de gezondheid, vrijheid en de relatie met de medemens.
Slide 9 - Tekstslide
Een jong kind leert niet om zich staande te houden in de maatschappij door het achter een scherm te zetten. Hij dient de interactie op te zoeken. Hierdoor worden alle zintuigen geprikkeld en kan men optimaal ontwikkelen.
Slide 10 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 11 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 12 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 13 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 14 - Tekstslide
Bedenk wanneer en waarvoor je de student een beeldscherm wil laten gebruiken.
Maak duidelijke afspraken over de toepassing van schermen in de les. Wanneer wil je dat deze wel worden toegepast en wanneer deze weg moet. Geef duidelijk aan dat niet gerelateerde (sociale) media niet is toegestaan in de les, omdat dit het leerproces stagneert. Geef desgewenst een pauze om de student naar niet gerelateerde (sociale) media te gaan.
Zet het scherm in om het leerproces te bevorderen.
Zorg voor een goede afwisseling schermtijd en interactie docent-student en student-student.
Geef een toelichting over de werking van het brein, de mythes die er zijn op het gebied van multitasten en het leren leren.
Slide 15 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 16 - Tekstslide
In 1976 schreef Guido Belcampo 'de dingen de baas', een geweldig verhaal waarin de dingen in opstand kwamen tegen de mensen. De meubels zijn het zat en verlaten de huizen, met in hun kielzog de lakens en de kleding. De mensen blijven naakt achter. Zie je het al voor je? Een wereld waarin dingen een persoonlijkheid hebben?
Slide 17 - Tekstslide
Bijvoorbeeld. Het is zeker geen gekke gedachte. Dingen zijn namelijk steeds vaker online en daarmee ontstaan nieuwe mogelijkheden voor interactie. Mensen praten tegen hun slimme speaker. Tandenborstels houden in de gaten of je goed poetst.
Slide 18 - Tekstslide
Straks heb je misschien wel een koelkast die zich bemoeit met je alcoholgebruik. 'Alweer een biertje, Machiel?'.
En als zo'n koelkast dan vol met kunstmatige intelligentie zit en je van goedbedoelde adviezen voorziet, zou je dan ook kwaad kunnen worden op je koelkast? Ik denk het wel. Ik verhef nu al regelmatig mijn stem wanneer het navigatiesysteem in mijn auto mij niet verstaat.
Slide 19 - Tekstslide
Tegelijkertijd zie je ook een ontwikkeling waarbij mensen steeds vaker worden aangestuurd door algoritmes. Bijvoorbeeld een magazijnmedewerker van Amazon die gedachteloos zijn slimme armband achterna loopt. Of wat dacht je van een Uberchauffeur die een opdracht krijgt van zijn app, iemand oppikt, de navigatiepijl op zijn app volgt (echt de weg kent hij niet) en de passagier ergens naartoe brengt. Daarna krijgt hij een review van de klant en tips van de app om een hogere score te krijgen. De uberchauffeur en amazonmedewerker gehoorzamen. Ze hebben geen keuze. Terugpraten kan niet. Ze zijn slechts vlees, aangedreven door een algoritme.
Slide 20 - Tekstslide
En zo bewegen we langzaam naar een wereld waarin dingen steeds meer 'een persoonlijkheid' krijgen en mensen steeds minder. De dingen de baas!
Slide 21 - Tekstslide
In het HBO staan we nu voor de keuze of we ook de student gaan volgen op basis van de beschikbare data en ons hierdoor laten leiden in de begeleiding. Is dit verantwoord?
Slide 22 - Tekstslide
Vrijheid van didactisch en pedagogisch handelen, keuze leermateriaal en manier/moment waarop hij toetst (professionele autonomie).
Relatie met de student waarbij betekenisvol contact wordt gelegd.
Inclusiviteit waarbij iedere student gelijke kansen heeft.
Veiligheid van zowel docent als student binnen de organisatie.
Verantwoordelijkheid van de docent om de student te laten slagen.
Authenticiteit van onderwijs.
Eerlijkheid dat data geen discriminatie vertonen.
Vertrouwen op het systeem in plaats van de persoon.
Slide 23 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 24 - Tekstslide
ARGUMENTEN VOOR DATA
- Data bieden gelijke kansen en inclusiviteit om overal en altijd deel te nemen aan het onderwijs, halen drempels weg (Faber & Visscher, 2016; Molenaar, Van Campen, & Van Gorp, 2016).
- Data kunnen het vertrouwen en het welzijn van de student bevorderen.
-Data vergroten de slagingskansen van de student en dus ook de kansen op de arbeidsmarkt.
- Het gebruik van data bevordert de effectiviteit van de Pabo, omdat het gerichter kan inspelen op wat de student nodig heeft.
- De docent kan op basis van de data zijn/haar studenten tijdig adviseren. Hierdoor heeft de student meer vrijheid om te bepalen wat goed voor hem is.
- Docent kan op basis van data beter inspelen op het welzijn van de student.
- De Pabo kan hierdoor uitval voorkomen en zorgt voor meer welvaart.
ARGUMENTEN TEGEN DATA
- Niet alle studenten hebben beschikking over goede devices, wifi en omgeving (Sociaal en Cultureel Planbureau, 2016).
- De autonomie van de docent en student komt onder druk te staan doordat data leidend zijn in het leerproces.
-De veiligheid van de data kan niet worden gegarandeerd voor de toekomst (Van Dijck, Poell, & De Waal, 2016).
- De vrijheid van de student wordt ingeperkt wanneer de leerroute door data wordt bepaald.
- Wanneer de Pabo steeds voor de student bepaalt zal de eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid afnemen.
- Wanneer de docent zich laat sturen door data bestaat de kans dat hij niet een eerlijk beeld heeft van de student. Alleen resultaten uit het verleden worden hierin opgenomen.
Slide 25 - Tekstslide
Data zorgen ervoor dat we de leerroute zonder leerkuilen kunnen uitrollen voor de student, maar ook dat de student hierdoor moet inboeten op zijn autonomie en vrijheid.
De data verrijken het didactisch handelen van de docent waardoor hij/zij gepersonaliseerd kan lesgeven. Daarnaast vergroot het gebruik van data de mogelijkheid om studenten mee te laten doen en gemotiveerd te blijven.
Belangrijke factor is de relatie. Het is belangrijk dat de docent in contact blijft met de student, maar ook de student onderling contacten laat leggen.
Gezien de instelling ook een maatschappelijke functie heeft zal ook de publiekelijke rol in iedere cursus meegenomen moeten worden.
Ook zal de instelling meer moeten inspelen op de data die al aanwezig zijn. Van cijfers tot het LMS dat heel wat data heeft. Met cloudcomputers, een goede dataset en een groot netwerk is het mogelijk adaptief te handelen en op die manier de student optimaal te begeleiden.
