In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Schrijver gaat iets overdreven zeggen.
Hij maakt iets groter, lelijker, minder , leuker etc. dan het in werkelijkheid is
Ik ga dood van de honger
Die nieuwe trui is niet om aan te zien
Max schrijft met koeieletters!!
Max zingt niet helemaal zuiver
Mijn ouders zijn niet zo blij met mijn onvoldoende
Vaak wat spottend/cynisch
Kan over van alles gaan
voorbeeld taaltrucje 4
Een leerling komt te laat in de les. De docent zegt: "ha, fijn, je bent weer lekker op tijd"