Les 7

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

H1: Arm & Rijk

Huygens College - 3TL

Programma

Binnenkomst + absentie (5 min)

Herhaling vorige week

Uitleg buurt- en bewonerskenmerken (15 min)

Verwerking buurt- en bewonerskenmerken (20 min)

Afsluiting (10 min)

Ingrijpen overheid

Waarom grijpt de overheid?  

Wat doet de overheid ook alweer om 'verpaupering tegen te gaan'? 

Saneren, renoveren

Gentrificatie!

Bespreken huiswerk

Hoe: In groepjes van 3 of 4 leerlingen bespreek je de opdrachten hieronder + klassikaal vraag 

Tijd: 5 minuten (groepjes) + 5 minuten (klassikaal)

Wat?

Werkboek bladzijde 14 + 15

Vraag 2 + 8

Klaar? Lees paragraaf 1.2 door.

Introductie

Bekijk de afbeelding.

Maak de zinnen compleet:

1. In deze buurt heb je vooral hoogbouw / laagbouw.

2. In deze buurt is de bebouwingsdichtheid hoog/ laag.

3. In deze buurt heb je vooral huur/ koopwoningen.

4. In deze buurt is weinig/ veel groen.

A. In deze buurt wonen vooral mensen met een hoog / laag inkomen.

B. In deze buurt wonen vooral mensen van westerse / niet-westerse komaf.

C. In deze buurt wonen vooral gezinnen/ alleen staanden.

Introductie

Bekijk de afbeelding.

Maak de zinnen compleet:

1. In deze buurt heb je vooral hoogbouw / laagbouw.

2. In deze buurt is de bebouwingsdichtheid hoog/ laag.

3. In deze buurt heb je vooral huur/ koopwoningen.

4. In deze buurt is weinig/ veel groen.

A. In deze buurt wonen vooral mensen met een hoog / laag inkomen.

B. In deze buurt wonen vooral mensen van westerse / niet-westerse komaf.

C. In deze buurt wonen vooral gezinnen/ alleen staanden.

Leerdoelen

Hoofdvraag: wat zegt de buurt over zijn bewoners?

Aan het einde van deze les kun je:

1. tenminste drie bewonerskenmerken noemen;

2. tenminste drie buurtkenmerken noemen;

3. aan de hand  van buurtfoto's uitspraken doen over de bewoners die in die buurt wonen;
 

Buurt- en bewonerskenmerken

Buurt kenmerken	Bewoners kenmerken
Eigendom woningen	Inkomen
Ouderdom woningen	Opleiding
Soort woningen	Leeftijd
Groenvoorziening	Etniciteit
Parkeergelegenheid	Gezinsfase

Het verband tussen buurten en hun bewoners

Er is een relatie tussen de kenmerken van de bewoners en de kenmerken van de buurt waarin zij wonen.

• Veel kinderen                              Speeltuinen in de buurt
• Hogere inkomensgroep           Kleinere bebouwingsdichtheid
• Lagere inkomensgroepen       Veel huurwoningen
• Grote etnische groep                Meer buitenlandse winkels

Kenmerken bewoners

Kenmerken buurt

Je kunt aan de hand van de buurtkenmerken uitspraken doen over de bewoners en andersom

Het verband tussen buurt- en bewoners kenmerken

Noem tenminste vijf dingen die je kunt zeggen over de bewoners van Malberg in vergelijking tot heel Maastricht.

Noem tenminste twee dingen die je kunt zeggen over de woningen van Malberg in vergelijking tot heel Maastricht.

Welke conclusie(s) kun je nu trekken?

Video: verband bewoners- en buurtkenmerken

Noordhof

BuiteNLand

Video Hoofdstuk 1: Arm en Rijk, paragraaf 1.2

Aan het werk: wijken in Alkmaar vergelijken

Hoe: In groepjes van 3 leerlingen maken jullie de opdrachten op het werkblad. 

Hulp: Komen jullie er onderling niet uit dan kijk je eerst in je boek. Lukt het dan nog niet, dan vraag je elkaar om hulp. Lukt het echt niet, dan roep je de juf!

Tijd: 15 minuten

Wat?

werkblad: wijken in Alkmaar vergelijken

Verdeel de wijken (ieder groepslid 1 wijk)

Beantwoord de vragen.

Klaar? Bespreek de uitkomsten met elkaar. Wat valt jullie op? Welke wijk is het rijkst en welke het armst?

Let op: na 15 minuten bespreken we de opdracht (5 minuten) en moet je dus klaar zijn!

Afronding

Wat hebben we geleerd?

Hoe hebben we meegedaan?

Huiswerk

Leerdoelen

Hoofdvraag: wat zegt de buurt over zijn bewoners?

Aan het einde van deze les kun je:

1. tenminste drie bewonerskenmerken noemen;

2. tenminste drie buurtkenmerken noemen;

3. aan de hand  van buurtfoto's uitspraken doen over de bewoners die in die buurt wonen;
 

Wat heb ik deze les geleerd?

Hoe heb ik deze les meegedaan?

😒🙁😐🙂😃

Huiswerk

Tekstboek blz. 12 + 13

Werkboek blz. 8 + 9

Maken vraag 4 + 6 (vraag 7 maak je voor jezelf om te checken of je de stof goed begrepen hebt.)