In deze les zitten 28 slides, met interactieve quiz en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Welkom in de geschiedenisles!
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen vandaag?
-Economische crisis en groei
-opkomst van de verzorgingsstaat
-Afsluiting
Slide 2 - Tekstslide
6 december
1e uur
formatieve toets
Slide 3 - Tekstslide
Lesdoelen
Aan het eind van deze les kun je:
Welke gevolgen had de economische crisis in Nederland
Hoe reageerde de politiek op de crisis
Hoe leidde de crisis tot onrust in de samenleving
Hoe groeide de economie na 1945
Welke gevolgen had de snelle groei van de welvaart in de jaren 60
Slide 4 - Tekstslide
Crisis in Amerika
1929: Het gaat helemaal mis in Amerika.
Fabrieken bleven zitten met hun producten en hadden minder arbeiders nodig. Deze mensen werden ontslagen.
Grote economische crisis!
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Crisis slaat over
Nederland wordt zwaar door de crisis geraakt: de handel met de VS en Duitsland komt vrijwel stil te staan.
Bedrijven en fabrieken moeten de deuren sluiten.
Tussen 1929 en 1935 stijgt de werkloosheid van 22.000 naar 500.000
Slide 7 - Tekstslide
Stempelen voor 'de Steun'
Uitkeringen bestaan niet
Leden van vakbonden
Vanuit de overheid is de steun klein en heel strak gecontroleerd: Stempelen
Slide 8 - Tekstslide
Waarom zou de overheid stempelen?
A
Zo kon de overheid controleren waar mensen woonden
B
Zo kon de overheid voorkomen dat teveel mensen steun kregen
C
Zo kon de overheid voorkomen dat de mensen te lui werden
D
Zo kon de overheid voorkomen dat mensen onterecht steun kregen
Slide 9 - Quizvraag
Werkverschaffingsprojecten
Net als in andere landen probeert de overheid werklozen aan werk te helpen met werkverschaffingsprojecten.
Grote projecten zoals het Amsterdams Bos en de Afsluitdijk helpen mannen aan werk en een beetje inkomen.
Slide 10 - Tekstslide
De overheid
Hulp?
Ja maar allemaal gemarkeerd (enorme vernedering)
Kleding
Belasting
Slide 11 - Tekstslide
De overheid
1934: Aanpassingspolitiek
De Nederlandse regering van minister-president Colijn besluit dat er minder uitgaven moeten zijn, omdat er minder inkomsten zijn: Nederland moet zich aanpassen.
1935: Plan van arbeid, ging niet door
Slide 12 - Tekstslide
Onrust
Veel protesten
verlaging van de steun én de verhoging van de huur zorgen voor rellen in de Amsterdamse wijk De Jordaan. Vijf mensen komen om het leven.
De verlaging blijft. Er verandert maar één ding: de straten krijgen asfalt, zodat er niet meer met stenen kan worden gegooid.
Slide 13 - Tekstslide
Verkiezingsposter Colijn
Duyten=geld
Ambtenaren=mensen die werken voor de overheid
Slide 14 - Tekstslide
Nederland komt er weer bovenop
1940-1945: Tweede Wereldoorlog
Na WOII begon de wederopbouw van Nederland
1948: VS biedt economische steun aan Nederland , het Marshallplan.
Redenen om hulp aan te bieden:
Rust en vrede in Europa.
Goed voor de handel met VS.
Samenwerking binnen Europa.
Invloed krijgen in Europa. --> anti communistisch
Slide 15 - Tekstslide
Nederland komt er weer bovenop
Door Marshallhulp opleving van industrie
Vanaf jaren '60 gaat het echt beter met economie --> einde aan wederopbouw
Slide 16 - Tekstslide
De welvaart groeit snel
Vanaf de jaren 60 is er een toenemende welvaart.
Vanaf 1963 weer loonstijgingen, dit leidt ook tot een consumptiemaatschappij.
1973 --> Oliecrisis --> Prijs olie steeg sterk door oorlog in Arabië.
Door automatisering en wegtrekken fabrieken was er dalende welvaart. Dit steeg pas weer in jaren 90 door oa. ICT
Slide 17 - Tekstslide
Multiculturele samenleving
1950: Mensen uit indonesië
Jaren 60 en 70: Gastarbeiders (Italië, Marokko en Turkije)
1975: Surinamers
Vanaf 1980: Vluchtelingen
Slide 18 - Tekstslide
Wat wordt bedoeld met Wederopbouw?
Periode na de Tweede Wereldoorlog waarin Nederland de schade van de oorlog moest herstellen
Slide 19 - Tekstslide
Na de Oorlog
Veel verwoesting
verwoesting moet hersteld
Alle handen samen
Slide 20 - Tekstslide
Nieuwe maatregelen
1948-1958: Willem Drees
Vadertje Drees
Bescherming democratie
Vermindering armoede
Slide 21 - Tekstslide
Sociale Zekerheid
kan je niet voor jezelf zorgen dan wordt je geholpen
Slide 22 - Tekstslide
De verzorgingsstaat
Nieuwe wetten:
Werkloosheidwet (WW)
Algemene Ouderdomswet (AOW)
Algemene Weduwen- en Wezenwet (AWW)
Later Algemene Nabestaandenwet (ANW)
Slide 23 - Tekstslide
Sociale verzekeringen
Automatisch ingehouden op loon en beschermt tegen ziekte en werkloosheid.
Slide 24 - Tekstslide
Problemen in de jaren '70 en '80
Economische crisis (o.a. door oliecrisis): veel werklozen met een uitkering
Fraude van uitkeringen
Vergrijzing: meer gebruik van AOW
Meer scheidingen: meer gebruik van Bijstandswet
Mensen zien de uitkering als een recht
Werken was niet aantrekkelijk door hoge uitkeringen
Slide 25 - Tekstslide
Maatregelen van de overheid
Vanaf jaren ’80: forse bezuinigingen op uitkeringen en verlaging van de uitkeringen
Strengere controle op uitkeringen door het UWV
Aantrekkelijker maken van werk: deeltijd, thuiswerk en loon hoger dan een uitkering
Strengere (her)keuring van arbeidsongeschikten en nieuwe wet: WIA
Slide 26 - Tekstslide
Afsluiting
Welke gevolgen had de economische crisis in Nederland
Hoe reageerde de politiek op de crisis
Hoe leidde de crisis tot onrust in de samenleving
Hoe groeide de economie na 1945
Welke gevolgen had de snelle groei van de welvaart in de jaren 60