Geschied. H5 - Par. 1 tm 5 meerkeuzevragen

• Geschiedenis
• Voortgezet speciaal onderwijs

Nodig:

Geschiedenis handboek Hoofdstuk 5 -

Paragraaf 1 t/m 5 -

(Blz. 96 - 109).

1. (blz. 96) In welk jaar veroverden de Engelsen het rijk van de Indiërs?

1. 1848
2. 1849
3. 1850
4. 1851

2. (blz. 96) Hoe heet de periode NA 1800?

1. Engelse tijd
2. Moderne tijd
3. Verleden tijd
4. Stoommachine-tijd

3 (blz. 98) Welk land werd tijdens Het Congres van Wenen vooral verdeeld?

1. Rusland
2. Verenigd Koninkrijk
3. Duitsland
4. Frankrijk

4. (blz. 99) Wie greep de macht in 1799 in Frankrijk?

1. Lodewijk XVI
2. Lodewijk XVIII
3. Napoleon
4. Koning van Pruisen

5. (blz. 99) Waarom waren er "Bufferstaten" geregeld tijdens Het Congres van Wenen?

1. Om de macht van Frankrijk te beteugelen.
2. Om de macht van Napoleon in te dammen.
3. Om Frankrijk meer macht te geven.
4. Om Rusland alle macht te geven.

6. Welke afspraak was wel gemaakt tijdens Congres van Wenen.

1. Europese landen hielpen elkaar met Amerika aan te vallen.
2. Europese landen hielpen elkaar met Napoleon te verbannen.
3. Europese landen hielpen elkaar als er revoluties uitbreken.
4. Europese landen hielpen elkaar om alle koningen af te zetten.

7. Wat betekent "Imperialisme" eigenlijk?

1. Het willen hebben van een eigen grondwet.
2. Het willen hebben van een eigen landje.
3. Het willen hebben van een groot wereldrijk.
4. Het willen hebben van een eigen vorst.

8. Van welk idee gaat "Nationalisme" voornamelijk uit?

1. Eigen vorst en eigen grondwet.
2. Eigen geschiedenis, taal en cultuur.
3. Eigen wereldrijk.
4. Eigen geld.

9. Wat hield de "Restauratie" in na 1815 en na het Congres van Wenen?

1. Het herstel van de landsgrenzen.
2. Het herstel van de macht van oude landhuizen.
3. Napoleon weer aan de macht brengen na zijn ontsnapping.
4. Het herstel van de macht van oude vorstenhuizen.

10. Hoe werd Nederland sterker gemaakt als Bufferstaat?

1. Nederland kreeg een deel van Engeland erbij.
2. Nederland kreeg Pruisen erbij.
3. Nederland kreeg België en Luxemburg erbij.
4. Nederland kreeg alle wapens van Napoleon.

11. In welke jaren speelde het Congres van Wenen zich af?

1. 1813 t/m 1815
2. 1914 en 1915
3. 1814 en 1815
4. 1870 t/m 1914

12. Waarom kwam België in opstand tegen Nederland in 1830 ?

1. België wilde n een eigen staat hebben.
2. België wilde niet bij Nederland horen.
3. België wilde Napoleon terug hebben als leider.
4. België wilde alleen nog maar Duits praten.

13. In welk jaar werd België definitief onafhankelijk?

1. 1830
2. 1831
3. 1 839
4. 1840

14. Waarom hielpen andere landen Willem I niet tijdens de "Belgische opstand"?

1. Ze hadden het te druk met revoluties in hun eigen land.
2. Ze waren bezig met het veroveren van Amerika.
3. Ze waren voor de Belgen.
4. Ze hadden het geld nodig om sociale wetten te kunnen betalen in hun land.

15. Op bladzijde 103 heeft een cartoonist Groot-Brittannië als octopus getekend. Waarom?

1. Omdat Gr. Brit. heel Europa in zijn macht had.
2. Omdat Gr.Brit. een enorm wereldrijk bij elkaar had veroverd.
3. Omdat Gr. Brit. de Fransen tegen de Pruisen wilde uitspelen.
4. Omdat Gr. Brit. ook Amerika had veroverd.

16. Welke titel kreeg Victoria toen Brits-Indie uitgeroepen was?

1. Koningin Victoria.
2. Tsarin Victoria.
3. Gouverneur-Generaal Victoria.
4. Keizerin Victoria.

17. Hoe wilden Europese landen de inheemse bevolking van kolonies "beschaven"?

1. Door scholen te bouwen.
2. Door les te geven over de Europese geschiedenis.
3. Door een bepaald geloof op te dringen.
4. A + B + C zijn allemaal goed.

18. Hoe heet de periode tussen 1870 - 1900?

1. Modern Nationalisme
2. Modern Imperialisme
3. Modern Absolutisme
4. Moderne Superioritijd

19. Wat is een belangrijke oorzaak van Modern Imperialisme?

1. Een Europees land kon toen veel grondstoffen brengen naar de kolonies.
2. Een kolonie kon veel wapens maken om tegen de Europeanen te gebruiken.
3. Er waren nieuwe technologieën , fabrieken en modernere schepen.
4. Europese landen hadden geen last meer van revolutionaire mensen.

20. Welk geloof verspreidde het Verenigd Koninkrijk in haar kolonies?

1. Christendom
2. Katholicisme
3. Jodendom
4. Het geloof van de inheemse bevolking.

21. Wat werd in de 19e eeuw bedoeld met een "afzetgebied"?

1. Een land dat zijn vorst afzette.
2. Een kolonie waar een Europees land spullen kon verkopen aan de bevolking.
3. Een Europese kolonie dat spullen verkocht aan Afrikaanse vorsten.
4. Een kolonie die werd terug gegeven aan de inheemse bevolking.

22. Waarom werd er begin 19e eeuw vooral in de kustgebieden van Afrikaanse/Aziatische landen gehandeld?

1. Vanwege vulkaanuitbarstingen in de binnenlanden.
2. Afrikaanse en Aziatische vorsten hielden Europeanen toen nog tegen.
3. Afrika en Azië waren nog niet geheel ontdekt.
4. Er woonden toen geen mensen in de binnenlanden.

23. Waarom werden er in de 19e eeuw expedities uitgevoerd naar/door Afrika?

1. Om het geloof te verkondigen.
2. Om alle binnenlandse vorsten te verslaan.
3. Om betere infrastructuur te maken.
4. Om de binnenlanden in kaart te brengen.

24. Wat is WEL waar als je het over de Engelse expedities in Afrika hebt?

1. Ze ontdekten, dat Afrika al een bloeiende handel had.
2. Ze ontdekten dat Afrika al helemaal Christelijk was.
3. Ze ontdekten, dat er helemaal geen vorsten waren.
4. Ze ontdekten, dat de mensen erg graag wilden, dat de Engelsen kwamen.

26. Hoe probeerden Europese landen eerst stukken van Afrika te bemachtigen?

1. Door expedities uit te voeren.
2. Door Afrika mee te laten vergaderen tijdens het Congres van Berlijn.
3. Door contracten af te sluiten met Afrikaanse vorsten .
4. Door de Afrikanen zelf te laten bepalen waar de grenzen werden getrokken.

27. Wie waren er aanwezig op de Conferentie van Berlijn in 1884-1885?

1. Verenigde Staten en Afrikaanse landen.
2. Alleen Pruisen, Frankrijk en Engeland.
3. Alleen Verenigde Staten, Pruisen, Engeland en Frankrijk.
4. Belangrijkste Europese landen + Verenigde Staten.

28. Welke belangrijke Europese leider organiseerde de Conferentie van Berlijn?

1. Victoria van Engeland.
2. Bismarck (Duitsland)
3. Willem III (Nederlanden)
4. De leider van Amerika.

29. Tot wanneer duurde "De wedloop om Afrika"?

1. Tot de Tweede Wereldoorlog (1939).
2. Tot de Conferentie van Berlijn (1885) was afgelopen.
3. Tot 1914, het begin van de Eerste Wereldoorlog.
4. Tot 1900, toen er wat meer sociale wetten kwamen.

30. In hoeveel jaar ongeveer is Afrika verdeeld door Europese landen?

1. Ongeveer 10 jaar.
2. Ongeveer 25 jaar.
3. Ongeveer 50 jaar.
4. Ongeveer 100 jaar.

31. Welk Europees land had niet/nauwelijks Afrikaans land weten te bemachtigen?

1. Nederland
2. Belgie
3. Verenigd Koninkrijk
4. Frankrijk

32. Waarom werden er Europese "zendelingen" op pad gestuurd naar Afrika in de 19e eeuw

1. Om wapens te verkopen aan de inheemse bevolking.
2. Om grondstoffen te kopen van Afrikaanse vorsten.
3. Om het Christendom te verkondigen.
4. Om fabrieken te bouwen in Afrikaanse binnenlanden.

33. Wie stond aan het hoofd van 't bestuur in Nederlands-Indie?

1. Een Soesoehoenan (= Heer der heren)
2. Een Indische Gouverneur-Generaal
3. Een Nederlandse Resident
4. Een Nederlandse Gouverneur-Generaal

34. Waarom werd het KNIL naar het eiland Lombok gestuurd in 1894?

1. Om het onder Nederlands bestuur te brengen.
2. Om de inheemse vorsten te helpen.
3. Om zendelingen te beschermen.
4. Om scholen te bouwen.

35. Hoe kwam een groot deel van Indonesië in 1799 in het bezit van de Nederlandse regering?

1. Omdat Koningin Victoria het niet meer wilde hebben.
2. Omdat de VOC failliet ging.
3. Omdat toen Napoleon verslagen werd, die het in bezit had.
4. Omdat de Indische vorsten hun land aan Nederland verkochten voor gunsten.

36. Nederlands-Indie werd bestuurd door een "indirect bestuur". Hoe werkte dat?

1. Indische vorsten kregen het volledige bestuur over hun land en de Nederlanders verkochten hun producten.
2. Inlandse vorsten bleven zitten, maar kregen bevelen van Nederlanders.
3. De Nederlandse gouverneur-generaal bleef in Nederland en de inheemse vorsten bestuurden het land.
4. Europese landen gaven bevelen aan de Nederlandse gouverneur-generaal.

37. Hoe werkte de "Verdeel-en-heerspolitiek" in Nederlands-Indie?

1. Nederlanders gaven inheemse vorsten gunsten, zodat die niet in opstand kwamen.
2. Nederlanders heersten alleen en verdeelden de macht over Nederlandse mensen.
3. Nederlandse gouverneur-generaal verdeelde de macht over bevriende inheemse fabrikanten.
4. De Nederlandse gouverneur-generaal werd een absoluut leider (alleenheerser).

38. Wat hield het "Cultuurstelsel" in tot 1870 in Nederlands-Indie?

1. Indonesische boeren mochten 20% van de oogst behouden.
2. Indonesische boeren kregen gunsten van Nederlandse heersers.
3. Indonesische boeren moesten 20% van hun land bebouwen met tabak, suiker en koffie.
4. Indonesische boeren kregen scholen in ruil voor tabak, suiker en koffie.

39. Waarom werd het Cultuurstelsel in 1870 afgeschaft?

1. Omdat de Liberalen socialere wetten gingen maken.
2. Omdat de Liberalen kleine bedrijfjes de kans wilden geven in Nederlands-Indie.
3. Omdat de Liberalen niet meer aan de macht waren in 1870.
4. Omdat de Liberalen hun energie moesten steken in opstanden neerslaan in Nederland.

40. Waarom werd het voor de inheemse bevolking van Nederlands-Indie wat beter rond 1900?

1. Het Cultuurstelsel werd ingevoerd, dat was gunstig.
2. De Nederlandse gouverneur-generaal was overleden.
3. Er werden scholen gebouwd en betere wegen.
4. Veel Nederlanders verlieten Nederlands-Indie rond 1900.

41. Hoe bleef Nederlands-Indie een winstgevende kolonie?

1. Door de komst van een nieuwe gouverneur-generaal.
2. Door de verdeel-en-heerspolitiek.
3. Door de invoer van het Cultuurstelsel.
4. Doordat Java en Lombok verkocht werden aan Engeland.

42. Waarom kwamen er na 1870 meer Nederlanders naar Nederlands-Indie?

1. Omdat er meer vakantieparken werden geopend.
2. Omdat de infrastructuur verbeterd was.
3. Omdat er mee scholen waren gebouwd voor Nederlanders.
4. Omdat zij er fabrieken konden bouwen of plantages konden runnen.

42. Waar betekent de afkorting
K.N.I.L. ?

1. Koninklijk Nederlands Inheems Leger
2. Koninklijk Nederlands-Indisch Leger
3. Krachtig Nederlands-Indonesisch Leger
4. Koninklijk Noord-indisch Leger

43. Bepaalde woorden uit een opera waren de aanleiding tot De Belgische Opstand in 1830. Hoe heette de opera?

1. "De expeditie"
2. "De stomme van Portici"
3. "Romeo & Julia"
4. "Weg met de Koning"

44. Hoe noem je bepaalde heftige gevoelens voor je eigen land, taal en cultuur? Je wilt ook een eigen staat.

1. Imperialisme
2. Verdeel-en-heers
3. Superioriteitsgevoel
4. Nationalisme

45. Op blz. 105 staat bij bron 3 een spotprent uit 1885 van iemand die een taart (Afrika) in stukken snijdt.

1. Dit was tijdens het Congres van Wenen.
2. Dit was tijdens de Conferentie van Berlijn.
3. Dit was in de tijd van Napoleon.
4. Dit was in 1914 bij het begin van de Eerste Wereldoorlog.