NM 6.3 Landbouw, industrie en diensten

Welkom allemaal


Pak je spullen
Pak je boeken blz 92 / 111
Log in met je device
Pak je aantekeningen schrijft / map
timer
2:00
1 / 56
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 56 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom allemaal


Pak je spullen
Pak je boeken blz 92 / 111
Log in met je device
Pak je aantekeningen schrijft / map
timer
2:00

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geo 1 VMBO-KGT



H6: Duitsland en Frankrijk in de EU
§3: Landbouw, industrie en diensten

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H6: Duitsland en Frankrijk in de EU
§3: Landbouw, industrie en diensten
Wat gaan we doen?
les 1
  • Herhaling §1 en §2
  • Uitleg: wat zijn de verschillen en overeenkomsten tussen de economieën van DE en FR?
  • Maken: vraag 1,2,3 
  • Huiswerkcontrole
les 2
SO en zelfstandig verder aan §3 4 t/m 7
Lesdoelen 
  • zie andere dia!

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Welk land is geen lid van de EU?
A
Frankrijk
B
Noorwegen
C
Spanje
D
Griekenland

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke instelling doet wat?
Europees Parlement
Europese Commissie
Raad van ministers
Groep eurocommissarissen (ministers) van de Europese Unie
Volksvertegenwoordiging (Tweede Kamer) van de Europese Unie
Groep ministers uit verschillende landen van de EU, die wetsvoorstellen moeten goedkeuren

Slide 5 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Frankrijk wordt geregeerd vanuit...
A
...hoofdstad Parijs
B
...hoofdsteden deelstaten
C
...beide
D
...geen van beide

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Frankrijk is dus...
A
...federaal geregeerd
B
...centraal geregeerd

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waardoor kan een bevolking groeien?
meerkeuze
A
toename aantal geboorten
B
toename aantal immigranten
C
toename aantal emigranten
D
toename aantal sterftes

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

zet op de juiste chronologische volgorde
EGKS
EG
EU
timer
0:30
1952
1957
1993

Slide 9 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke stelling klopt?
Duitsland is...
A
...een federale staat, omdat ook de hoofdsteden van deelstaten wetten maken
B
...een federale staat, omdat hoofdstad Berlijn de wetten maakt
C
...een centraal geregeerde staat, omdat ook de hoofdsteden van deelstaten wetten maken
D
...een centraal geregeerde staat, omdat hoofdstad Berlijn de wetten maakt

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


A
Duitsland kent een positieve bevolkingsgroei
B
Duitsland kent een negatieve bevolkingsgroei

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Om welke twee redenen ontstond de EGKS?
A
Om het maken van wapens te controleren
B
Om de bestaande samenwerking vast te leggen op papier
C
Om de vrede na WOII te bewaren
D
Om een vrij verkeer van goederen op te zetten

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

6.3 Landbouw, industrie en diensten

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H6: Duitsland en Frankrijk in de EU
§3: Landbouw, industrie en diensten
Leerdoel: Wat zijn verschillen en overeenkomsten tussen de economieën van Duitsland en Frankrijk?
Theorie:
• Je kunt beschrijven hoe de economieën van Duitsland en Frankrijk zijn opgebouwd uit de drie economische sectoren.
• Je kunt overeenkomsten en verschillen noemen tussen de drie economische sectoren in Duitsland en Frankrijk.
Opdrachten:
• Je kunt uitleggen waarom de economie van Duitsland groter is dan die van Frankrijk.
• Je kunt de bijdrage van de drie economische sectoren aan het bnp van Frankrijk en Duitsland beschrijven.
• Je kunt uitleggen hoe de verdeling van de werk- gelegenheid in Frankrijk en Duitsland over de drie economische sectoren samenhangt met het aandeel in het bnp van beide landen.
• Je kunt uitleggen welke economische belangen Duitsland en Frankrijk hebben in de EU.
Vaardigheden toepassen:
o 9 Vergelijken
o 10 Verbanden leggen en verklaren
o 12 Een mening vormen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie gaat er lezen blz 92

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H6: Duitsland en Frankrijk in de EU
§3: Landbouw, industrie en diensten
Wat zijn de verschillen en overeenkomsten tussen de economieën van DE en FR?


Primaire sector
bestaat uit bedrijven die grondstoffen uit de natuur halen
Secundaire sector
bestaat uit bedrijven die de grondstoffen verwerken (zware en lichte industrie)
Tertiaire sector
bestaat uit bedrijven die diensten verlenen (dienstensector)

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Extra 4e sector!
Quartaire sector -> zonder winst: politie, leraren,..

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem een beroep in uit de primaire sector

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem een beroep in uit de secundaire sector

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem een beroep in uit de tertiaire / diensten sector

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H6: Duitsland en Frankrijk in de EU
§3: Landbouw, industrie en diensten
Huiswerk





Regels 
  • 5 minuten Stil -> daarna fluisteren.
  • Samenwerken alleen op fluistertoon 
  • Weet je het antwoord niet? Lees de tekst in je LB (samen) nog eens goed door 
  • Komen jullie er samen niet uit? Stel je vraag aan de docent
Lezen LB
§3
blz. 92-93
Maken WB
§3: 1, 2, 3
blz. 111-114
Klaar?
leren SO (p1,2 en topo)

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klaar met de So?
Zelfstandig lezen in leerboek blz. 93
Nog niet duidelijk? Loop de presentatie verder door in lessonup!

Maken in werkboek 
blz. 112
vraag 5 t/m 7
(huiswerk)

Les 2
 SO P1,2 -> 20-30 minuten!

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H6: Duitsland en Frankrijk in de EU
§3: Landbouw, industrie en diensten
Huiswerk






Regels 
  • tijdens so -> stil! 
  • Weet je het antwoord niet? Lees de tekst in je LB (samen) nog eens goed door 
  • Komen jullie er samen niet uit? Stel je vraag aan de docent
Lezen LB
§3
blz. 92-93
Maken WB
§3:  5, 6 en 7
blz. 111-114
klaar?
vraag 8

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H6: Duitsland en Frankrijk in de EU
§3: Landbouw, industrie en diensten
Wat zijn de verschillen en overeenkomsten tussen de economieën van DE en FR?
De verschillende sectoren zorgen samen voor de economische positie van een land.
Deze mate van welvaart wordt aangegeven door het bruto nationaal product.
Het bnp staat voor alle goederen en diensten die per jaar door een land worden geproduceerd.



Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Leg uit: mechanisatie
Tekst

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

H6: Duitsland en Frankrijk in de EU
§3: Landbouw, industrie en diensten
Huiswerk






Regels 
  • tijdens so -> stil! 
  • Weet je het antwoord niet? Lees de tekst in je LB (samen) nog eens goed door 
  • Komen jullie er samen niet uit? Stel je vraag aan de docent
Lezen LB
§3
blz. 92-93
Maken WB
§3:  5, 6 en 7
blz. 111-114
klaar?
vraag 8

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluitende foto
Wat zie je?
Waar komt het voor?
Waarom komt dit hier voor?
Is dit gewenst?
Komt dit overal zo voor? 

Slide 32 - Tekstslide

Beschrijving van de afsluitende foto
Exit Ticket
Hoe goed heb je de les begrepen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 33 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Wat is wat in NL?
Blauw is ... sector, oranje is ... sector, en grijs is ... sector.
timer
0:20

Slide 34 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Openingsfoto
Wat zie je?
Waar komt dit voor?
Waarom komt dit hier voor?
Is dit gewenst?
Komt dit overal zo voor? 

Slide 35 - Tekstslide

Beschrijving van de openingsfoto

Je ziet op de foto een Pingo.
Dit is een ijslens onder de grond. Doordat de ijsmassa water aantrekt groeit de pingo.

Blablabalbla


Slide 36 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Duitsland wordt geregeerd vanuit...
A
...hoofdstad Berlijn
B
...hoofdsteden deelstaten
C
...beide
D
...geen van beide

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Duitsland is dus...
A
...federaal geregeerd
B
...centraal geregeerd

Slide 38 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke instelling doet wat?
timer
0:30
Europees Parlement
Europese Commissie
Raad van ministers
Groep eurocommissarissen (ministers) van de Europese Unie
Volksvertegenwoordiging (Tweede Kamer) van de Europese Unie
Groep ministers uit verschillende landen van de EU, die wetsvoorstellen moeten goedkeuren

Slide 39 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke stelling klopt?
Frankijk is...
A
...een federale staat, omdat ook de hoofdsteden van deelstaten wetten maken
B
...een federale staat, omdat hoofdstad Parijs de wetten maakt
C
...een centraal geregeerde staat, omdat ook de hoofdsteden van deelstaten wetten maken
D
...een centraal geregeerde staat, omdat hoofdstad Parijs de wetten maakt

Slide 40 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


A
Nederland kent een positieve bevolkingsgroei
B
Nederland kent een negatieve bevolkingsgroei

Slide 41 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


A
Groenland kent een positieve bevolkingsgroei
B
Groenland kent een negatieve bevolkingsgroei

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

zet op de juiste chronologische volgorde
EGKS
EG
EU
timer
0:30
1952
1957
1993

Slide 43 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

EGKS stond voor...
A
...Europese Gemeenschap voor Koken en Soppen
B
...Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal
C
...Europese Gemeenschap voor Koekjes en Soep
D
...Europese Gemeenschap voor Koper en Staal

Slide 44 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welk land is geen lid van de EU?
A
Nederland
B
Polen
C
Zweden
D
Zwitserland

Slide 45 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

zet op de juiste chronologische volgorde
EGKS
EG
EU
timer
0:30
1952
1957
1993

Slide 46 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

EGKS stond voor...
A
...Europese Gemeenschap voor Koken en Soppen
B
...Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal
C
...Europese Gemeenschap voor Koekjes en Soep
D
...Europese Gemeenschap voor Koper en Staal

Slide 47 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Om welke twee redenen ontstond de EGKS?
A
Om het maken van wapens te controleren
B
Om de bestaande samenwerking vast te leggen op papier
C
Om de vrede na WOII te bewaren
D
Om een vrij verkeer van goederen op te zetten

Slide 48 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welk land is geen lid van de EU?
A
Nederland
B
Polen
C
Zweden
D
Zwitserland

Slide 49 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welk land is geen lid van de EU?
A
Frankrijk
B
Noorwegen
C
Spanje
D
Griekenland

Slide 50 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke instelling doet wat?
timer
0:30
Europees Parlement
Europese Commissie
Raad van ministers
Groep eurocommissarissen (ministers) van de Europese Unie
Volksvertegenwoordiging (Tweede Kamer) van de Europese Unie
Groep ministers uit verschillende landen van de EU, die wetsvoorstellen moeten goedkeuren

Slide 51 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Duitsland wordt geregeerd vanuit...
A
...hoofdstad Berlijn
B
...hoofdsteden deelstaten
C
...beide
D
...geen van beide

Slide 52 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Duitsland is dus...
A
...federaal geregeerd
B
...centraal geregeerd

Slide 53 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Frankrijk wordt geregeerd vanuit...
A
...hoofdstad Parijs
B
...hoofdsteden deelstaten
C
...beide
D
...geen van beide

Slide 54 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Frankrijk is dus...
A
...federaal geregeerd
B
...centraal geregeerd

Slide 55 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waardoor kan een bevolking groeien?
meerkeuze
A
toename aantal geboorten
B
toename aantal immigranten
C
toename aantal emigranten
D
toename aantal sterftes

Slide 56 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies